Onderwerp: Bezoek-historie

Regeling medische uitrusting aan boord van Nederlandse vissersvaartuigen
Publicatiedatum:01-01-2012Geldigheid:01-01-2012 t/m Versie:vergelijk
Vergelijk versie 20120101 met:
Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Regeling medische uitrusting aan boord van Nederlandse vissersvaartuigen
De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op richtlijn nr. 92/29/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 31 maart 1992 betreffende de minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid ter bevordering van een betere medische hulpverlening aan boord van schepen (PbEG L 113) en de artikelen 218, dertiende lid, onderdeel 8, 221, tweeënveertigste lid, onderdeel 20, 223, elfde lid, onderdeel 9, 231, eerste lid, 237, en 317, derde lid, van het Vissersvaartuigenbesluit;

Besluit:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • bijlage: de bijlage bij deze regeling;
  • SOLAS-verdrag: het op 1 november 1974 te Londen totstandgekomen Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee (Trb. 1976, 157) en de bij dat verdrag behorende bindende protocollen, aanhangsels en bijlagen;
  • vaartuig: een vissersvaartuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Schepenwet.
relaties0relaties0

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze regeling is van toepassing op vaartuigen met een lengte van minder dan 24 meter die op grond van Nederlandse rechtsregels gerechtigd zijn de vlag van het Koninkrijk te voeren.

relaties0relaties0

Artikel 3 Benodigde medische uitrusting

  • 1. Aan boord van een vaartuig zijn de in de tabellen 1 en 2 van de bijlage voorgeschreven geneesmiddelen, antidota, verpleeg- en verbandmiddelen, handboeken en overige benodigdheden aanwezig. De eigenaar van een schip draagt voor eigen rekening zorg voor de levering en de vernieuwing van de medische uitrusting.relaties0
  • 2. De in de kolommen A tot en met E genoemde hoeveelheden gelden voor vaartuigen met een gemonsterde bemanning tot en met 15 personen. Bij een bemanningssterkte van meer dan 15 personen, worden deze hoeveelheden voor elke volgende groep van ten hoogste 15 personen steeds met honderd procent vermeerderd, met dien verstande dat daarbij de in de tabellen vermelde maximumhoeveelheden niet behoeven te worden overschreden en voor de receptplichtige middelen ook niet mogen worden overschreden.relaties0
  • 3. In afwijking van het tweede lid behoeven bij een bemanningssterkte van 15 tot en met 24 personen de in de tabellen 1 en 2 genoemde hoeveelheden slechts met vijftig procent te worden vermeerderd. Indien de in de tabellen genoemde hoeveelheid van een middel één bedraagt, behoeft deze hoeveelheid bij een bemanningssterkte van 15 tot en met 24 personen niet te worden vermeerderd.relaties0
relaties0

Artikel 4 Medische uitrusting bij het vervoer van gevaarlijke stoffen

  • 1. Voor vaartuigen waarmee gevaarlijke stoffen als bedoeld in hoofdstuk VII, deel A, van het SOLAS-verdrag worden vervoerd, kunnen afwijkende hoeveelheden geneesmiddelen, antidota, verpleeg- en verbandmiddelen en overige benodigdheden gelden. Deze afwijkende hoeveelheden staan in de tabellen 1 en 2 van de bijlage tussen haakjes vermeld.relaties0
  • 2. Aan boord van een vaartuig waarmee gevaarlijke stoffen als bedoeld in hoofdstuk VII van het SOLAS-verdrag worden vervoerd, is een Nederlandstalige uitgave van de bij circulaire MSC/Circ.857 van de Maritieme Veiligheidscommissie van de IMO vastgestelde Medische Eerste Hulp Gids bij ongevallen met gevaarlijke stoffen (Medical First Aid Guide for use in accidents involving dangerous goods; MFAG) aanwezig.relaties0
  • 3. Aan boord van vaartuigen waarop de in voorschrift V/14.3 van het SOLAS-verdrag bedoelde werktaal niet het Nederlands is, is in plaats van een Nederlandstalige uitgave een Engelstalige uitgave van de in het tweede lid bedoelde Gids aanwezig.relaties0
relaties0

Artikel 5 Inhoud medicijnkisten aan boord van reddingboten e.d.

