Ga direct naarInhoudofMenu
Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.
Onderstaande relaties zijn gevonden bij “document”. Bij klikken wordt een externe website met een relatieoverzicht geopend op overheid.nl.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de uitvoering van het Internationaal Verdrag betreffende de meting van schepen 1969, Trb. 1970, 122 en 194, wenselijk is de bepalingen betreffende de meting van zeeschepen opnieuw vast te stellen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Deze wet verstaat onder:
De bepalingen van deze paragraaf zijn van toepassing op alle Nederlandse schepen.
De bepalingen van deze paragraaf zijn van toepassing op Nederlandse schepen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a, 1e, 2e, 3e en 4e.
Indien de aanvrager van een meetbrief, als bedoeld in artikel 6, van mening is, dat de vaststelling van de bruto- en netto-tonnage opgenomen in de meetbrief, niet juist is, kan hij binnen twee weken na afgifte van de meetbrief aan Onze Minister een nieuwe vaststelling verzoeken.
Onze Minister kan, in afwijking van het bepaalde in artikel 6, eerste lid, een Staat, aangesloten bij het Verdrag, verzoeken de bruto- en netto-tonnage van een schip vast te stellen en ten behoeve van dit schip overeenkomstig het Verdrag een Internationale Meetbrief (1969) af te geven.
De bepalingen van deze paragraaf zijn van toepassing op Nederlandse schepen, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b.
Indien de aanvrager van een meetbrief, als bedoeld in artikel 11, van mening is, dat de vaststelling van de bruto- en netto-tonnage opgenomen in de meetbrief, niet juist is, kan hij binnen twee weken na afgifte van de meetbrief aan Onze Minister een nieuwe vaststelling verzoeken.
De bepalingen van deze paragraaf zijn van toepassing op Nederlandse schepen, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c.
Indien de aanvrager van een meetbrief als bedoeld in artikel 14 van mening is, dat de vaststelling van de bruto- en netto-tonnage opgenomen in de meetbrief niet juist is, kan hij binnen twee weken na afgifte van de meetbrief aan Onze Minister een nieuwe vaststelling verzoeken.
De bepalingen van deze paragraaf zijn uitsluitend van toepassing op schepen, andere dan Nederlandse schepen, waarop het Verdrag van toepassing is.
De Internationale Meetbrief (1969), afgegeven door een andere Staat, aangesloten bij het Verdrag, wordt, behoudens het bepaalde in artikel 9, door Nederland erkend en voor alle doelstellingen, waarop het Verdrag betrekking heeft, door Nederland geacht dezelfde geldigheid te bezitten als de door Onze Minister, dan wel de inspecteur-generaal afgegeven meetbrieven.
De bepalingen van deze paragraaf zijn uitsluitend van toepassing op schepen, andere dan Nederlandse schepen, waarop het Verdrag niet van toepassing is.
Bijzondere meetbrieven, afgegeven ingevolge artikel 21, eerste lid, kunnen voor een bepaalde termijn of onder beperkingen worden afgegeven.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen voorschriften worden gegeven met betrekking tot het in stand houden van merken op ladingruimten en het inleveren van ongeldig geworden meetbrieven.
De kapitein van een Nederlands schip, die daarmee een reis onderneemt zonder dat het schip is voorzien van een overeenkomstig de bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften afgegeven meetbrief, welke geldig is op het ogenblik van vertrek, wordt gestraft met geldboete van de derde categorie.
De kapitein van een Nederlands schip, dat niet voldoet aan een der verplichtingen, vermeld in de artikelen 25, eerste lid, en 26, eerste lid, wordt gestraft met geldboete van de derde categorie.
Overtreding van de voorschriften ingevolge artikel 23 bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vastgesteld, wordt, voor zover uitdrukkelijk als strafbaar feit aangemerkt, gestraft met geldboete van de tweede categorie.
De bij of krachtens deze wet strafbaar gestelde feiten zijn overtredingen.
Met de opsporing van de feiten, strafbaar gesteld bij of krachtens deze wet, zijn belast:
De Meetbrievenwet 1948 en de nadere regelen ter uitvoering van deze wet worden ingetrokken met ingang van de datum, gelegen twaalf jaar na de datum van inwerkingtreding van het Verdrag.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen in het belang van een goede uitvoering van deze wet nadere regelen worden gesteld.
Deze wet, welke kan worden aangehaald als "Meetbrievenwet" onder vermelding van het jaartal van het Staatsblad waarin de wet is geplaatst, treedt in werking op een door Ons te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle ministeriële departementen, autoriteiten, colleges en ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Huidige versie: 20210701