Beleidsregel 
Op grond van artikel 14, eerste lid, onder a Vo. 1408/71 valt de
        werknemer die door een onderneming naar een andere lidstaat wordt gedetacheerd, onder de
        wetgeving van de lidstaat van waaruit de detachering plaatsvindt. Deze regel wijkt af van de
        hoofdregel van artikel 13, tweede lid, onder a Vo. 1408/71.  
De
        mogelijkheid van detachering doet zich alleen voor als de werknemer onmiddellijk voorafgaand
        aan de detachering verplicht verzekerd is ingevolge de Nederlandse
        socialeverzekeringswetten. Detachering in aansluiting op vrijwillige verzekering op grond
        van de AOW en de Anw dan wel de werknemersverzekeringen is niet mogelijk. De SVB leidt dit
        af uit het feit dat artikel 14, eerste lid, onder a Vo. 1408/71 uitgaat van het ‘van
        toepassing blijven’ van de wetgeving van de lidstaat van waaruit de werknemer wordt
        gedetacheerd. De SVB acht de voorwaarde dat de Nederlandse wetgeving van toepassing blijft,
        in ieder geval vervuld als de detachering wordt voorafgegaan door ten minste vier weken van
        verzekering in Nederland. 
Een bijzondere situatie kan zich voordoen bij
        werknemers die zijn tewerkgesteld in een land dat toetreedt tot de EU. Indien voorafgaand
        aan de toetreding van een land tot de EU geen mogelijkheid tot detachering op grond van een
        tussen Nederland en het betreffende land gesloten verdrag bestaat, en de werknemer ook niet
        op andere grond aan de Nederlandse verplichte verzekering onderworpen is gebleven, staat het
        ontbreken van voorafgaande verplichte verzekering in Nederland in de weg aan een detachering
        op grond van artikel 14, eerste lid, onder a Vo. 1408/71. In die situatie kunnen betrokkenen
        de SVB verzoeken met het betreffende land een artikel 17-overeenkomst te sluiten (zie Deel
        II, Verzoek tot sluiten van een artikel-17 overeenkomst, SB2146). De artikel 17-overeenkomst
        kan door de SVB worden afgegeven met een terugwerkende kracht tot de datum van toetreding
        van het betreffende land. 
De detacheringstermijn bedraagt in beginsel één
        jaar, maar kan nog eens met maximaal één jaar worden verlengd. Door de lidstaten aangewezen
        organen moeten op verzoek van de werkgever of van de werknemer een verklaring verstrekken,
        waaruit blijkt dat de werknemer onderworpen blijft aan de wettelijke regeling van de
        lidstaat van waaruit hij wordt uitgezonden en tot welke datum dit het geval is. Deze
        verklaring wordt verstrekt op zogenaamde E 101-formulieren. Voor Nederland is de SVB het
        aangewezen orgaan. De E 101-formulieren worden verstrekt door Kantoor Verzekeringen, Postbus
        357, 1180 AJ Amstelveen (tel: 020-656 5277). 
Voor zelfstandigen geldt een
        overeenkomstige regeling. 
Grondslag 
De tekst is afgesloten naar de stand van de wetgeving op 20 april 2009. De wijzigingen die samenhangen met de inwerkingtreding van de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht zijn eveneens verwerkt. 
artikel 14, lid 1 en artikel 14 bis, lid 1 Vo. 1408/71 
Besluit beleidsregels SVB 2009