  • 1. De tot de uitrusting van reddingboten, reddingvlotten en hulpverleningsboten behorende medicijnkisten, bevatten de in kolom R van de tabellen 1 en 2 van de bijlage voorgeschreven middelen.relaties0
  • 2. De in kolom R genoemde hoeveelheden gelden per 50 personen, met uitzondering van het middel tegen zeeziekte, waarvoor de per persoon benodigde hoeveelheden zijn vermeld.relaties0
relaties0

Artikel 6 Jaarlijkse inspectie medische uitrusting

  • 1. De schipper inspecteert jaarlijks, met inachtneming van hetgeen in dit artikel is bepaald, de aan boord van het vaartuig aanwezige medische uitrusting.relaties0
  • 2. De jaarlijkse inspectie van de medische uitrusting vindt plaats voorafgaand aan de onderzoeken waaraan het vaartuig wordt onderworpen in verband met de voor dat vaartuig benodigde certificaten. De inspectie heeft geen betrekking op de in artikel 5 bedoelde medische uitrusting voor reddingvlotten.relaties0
  • 3. De schipper stelt bij de inspectie een controlelijst op met daarop de benamingen en codes van alle geneesmiddelen, verpleeg- en verbandmiddelen en antidota die ingevolge de bijlage aan boord van het vaartuig zijn vereist, en vermeldt daarbij zowel de voorgeschreven hoeveelheden als de daadwerkelijk aan boord aanwezige hoeveelheden. In voorkomend geval wordt tevens de houdbaarheidsdatum van die middelen vermeld. De controlelijst vermeldt voorts de naam, de vlag en de thuishaven van het vaartuig.relaties0
  • 4. Indien de inspectie uitwijst dat de medische uitrusting van het vaartuig in overeenstemming is met de bijlage, ondertekent de schipper de controlelijst en biedt hij deze aan de Scheepvaartinspectie of, indien het onderzoek door een krachtens artikel 6, tweede lid, van de Schepenwet aangewezen natuurlijke persoon of rechtspersoon wordt verricht, aan die natuurlijke persoon of rechtspersoon ter visering aan.relaties0
relaties0

Artikel 7 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling medische uitrusting aan boord van Nederlandse vissersvaartuigen.

relaties0relaties0

Artikel 8

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

relaties0relaties0

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De
Minister
van Verkeer en Waterstaat,
C.M.P.S.
Eurlings

Bijlage bij de regeling medische uitrusting aan boord van nederlandse vissersvaartuigen

