Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/0571/GA, 14 juli 2003, beroep
Uitspraakdatum:14-07-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/571/GA

betreft: [klager] datum: 14 juli 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 5 maart 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 21 februari 2003 van de beklagcommissie bij de locatie Havenstraat te Amsterdam,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 16 juni 2003, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam te Amsterdam, is klager gehoord.
De directeur van de locatie Havenstraat is niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat het assortiment van de inrichtingswinkel geen koosjere producten bevat en het klager niet is toegestaan om via de zogenaamde buitenkantine koosjere, vegetarische levensmiddelen te kopen.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Ik heb alle procedures doorlopen en ben alle personen en instanties afgegaan voordat ik een klacht heb ingediend bij de beklagcommissie. De rabbi heeft mij uiteindelijk geadviseerd een klacht in te dienen, omdat hij er met dedirectie niet uitkwam. Ik kom uit Israël en wil koosjer eten op grond van mijn geloof. Daarnaast ben ik vegetariër. Van de inrichting krijg ik als maaltijd een portie vegetarisch eten. Daarnaast wil ik koosjere, vegetarischeproducten kunnen kopen, bijvoorbeeld vleesvervangers als tofu enz. De rabbi heeft contact met twee instanties die koosjere, vegetarische producten in hun assortiment hebben en deze ook willen leveren.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt ten aanzien van de ontvankelijkheid van het beklag dat (tevens) sprake is van een weigering om klager toe te staan via de zogenaamde buitenkantine koosjere, vegetarische levensmiddelen te kopen. Dezeweigering dient te worden aangemerkt als een klager betreffende door of namens de directeur genomen beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, Pbw. Klager had derhalve moeten worden ontvangen in zijn beklag.

De basis voor het verstrekken van winkelartikelen is gelegen in artikel 44, vijfde lid, Pbw dat luidt: „in de huisregels worden regels gesteld omtrent de aankoop door gedetineerden van andere gebruiksartikelen dan die welke door dedirecteur ter beschikking worden gesteld.“
De (inmiddels per januari 2003 vernieuwde) huisregels van de locatie Havenstraat, versie 1999, bepaalden onder punt 3.7 Winkel dat men eenmaal in de week in de gelegenheid wordt gesteld aankopen te doen in de inrichtingswinkel.
Artikelen die niet in het assortiment zijn opgenomen kan men middels een verzoek gericht aan het afdelingshoofd onder strikte voorwaarden aankopen via de ‘buitenkantine’. Per aankoop zal bekeken worden of er sprake is van noodzaaken het gevraagde in overeenstemming is met de regelgeving van de Havenstraat. De aankopen worden verricht door het winkelpersoneel.

De richtlijnen met betrekking tot Joodse ingeslotenen in justitiële inrichtingen, kenmerk 5063490/00/DJI, geldig van 1 januari 2001 tot 1 januari 2005, bepalen onder punt 1.5 Winkelartikelen dat via de Joodse landelijke geestelijkeverzorging elk jaar een bijgewerkte lijst wordt verstrekt met producten die via de inrichtingswinkel aan betrokkene kunnen worden verstrekt.

Voormelde regelingen in onderling verband bezien bieden een gedetineerde de mogelijkheid tot aankoop van koosjere producten. Binnen de grenzen van redelijkheid en billijkheid dient voldaan te worden aan verzoeken tot aankoop vankoosjere producten. Er kan, zoals in het onderhavige geval, niet volstaan worden met weigering met een beroep op een algeheel verbod. Nu geen sprake is van een zorgvuldige beslissing zal het beroep gegrond worden verklaard.
Aan klager zal een tegemoetkoming van € 20,= worden toegekend.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag en verklaart dit beklag gegrond.
Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 20,=.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, dr. M. Kooyman en mr. drs. A. Rook, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Jousma, secretaris, op 14 juli 2003

secretaris voorzitter

Naar boven