Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0719/TA, 12 juni 2008, beroep
Uitspraakdatum:12-06-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/719/TA

betreft: [klager] datum: 12 juni 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

het hoofd van FPC Oldenkotte te Rekken, verder te noemen de inrichting,

gericht tegen een uitspraak van 14 maart 2008 van de alleensprekende beklagrechter bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 22 mei 2008, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, is namens het hoofd van de inrichting gehoord [...], psycholoog.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorggedragen, heeft hij geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om te worden gehoord.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het te laat verstrekken van medicatie in de ochtend van 28 oktober 2007.

De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Door en namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De vertraging in het uitreiken van medicatie met twee uur is niet in strijd met artikel 41, vierde lid, Bvt en de huisregels. Er is wel aan de zorgplicht voldaan, zij het op een later tijdstip. Klager is geen medicatie onthouden. De intentie was er om
de medicatie op tijd aan klager te verstrekken, maar vertraging is ontstaan doordat de verpleegkundige die ochtend later begon dan was aangenomen en ook de wintertijd inging. Niet bekend is hoe die dag de verstrekking van de medicatie aan klager verder
is verlopen en of klager van de vertraging in de ochtend nadelige gevolgen heeft ondervonden. Het gaat goed met klager.

Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan - voor zover dat is komen vast te staan - naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing kan leiden dan die van de beklagrechter. Daarbij is in aanmerking genomen dat de inrichting zelf bij
de
beklagrechter heeft verklaard dat klager driemaal daags op gezette tijden Ritalin wordt verstrekt en dat het innemen van die medicatie door klager nauw luistert. De zorgplicht bij een kortdurend preparaat als Ritalin houdt niet alleen in dat de
medicatie wordt verstrekt, maar tevens dat dit medicijn in verband met de werking daarvan op tijd wordt verstrekt.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. I.E. de Vries, voorzitter, mr. dr. E.J. Hofstee en prof. dr. F.A.M. Kortmann, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 12 juni 2008

secretaris voorzitter

Naar boven