Onderwerp: Bezoek-historie

Tijdvakken van wonen of werken van minder dan één jaar (SB2152)
Geldigheid:24-03-2022 t/m Versie:vergelijk Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Artikel 57, eerste lid, Verordening (EG) nr. 883/2004 staat het toe om een pensioen te weigeren als de totale duur van de bij het intreden van de verzekerde gebeurtenis in aanmerking te nemen tijdvakken minder dan een jaar bedraagt, en uitsluitend rekening houdend met deze tijdvakken geen recht op uitkering bestaat. De gevolgen van deze bepaling voor de verplichting van de SVB om een ouderdomspensioen op grond van de AOW of een nabestaandenuitkering op grond van de Anw te weigeren zijn beschreven in beleidsregel SB2150.

Artikel 57, tweede lid Verordening (EG) nr. 883/2004 schrijft voor dat als een uitkering uit een lidstaat wordt geweigerd omdat een betrokkene minder dan een jaar verzekerd is geweest, andere lidstaten de periode van verzekering van minder dan één jaar in aanmerking dienen te nemen voor de berekening van een pensioen krachtens artikel 52, eerste lid, onder b), i), Verordening (EG) nr. 883/2004. Uit het Hof van Justitie EU-arrest Vermaut volgt dat dit ook dient te gebeuren als het pensioen nationaalrechtelijk wordt berekend, dus zonder terug te vallen op samentellings- en prorateringsregels.

Wanneer een ouderdomspensioen door een lidstaat wordt geweigerd omdat sprake is van verzekering van minder dan één jaar, neemt de SVB de tijdvakken van verzekering korter dan één jaar in aanmerking  bij de berekening van een pensioen krachtens de AOW, alsof die tijdvakken krachtens de AOW zijn vervuld. De SVB neemt deze tijdvakken eveneens in aanmerking bij de berekening van een ouderdomspensioen als deze al zijn meegeteld voor de berekening van een pensioen uit een andere lidstaat.

Bij de toepassing van de Anw is het tweede lid van artikel 57 Verordening (EG) nr. 883/2004 uitsluitend relevant voor de berekening met toepassing van de samentellings- en prorateringsregels. Ingeval van een nationaalrechtelijke berekening is de duur van het verzekeringsverleden in verband met het risicokarakter van de Anw immers niet van belang voor de hoogte van de uitkering.

Bij beoordeling van de vraag of de SVB een ouderdomspensioen op grond van de AOW of een nabestaandenuitkering op grond van de Anw moet weigeren, omdat sprake is van een verzekeringsduur van minder dan een jaar, hanteert de SVB het beleid beschreven in SB2150 over in aanmerking te nemen tijdvakken voor de opening van het recht op uitkering.

Wet- en regelgeving

Naar boven