Betekenis van de kolommen in de tabellen 1 en 2
Kolom A: vrachtschepen, zeilschepen en vissersvaartuigen met een onbeperkt vaargebied;
Kolom B: vrachtschepen, zeilschepen en vissersvaartuigen met een vaargebied dat zich niet verder uitstrekt dan GMDSS-zeegebied A2 als bedoeld in voorschrift IV/2 van het SOLAS-verdrag;
Kolom C: vrachtschepen, zeilschepen en vissersvaartuigen met een vaargebied dat zich niet verder uitstrekt dan GMDSS-zeegebied A1 als bedoeld in voorschrift IV/2 van het SOLAS-verdrag tot 30 mijl uit de kust van een Europees land;
Kolom D: passagiersschepen, niet zijnde schepen waarmee korte internationale of nationale reizen als bedoeld in voorschrift III/3 van het SOLAS-verdrag worden gemaakt;
Kolom E: passagiersschepen waarmee korte internationale of nationale reizen als bedoeld in voorschrift III/3 van het SOLAS-verdrag worden gemaakt;
Max.: Maximumhoeveelheden;
Kolom R: reddingboten, reddingvlotten en hulpverleningsboten per 50 personen.
Betekenis van de aanvullende codes
RMA Het middel dient in beginsel slechts op advies van de Radio Medische Dienst of van een arts te worden toegediend of toegepast.
f Slechts voorgeschreven bij één of meer bemanningsleden van het vrouwelijk geslacht.
.t Slechts voorgeschreven op reizen in tropische wateren.
z Slechts voorgeschreven voor zeilschepen.
[ ] Slechts voorgeschreven voor schepen die gevaarlijke stoffen vervoeren en veerboten als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van richtlijn 92/29/EEG, indien hiervoor een afwijkende hoeveelheid is voorgeschreven.
Tabel 1. Geneesmiddelen, limitatieve lijst
Middelen tegen hart- en vaatziekten
1.1.02   RMA Adrenaline amp 1 mg/1 ml (voor im, iv en sc inj) 6 3 6 6 12
1.2.02   RMA Isosorbide-dinitraat tabl 5 mg 20 10 10 20 20 60 10
1.3.03   RMA Furosemide amp 40 mg/4 ml (voor im en iv inj) 3 [10] 2 [10] 3 2 [10] 6 [20]
1.4.02   RMA Fytomenadion amp 10 mg/1 ml (voor im inj) 2z [10] 2z [5] 2z 2 2 [5] 4 [15] 2
1.4.03   RMA Oxytocine amp 5U/1 ml (voor im en iv inj) 6f 3f 3f 6 3 12 3
1.5.02   RMA Metoprolol tabl 50 mg 30 10 30 10 60
1.6.02   RMA Carbasalaatcalcium 100 mg of Acetylsalicylzuur tabl 80 mg 20 10 20 10 40
Geneesmiddelen voor het maagdarmkanaal
2.1.04     Algeldraat+magnesiumhydroxide susp, flac 300 ml 2 1 4 2 8
2.1.05   RMA Omeprazol tabl/caps 20 mg 60 30 60 30 150
2.2.02   RMA Domperidon supp 60 mg 18 6 3 18 18 36
2.2.02R     Metoclopramide supp 20 mg 3
2.2.03   RMA Metoclopramide amp 10 mg/2 ml (voor im inj) 5 [30] – [10] 5 – [10] 10 [60]
2.3.01     Lactulose sir, flac 300 ml 2 1 2 1 4
2.3.02   RMA Nalaurylsulfoactaat/Sorbitol/Na-citraat microklysma 12 4 12 12 24
2.4.01     Loperamide caps 2 mg 80 40 40 80 40 200 40
2.6.01     Vaseline/lidocaïne crème 3%, tube 30 g 2 1 2 1 5
Pijnstillende en krampwerende middelen
3.1.02     Ibuprofen drag 400 mg 40 20 40 20 100
3.1.03     Paracetamol tabl 500 mg 80 [200] 40 [100] 20 80 80 [100] 200 [300] 80
3.2.03   RMA Morfine HCl amp 10 mg/1 ml (voor im en sc inj) (IN KLUIS BEWAREN) 10 [40] 5 [10 ] 10 10 [20] 30 [40]
3.2.04R   (RMA) Tramadol caps 50 mg 30
3.3.02   RMA Diclofenac supp 100 mg 10 5 5 10 5 20 5
3.4.01   RMA Naloxon amp 0,4 mg/1 ml (voor im en iv inj) 3 [6] 3 [6] 6 6 [12] 15 [24]
Geneesmiddelen voor het zenuwstelsel
4.1.02   RMA Diazepam mikroclysma 10 mg/2,5 ml 10 [10] 2 [5] 10 5 [20] 20 [20]
4.1.03   RMA Oxazepam tabl 10 mg 20 10 20 10 50
4.2.01   RMA Haloperidol tabl 1 mg 20 10 20 10 50
4.2.02   RMA Haloperidol amp 5 mg/1 ml (voor im en iv inj) 10 2 10 5 20
4.3.02     Cyclizine supp 100 mg 20 10 20 20 100
4.3.03     Cinnarizine tabl 25 mg 50 20 10 50 50 200 6 pp
4.4.02   RMA Carbamazepine tabl 200 mg 20 10 20 20 50
4.5.01   RMA Temazepam tabl/caps 10 mg 20 10 20 20 50
Anti-allergische en anti-anafylactische middelen
5.1.03   RMA Clemastine tabl 1 mg 20 10 20 20 50
5.1.04   RMA Clemastine amp 2 mg/2 ml (voor im en iv inj) 3 2 3 2 6
5.2.02   RMA Dexamethason amp 5 mg/1 ml (voor im en iv inj) 5 2 5 2 5
Geneesmiddelen voor het ademhalingsstelsel
