Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/2768/GA, 25 maart 2004, beroep
Uitspraakdatum:25-03-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/2768/GA

betreft: [klager] datum: 25 maart 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 2 december 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 16 september 2003 van de beklagcommissie bij het huis van bewaring (h.v.b.) Demersluis te Amsterdam, welke op 27 november 2003 is verzonden,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormeld h.v.b. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de beslissing dat klager geen kosjere artikelen mag aanschaffen.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de
aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt, zakelijk en samengevat weergegeven, in beroep als volgt toegelicht. De beklagcommissie suggereert ten onrechte dat de uitspraak van de beroepscommissie van 14 juli2003 met kenmerk 03/571/GA geen verband houdt met deze zaak. De Pbw geldt voor alle inrichtingen.
De verwijzing naar een lijst die wordt opgesteld in samenspraak met de Gedeco, is niet
juist. Er bestaat weliswaar een lijst van producten die elke maand kunnen worden
aangekocht, op deze lijst staan echter geen kosjere of vegetarische producten.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De basis voor het verstrekken van winkelartikelen is gelegen in artikel 44, vijfde lid, Pbw
dat luidt: “In de huisregels worden regels gesteld omtrent de aankoop door gedetineerden
van andere gebruiksartikelen dan die welke door de directeur ter beschikking worden
gesteld”. In onderdeel 3.7 van de huisregels van het h.v.b. Demersluis is bepaald dat klager
eenmaal per week in de gelegenheid wordt gesteld om via de inrichtingswinkel etenswaren
aan te kopen. Daarnaast heeft klager, binnen door de directeur te stellen grenzen, recht op
aankoop van artikelen via de buitenwinkel die niet in het assortiment van de penititentiaire
inrichting te verkrijgen zijn. Klagers klacht is gericht tegen de weigering van de directeur
aan klager toestemming te verlenen via de buitenwinkel kosjere artikelen te kopen. In
beklag en thans in beroep heeft de directeur deze beslissing niet gemotiveerd. Een enkele
verwijzing naar de verstrekte kosjere maaltijden en de in de inrichtingswinkel verkrijgbare
kosjere producten is onvoldoende. Het beroep dient derhalve gegrond te worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de
beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij draagt de directeur op
een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris,
Op 25 maart 2004

secretaris voorzitter

Naar boven