Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/2839/GA, 22 maart 2011, beroep
Uitspraakdatum:22-03-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/2839/GA

betreft: [klager] datum: 22 maart 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de penitentiaire inrichting (p.i.) Alphen aan den Rijn,

gericht tegen een uitspraak van 9 augustus 2010 van de beklagcommissie bij voormelde p.i., gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 4 februari 2011, gehouden in de p.i. Amsterdam, is klager gehoord.
De directeur van de p.i. Alphen aan den Rijn heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen en daarbij verzocht om de behandeling van het beroep aan te houden. Ook is een schriftelijke toelichting gegeven op het beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag – voor zover in beroep aan de orde – betreft een disciplinaire straf van veertien dagen opsluiting in een strafcel, wegens de weigering mee te werken aan een overplaatsing naar een meerpersoonscel.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven en bepaald dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 140,=.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt schriftelijk als volgt toegelicht.
Inhoudelijk wordt verwezen naar het beroepschrift. Het beroep is bovendien tijdig ingesteld.

Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft bijna twee maanden in de strafcel gezeten. Het hoofd van de beveiliging is bij klager langs geweest voor de strafverlenging. De overige directeuren waren op vakantie. Klager heeft de tegemoetkoming nog niet ontvangen. Klager zit inmiddels
op een meerpersoonscel. Zijn celgenoot rookt, terwijl klager is gestopt met roken.

3. De beoordeling
De beroepscommissie acht zich voldoende ingelicht om op het beroep te beslissen en wijst het aanhoudingsverzoek van de directeur af.

De directeur heeft een aanwijzing van de Minister van Justitie overgelegd van 13 juli 2010. Daaruit blijkt dat het hoofd beveiliging tijdelijk is aangewezen als toegevoegd managementlid ‘met de bevoegdheden als bedoeld in artikel 3, derde lid, van de
Pbw’. Tevens is vermeld dat het hoofd beveiliging de opgemaakte beslissingen tot het opleggen van disciplinaire straffen bespreekt met zijn directeur. De beroepscommissie is van oordeel dat een beperkte en tijdelijke aanwijzing van het hoofd
beveiliging
als toegevoegd managementlid niet toereikend is om de bevoegdheid te verkrijgen om een disciplinaire straf op te leggen. Zo bepaalt artikel 5, vierde lid, van de Pbw – voor zover voor de beoordeling van het beroep van belang – ‘dat aan de directeur is
voorbehouden de beslissing omtrent: (...) h. de oplegging van een disciplinaire straf, bedoeld in artikel 51, en de toepassing van de artikelen 52, eerste en tweede lid, en 53, derde en vierde lid.’ In dit geval heeft het hoofd beveiliging, die tijdelijk
is aangewezen als toegevoegd managementlid, een disciplinaire straf opgelegd. Nu de beslissing tot oplegging van de disciplinaire straf onbevoegd is genomen, is de opgelegde disciplinaire straf nietig.
De beroepscommissie zal het beroep dan ook ongegrond verklaren met verbetering van gronden.

4. De uitspraak
De beroepscommissie wijst het aanhoudingsverzoek af, verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met verbetering van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.H. de Wild, voorzitter, J.G.A. van den Brand en mr. Th.E.M. Wijte, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 22 maart 2011

secretaris voorzitter

Naar boven