Beleidsregel
De personele werkingssfeer van Verordening (EG) nr.
883/2004 is in beginsel beperkt tot de onderdanen van lidstaten van de EU en Zwitserland.
Onderdanen van derde landen vallen uitsluitend onder de personele werkingssfeer van die
verordening als zij erkend zijn als vluchteling of in de hoedanigheid van gezinslid of
nabestaande. In Verordening (EU) nr. 1231/2010 is echter bepaald dat op onderdanen van derde
landen die uitsluitend wegens hun nationaliteit niet onder Verordening (EG) nr. 883/2004
vallen, die laatste verordening niettemin van toepassing is als deze onderdanen legaal op
het grondgebied van een lidstaat verblijven en zich rechtmatig binnen de Unie
verplaatsen.
Het begrip legaal verblijf is niet gedefinieerd in
Verordening (EU) nr. 1231/2010. Het beleid van de SVB is om legaal verblijf in Nederland aan
te nemen indien dit verblijf rechtmatig is in de zin van artikel 8 Vw 2000, met dien
verstande dat de SVB geen legaal verblijf aanneemt indien de vreemdeling in Nederland
verblijft in afwachting van een aanvraag om eerste toelating.
Uit de
titel, considerans en bepalingen van Verordening (EU) nr. 1231/2010 volgt dat onderdanen van
derde landen op dezelfde wijze als gemeenschapsonderdanen moeten voldoen aan het
verplaatsingscriterium zoals omschreven in Deel II, Verplaatsingscriterium,
SB2120.
Verordening (EU) nr. 1231/2010 niet van toepassing op Denemarken
en het Verenigd Koninkrijk. In relatie met Denemarken past de SVB daarom titel II van
Verordening (EG) nr. 883/2004 niet toe op onderdanen van derde landen die in Denemarken
verblijven. Voorts beschouwt de SVB Denemarken niet als lidstaat in de zin van Verordening
(EG) nr. 883/2004 bij de beoordeling van de vraag of aan het verplaatsingscriterium is
voldaan door een onderdaan van een derde land. Wanneer zich in de situatie van een onderdaan
van een derde land aanknopingspunten voordoen met Denemarken en ten minste twee andere
lidstaten, dan past de SVB Verordening (EG) nr. 883/2004 uitsluitend toe in relatie tot deze
andere lidstaten. Dit beleid geldt eveneens in relatie tot Noorwegen, IJsland, Liechtenstein
en Zwitserland, die geen lid zijn van de EU.
In relatie tot het Verenigd
Koninkrijk doet zich de bijzondere situatie voor dat op onderdanen van derde landen ook na
de inwerkingtreding van Verordening (EU) 1231/2010 op 1 januari 2011 de voorheen geldende
Verordening (EG) nr. 859/2003 van toepassing blijft. De SVB geeft daarom voor onderdanen van
derde landen toepassing aan Verordening (EEG) nr. 1408/71 wanneer zich in de situatie van
een onderdaan van een derde land aanknopingspunten voordoen met het Verenigd
Koninkrijk.
Grondslag
De tekst van de beleidsregels internationaal is afgesloten naar de stand van de wetgeving en jurisprudentie op 1 mei 2012. De tekst van de overige delen van de beleidsregels (het deel AOW, Anw, AKW, Remigratiewet, MKOB, TOG, TAS en TNS, en de delen Awb en Overige onderwerpen) is niet aangepast.
artikel 1 en 2 Vo. 1231/2010
Besluit beleidsregels internationaal SVB 2012