Beleidsregel
Op grond van artikel 52 AOW, artikel 65 Anw en artikel 30 AKW
dient de SVB te beslissen binnen dertien weken gerekend vanaf de dag na die waarop de
termijn voor het indienen van het bezwaarschrift is verstreken. Indien het bezwaarschrift te
laat is ingediend, maar dit verzuim verschoonbaar is, gaat de SVB er, in afwijking van deze
artikelen, van uit dat de beslistermijn aanvangt op de dag waarop het bezwaarschrift is
ontvangen.
Ingevolge artikel 7:14 en artikel 4:15, tweede lid, onder b
Awb wordt de beslistermijn opgeschort zolang de vertraging aan de indiener van het
bezwaarschrift kan worden toegerekend. De SVB past het beleid verwoord in Deel III,
Beslistermijnen, SB3197, overeenkomstig toe. Daarnaast wordt een uitstel van een hoorzitting
aan de indiener van het bezwaarschrift toegerekend. De beslistermijn wordt opgeschort vanaf
de geplande datum van de eerste hoorzitting tot de datum waarop de hoorzitting plaatsvindt,
of de datum waarop de belanghebbende verklaart geen gebruik meer te willen maken van het
recht te worden gehoord.
Ingevolge artikel 7:14 en 4:15, tweede lid,
onder c Awb wordt in geval van overmacht de beslistermijn opgeschort. Deel III,
Beslistermijnen, SB3197, is op de bezwaarschriftprocedure van overeenkomstige
toepassing.
Artikel 7:10, derde lid Awb regelt dat de SVB het nemen van
een beschikking op bezwaar voor ten hoogste zes weken kan verdagen. De SVB maakt van deze
bevoegdheid uitsluitend gebruik:
- indien nader onderzoek bij een
persoon of instantie noodzakelijk is;
- indien het bezwaar een rechtsvraag
oproept die een zodanige algemene uitstraling heeft dat beleidsmatige besluitvorming
noodzakelijk is;
- indien sprake is van een plotselinge toename van
bezwaarzaken.
De SVB deelt aan de belanghebbende de reden van
de verdaging van de beschikking op bezwaar mee. Verdaging vindt uitsluitend plaats tot een
bepaalde gebeurtenis of datum, of met een met name genoemde termijn.
Verder uitstel voor het nemen van de beschikking op bezwaar is ingevolge artikel
7:10, vierde lid Awb uitsluitend mogelijk in verband met de naleving van wettelijke
procedurevoorschriften of na voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van de
belanghebbende.
Een uitzondering geldt als de SVB de belanghebbende om
toestemming voor uitstel heeft gevraagd in afwachting van nadere gegevens die zouden kunnen
leiden tot een beschikking waarbij geheel of gedeeltelijk aan het bezwaar tegemoet wordt
gekomen. In dat geval wordt aangenomen dat de belanghebbende deze toestemming heeft
verleend, tenzij de belanghebbende uitdrukkelijk bezwaar maakt tegen dit uitstel. In dit
laatste geval wordt een beschikking op bezwaar genomen op basis van de beschikbare gegevens
en documenten.
Grondslag
De tekst van de beleidsregels is afgesloten naar de stand van de wetgeving op 1 juni 2011. De beleidsregels zijn nog niet aangepast aan de inwerkingtreding van de EG-Verordeningen 883/2004 en 987/2009 per 1 mei 2010.
artikel 52 AOW, artikel 65 Anw, artikel 30 AKW, artikel 7:10, leden 2, 3 en 4 Awb,
artikel 7:14 Awb en artikel 4:15 Awb.
Besluit beleidsregels SVB 2011