Onderwerp: Bezoek-historie

Regeling zeegaande passagiersschepen in nationale vaart
Publicatiedatum:06-09-2000Geldigheid:06-09-2000 t/m 30-09-2004Versie:vergelijk
Vergelijk versie 20000906 met:
Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Regeling zeegaande passagiersschepen in nationale vaart
De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Verkeer en Vervoer van de Nederlandse Antillen en met de Minister van Vervoer en Communicatie van Aruba;

Gelet op richtlijn nr. 98/18/EG van de Raad van de Europese Unie van 17 maart 1998 inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen (PbEG L 144), op artikel 5, eerste lid, van de Schepenwet en op artikel 5, tweede lid, van het Schepenbesluit 1965;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. In deze regeling wordt verstaan onder: richtlijn:

    richtlijn nr. 98/18/EG van de Raad van de Europese Unie van 17 maart 1998 inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen (PbEG L 144);

    passagiersschip, hogesnelheidspassagiersvaartuig, nieuw schip en bestaand schip:

    hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 2, onder onderscheidenlijk e, f, g en h, van de richtlijn.

    relaties0
  • 2. Hogesnelheidspassagiersvaartuigen worden ingedeeld in de categorieën A en B volgens artikel 4, derde lid, van de richtlijn.relaties0
relaties0

Artikel 2

Deze regeling is van toepassing op nieuwe passagiersschepen, op bestaande passagiersschepen van ten minste 24 meter lang en op hogesnelheidspassagiersvaartuigen, wanneer zij voor binnenlandse reizen over zee gebruikt worden.

relaties0relaties0

Artikel 3

  • 1. Passagiersschepen worden naar gelang van het zeegebied waarin zij varen ingedeeld in de klassen A, B, C en D volgens artikel 4, eerste lid, van de richtlijn.relaties0
  • 2. Als zeegebieden van de klassen A, B, C en D als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van de richtlijn worden aangewezen de zeegebieden die als zodanig staan aangegeven op de bijlage bij deze regeling volgens de op die bijlage aangegeven coördinaten.relaties0
relaties0

Artikel 4

  • 1. De artikelen 3, tweede lid, onder c, 4, onder a, 13, 17, en 35 tot en met 62 van het Schepenbesluit 1965 gelden niet voor passagiersschepen die binnenlandse reizen over zee maken.relaties0
  • 2. Aan de in het eerste lid verleende vrijstelling is het voorschrift verbonden:
    • a. voor nieuwe passagiersschepen dat zij voldoen aan het bepaalde in artikel 6, eerste en tweede lid, van de richtlijn;relaties0
    • b. voor bestaande passagiersschepen dat zij voldoen aan het bepaalde in artikel 6, eerste en derde lid, van de richtlijn;relaties0
    • c. voor hogesnelheidspassagiersvaartuigen dat zij voldoen aan het bepaalde in artikel 6, vierde lid, van de richtlijn.relaties0
    relaties0
relaties0

Artikel 5

  • 1. Nieuwe passagiersschepen worden onderworpen aan de onderzoeken, genoemd in artikel 10, eerste lid, van de richtlijn.relaties0
  • 2. Bestaande passagiersschepen worden onderworpen aan de onderzoeken, genoemd in artikel 10, tweede lid, van de richtlijn.relaties0
  • 3. Hogesnelheidspassagiersvaartuigen worden onderworpen aan de onderzoeken, genoemd in artikel 10, derde lid, van de richtlijn.relaties0
  • 4. De onderzoeken, bedoeld in het eerste tot en met derde lid, vinden plaats volgens de procedures en richtsnoeren, genoemd in artikel 10, vierde lid, van de richtlijn door de personen, genoemd in artikel 10, vijfde lid, van de richtlijn.relaties0
relaties0

Artikel 6

  • 1. Nieuwe en bestaande passagiersschepen zijn voorzien van een veiligheidscertificaat als bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de richtlijn.relaties0
  • 2. Hogesnelheidspassagiersvaartuigen zijn voorzien van een veiligheidscertificaat als bedoeld in artikel 11, derde lid, van de richtlijn. relaties0
relaties0

Artikel 7

Een wijziging van:

  • a. de definities van artikel 2, onder a, b, c, d en t, van de richtlijn;relaties0
  • b. de bepalingen betreffende de procedures en richtlijnen die van toepassing zijn op de in artikel 10 van de richtlijn bedoelde onderzoeken;relaties0
  • c. de bepalingen van bijlage I van de richtlijn;
    gaat voor de toepassing van deze regeling gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijzigingsrichtlijn uitvoering moet zijn gegeven.relaties0
relaties0relaties0

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling zeegaande passagiersschepen in nationale vaart.

relaties0relaties0

Artikel 9

Deze regeling treedt voor Nederland en Aruba in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt gepubliceerd, en voor de Nederlandse Antillen op een nader te bepalen tijdstip.

relaties0relaties0

Deze regeling wordt met de toelichting in de Staatscourant, de Curaçaosche Courant en het Afkondigingsblad van Aruba geplaatst.

De
Minister
van Verkeer en Waterstaat,
T.
Netelenbos

Bijlage als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de Regeling zeegaande passagiersschepen in nationale vaart

Naar boven