Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/2750/GA, 28 december 2009, beroep
Uitspraakdatum:28-12-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/2750/GA

betreft: [klager] datum: 28 december 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.W. Bouwman, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 25 mei 2009 van de beklagcommissie bij de gevangenis/ISD Zoetermeer,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 11 november 2009, gehouden in de Penitentiaire Inrichtingen Amsterdam, zijn, met gebruikmaking van eentolk Italiaans via de tolkentelefoon, gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. C.F. van Drumpt, en
[...], unit-directeur bij voormelde gevangenis.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft:
a. een disciplinaire straf van 14 dagen opsluiting in een strafcel wegens -kort weergegeven- het vermoeden van het hebben van een relatie met een personeelslid en het op dwingende en agressieve toon benaderen van personeel na een celcontrole;
b. het toepassen van disproportioneel geweld bij de overbrenging naar de strafcel;
c. het niet in een voor klager begrijpelijke taal doen van de mededeling inzake de oplegging van de straf.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De gedetineerden dienen zich aan regels te houden. Het personeel heeft zich ook aan regels te houden. Er werd geprovoceerd door het personeel. De hele afdeling werd gefouilleerd. De cellen werden overhoop gehaald. Klager is er niet over geïnformeerd op
basis waarvan zijn hele cel overhoop is gehaald. Van (eventuele) inbeslagname van verboden voorwerpen moet een schriftelijk verslag worden opgemaakt. Nadat het personeel ruim dertig minuten op klagers cel bezig was geweest, bleken er diverse
poststukken
van zijn cel te zijn weggehaald. Klager wilde zijn brieven terug. Hij heeft niet geschreeuwd, maar gevraagd of hij zijn poststukken terug kon krijgen. Nadat hij dit enkele malen had herhaald en geen reactie volgde, heeft hij drie uur later wel
geschreeuwd. Het klopt dat klager daarbij bewoordingen heeft gebruikt als: ik onthoud je gezicht.
Als gevolg van het bij de overbrenging toegepaste geweld heeft klager verwondingen opgelopen welke lang zichtbaar bleven. Het betrof bloed en blauwe plekken.

Klagers raadsvrouw bevestigt dat haar kantoorgenote een grote bloeduitstorting op de schouder van klager heeft geconstateerd. Verder voert zij aan dat er niet kan niet worden gesproken van het uiten van doodsbedreigingen. Die beschuldiging mist dan ook
feitelijke grondslag. Klager reageerde wel zwaar geagiteerd. Enig incasseringsvermogen mag van p.i.w.-ers wel verwacht worden. Waarom is klager het maximale aantal dagen opgelegd? De overplaatsing naar het LABG lijkt eerder te zijn gebaseerd op een
capaciteitsprobleem dan dat er ten aanzien van klager sprake was van een beheersrisico. Tot aan het incident was klager een voorbeeldige gedetineerde. Er is niet aangegeven waarom klager niet op de b.g.g. te handhaven was. Klager lijkt uit punitieve
overwegingen te zijn overgeplaatst.

De unit-directeur heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. 10 februari 2009 stond in het teken van een groot onderzoek naar klager. Er waren aanwijzingen dat klager een relatie met de kapster van de
inrichting zou hebben. De hele afdeling is onderworpen aan een celinspectie. Volgens protocol komt de directeur in een dergelijk geval op een later tijdstip de resultaten van de actie uiteen zetten. Klager is een straf van 14 dagen opgelegd wegens
hevig
agressief gedrag. De directeur is in verband daarmee tot tweemaal toe op de afdeling geweest. Klager gaf de directeur niet de gelegenheid met hem te spreken. Hij werd in de loop van de dag steeds bozer en geagiteerder omdat hij geen uitleg kreeg. Toen
de directeur dat aan het einde van de dag nogmaals trachtte te geven, was klager te agressief. Klager is met gepast geweld overgebracht naar de strafcel. Hierbij heeft klager zich verzet.
Met klager is in het Engels en in het Italiaans gecommuniceerd. Er zijn nooit eerder problemen met de communicatie geweest. Op de vraag wat wordt bedoeld met de opmerking dat de deksels op klagers cel geprepareerd leken te zijn, geeft de unit-directeur
aan dat de randen van de deksels aangescherpt waren en deze daardoor als wapen gebruikt zouden kunnen worden.

De unit-directeur gaf ter zitting aan dat er van de overbrenging door het intern bijstandsteam geen verslag in verband met geweldtoepassing aanwezig was. Na de zitting is de directeur gebleken dat er wel een verslag is opgemaakt en is dit verslag
alsnog
aan het secretariaat toegezonden. Een afschrift van het verslag is alsnog ter informatie aan klager en zijn raadsvrouw gestuurd. Klager heeft naar aanleiding daarvan een reactie aan het secretariaat gestuurd.

3. De beoordeling
Uit de stukken en het verhandelde ter zitting komt naar voren dat er volgens de directeur aanleiding was voor een algehele celinspectie. Bij deze actie zijn er op de cel van klager spullen aangetroffen die voor nader onderzoek zijn meegenomen. Klager
was het er niet mee eens dat hem toebehorende spullen waren weggehaald. Hij heeft op dwingende toon de spullen teruggeëist. Aangegeven werd dat de directeur in de loop van de dag uitleg aan klager zou geven. Tot dat moment is klager, vanwege zijn
gedrag, uitgesloten van gezamenlijke activiteiten. Op het moment dat de directeur bij klager kwam, was klager niet voor rede vatbaar. Klager heeft verbale dreigementen geuit, zoals: “onthoud mijn gezicht, ik onthoud jouw gezicht”. Ook in het gesprek
met
het afdelingshoofd was klager verbaal agressief en schreeuwde hij dat deze zijn cel moest verlaten. Tussendoor heeft klager veelal gebonkt en geslagen tegen de muur van zijn cel en geschreeuwd. Een personeelslid dat vervolgens naar de cel van klager
kwam, werd eveneens bedreigd. Op het moment dat de directeur kwam was klager nog steeds te agressief om mee in gesprek te gaan. Hij wilde vervolgens niet mee werken aan de procedure hem over te brengen. Hij zei –in het Nederlands vertaald-: “jullie
willen oorlog, jullie krijgen oorlog” en “als je een echte vent bent stap je mijn cel binnen en dan zul je zien”. Klager stond daarbij achterin zijn cel klaar in gevechtshouding. Hierop is besloten klager met gepast geweld te benaderen en over te
brengen. Daarbij, zo blijkt uit het verslag van het intern bijstandsteam, is klager geboeid, waarbij (in de woorden van de rapportage) ‘er enkele klappen voor nodig waren met korte en lange wapenstok om gedetineerde onder controle te krijgen’. Hij is
volgens procedure naar de strafcel vervoerd.
Gelet op al het vorenstaande is voldoende aannemelijk dat klager zich verbaal en fysiek dreigend heeft opgesteld, waardoor op goede gronden een disciplinaire straf is opgelegd.
Disproportioneel geweld bij de overbrenging is, in aanmerking genomen klagers dreigende houding en volledige gebrek aan medewerking, niet aannemelijk geworden.
Dat klager de mededeling inzake de strafoplegging niet zou hebben begrepen, omdat deze niet in een begrijpelijke taal is gedaan is niet aannemelijk. De mededeling is in de Engelse taal gedaan en dat is de taal waarin doorgaans met klager wordt
gecommuniceerd.
Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. R.S.T. van Rossem-Broos en dr. W.J. Schudel, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 28 december 2009

secretaris voorzitter

Naar boven