6.1.02   RMA Salbutamol 0,1 mg[ds, inhalator 200 ds 2 [5] 1 [5] 2 1 [5] 4 [5]
6.1.03   RMA Beclomethasone 0,05 mg/ds, inhalator 200 ds – [5] – [5] – [5] – [5]
6.1.04     Voorzetkamer voor 6.1.02 en 6.1.03 1 [2] 1 [2] 1 1 [2] 1 [2]
6.2.01     Dextromethorfan sir, flac 200 ml 3 1 3 1 6
6.3.01     Xylometazoline neusdruppels 0,1%, druppelflac 10 ml 5 3 5 3 10
Infectiewerende middelen
7.1.01   RMA Amoxicilline caps 500 mg 60 20 60 20 120
7.1.07   RMA Doxycycline tabl 100 mg 20 5 20 5 50
7.1.08   RMA Cefuroxim amp 750 mg + 5 ml opl (voor im inj) 15 6 15 6 30
7.2.02   RMA Co-trimoxazol tabl 800+160 mg 30 10 30 10 60
7.4.02   RMA Metronidazol tabl 500 mg 20 10 20 10 50
7.4.03   RMA Metronidazol supp of ovule 500 mg1 – [10] – [25]
7.5.01   RMA Ciprofloxacine tabl 250 mg 40 20 40 20 100
7.6.01   RMA Tetanusvaccin amp 0,5 ml (voor im inj) (KOEL BEWAREN) 5 2 5 2 5
7.6.02   RMA Anti-tetanus immunoglobuline amp 250 E/2 ml (voor im inj) (KOEL BEWAREN) 3 1 3 1 5
7.7.01 .t RMA Kinine sulfaat tabl/drag 200 mg 70 70 70 70 200
7.7.02 .t   Proguanil tabl 100 mg2 500 250 500 500 1500
7.7.03 .t   Chloroquinesulfaat tabl 100 mg3 60 30 60 60 180
7.7.04 .t RMA Kininehydrochloride amp 600 mg/2 ml (voor im inj) 10 5 10 5 20
7.7.05 .t   Malarone® tabl 250/100 mg4 250 125 250 125 750
  .t RMA Aqua dest amp 5 ml voor verdunnen 7.7.04 (voor im inj) 20 10 20 10 40
Preparaten bestemd voor rehydratie en toevoer van calorieën en plasmavervangmiddelen
8.1.01     ORS met samenstelling vlgs WHO standaard, zakje voor de bereiding van1 liter rehydratie-vloeistof 18 6 18 6 36
8.1.02   RMA NaCl 0,9% infuusvloeistof, flac 500 ml 2 [10] 1 [6] 4 2 [6] 4 [10]
      Infuussysteem zie II.5.05f              
8.3.01   RMA Plasmavervangmiddel naar keuze, flac 500 ml 5 3 5 3 10
      Infuussysteem zie II.5.05f            
Geneesmiddelen voor dermatologisch gebruik
9.1.03     Chloorhexidine 0,5%, flac 30 ml 4 2 1 4 2 8 1
9.1.04     Chloorhexidine/Cetrimide opl, flac 250 ml 3 1 3 3 5
9.1.05     Handalcohol 70% 2 1 2 1 4
9.1.08     Betadine zalf, tube 30 g 3 2 1 3 2 6 2
9.1.09     Capsicum compositum crème, tube 30 g 3 1 3 1 6
9.1.10     Miconazolnitraat crème 2%, tube 30 g 4 2 4 2 8
9.1.13   RMA Zilversulfadiazine crème 1%, tube 50 g (KOEL BEWAREN) 5 3 1 5 5 8
9.1.13R     Lang houdbare antispetische crème geschikt voor behandeling van brandwonden 1
9.1.14R     Antizonnebrand waterbestendige crème, tube 25 g, factor 20 (EU) of 22 (USA) 2
9.1.15     Alumnis compositum poeder,strooiflac 100 g 4 1 4 2 8
9.1.18     Lanette/menthol crème 2%, tube 10 g 2 2 1 5
9.1.20     Permetrine lotion 10 mg/g, flac 59 ml 3 1 3 1 5
9.1.21   RMA Hydrocortison 1%, tube 30 g 2 1 2 1 4
Middelen voor oogheelkundig gebruik
9.2.03   RMA Tetracaïne oogdruppels 0,5%, unitdose (KOEL BEWAREN) 20 10 20 10 40
9.2.04   RMA Pilocarpine oogdruppels 2%, druppelflac 10 ml (KOEL BEWAREN) 1 1 1 1 2
9.2.05     Fluoresceïne strips 1%, verpakking van 10 stuks 1 1 1 1 2
9.2.06     Tetracycline oogzalf 1%, tube 4 g (KOEL BEWAREN) 2 [5] 1 [3] 1 2 1 [3] 4 [10] 1
9.2.07     Fusidinezuur ooggel1%, unitdose 0,2 g (KOEL BEWAREN) 24 12 24 12 48
Middelen voor oorheelkundig gebruik
9.3.03     Neomycine/Polymyxine-B/Hydrocortison oordruppels, 2 1 2 1 4
Middelen tegen mond- en keelaandoeningen
9.4.01     Chloorhexidine gorgeldrank 2%, flac 200 ml 2 1 2 1 4
Lokaal-anesthetica
9.5.02     Lidocaïne 2%, flac 20 ml zonder adrenaline (voor im en sc inj) 2 1 2 1 4
9.5.03     Carophylli aetheroleum (kruidnagelolie), druppelflac 10 ml 1 1 1 1 1
Aanvullende antidota voor gevaarlijke stoffen
10.1.01   RMA Calciumgluconaat gel 2%, tube 25 g – [5] – [5] – [10] – [40]
10.2.05   RMA Atropinesulfaat amp 1 mg/1 ml (voor im en iv inj) – [15] – [15] – [30] – [100]
10.2.06   RMA Calciumgluconaat bruistabl 1 g – [20] – [20] – [40] – [100]
10.2.09   RMA Geactiveerde kool, poeder, flac 50 g – [2] – [2] – [2] – [2]
10.2.10   RMA Aethylacohol opl 95%, flac 500 ml – [3] – [1] – [1] – [3]
Diversen
12.1.01   RMA Glucagon amp 1 mg + 1 ml opl (voor im en iv inj) (KOEL BEWAREN) 2z 2z 2z 4 2 4

1 De bereiding en aflevering van Metronidazol zetpillen kan op praktische bezwaren stuiten. Volgens informatie van de fabrikant is het mogelijk om vaginale ovules ook rectaal te gebruiken. Ovules (Flagyl) zijn daarom een gelijkwaardig alternatief.

2 Te gebruiken voor de profylaxe van malaria. Zie voor verdere informatie het Geneeskundig Handboek voor de Scheepvaart. Daarnaast dient gezorgd te worden voor de meest actuele informatie over resistentiegebieden. Malarone® is in Nederland slechts geregistreerd voor gebruik tot vier weken. De betrokken zeevarende tekent bij een arts een ‘informed consent’ oftewel bewustzijnsverklaring, voor gebruik langer dan vier weken aaneengesloten.

3 Te gebruiken voor de profylaxe van malaria. Zie voor verdere informatie het Geneeskundig Handboek voor de Scheepvaart. Daarnaast dient gezorgd te worden voor de meest actuele informatie over resistentiegebieden. Malarone® is in Nederland slechts geregistreerd voor gebruik tot vier weken. De betrokken zeevarende tekent bij een arts een ‘informed consent’ oftewel bewustzijnsverklaring, voor gebruik langer dan vier weken aaneengesloten.

4 Te gebruiken voor de profylaxe van malaria. Zie voor verdere informatie het Geneeskundig Handboek voor de Scheepvaart. Daarnaast dient gezorgd te worden voor de meest actuele informatie over resistentiegebieden. Malarone® is in Nederland slechts geregistreerd voor gebruik tot vier weken. De betrokken zeevarende tekent bij een arts een ‘informed consent’ oftewel bewustzijnsverklaring, voor gebruik langer dan vier weken aaneengesloten.

Tabel 2. Verpleeg- en verbandmiddelen
Reanimatiebenodigdheden
II.1.01 Beademingsballon reserve met masker, bij voorkeur op te bergen bij II.1.02.a – [1] – [1] – [1] – [1]
II.1.02.a Zuurstofkoffer draagbaar, compleet met gebruiksaanwijzingen, inclusief 1 zuurstoffles 2 l/200 bar, reduceerventiel met flowmeter, verdeelblok met externe zuurstofaansluiting en beademingsballon met masker 1 1 1 1 1
II.1.02.b Zuurstoffles reserve 2 l/200 bar bij voorkeur op te bergen bij II.1.02.a – [1] – [1] – [3] – [3]
II.1.02.c Zuurstoffles met zuurstof voor medische toepassing 40 l/200 bar1 of verdeeld over maximaal 4 flessen die allen dezelfde kleurcodering, vuldruk en aansluiting hebben, klaar voor direct gebruik in het ziekenverblijf van het schip, met 2 flowmeters voor het toedienen van zuurstof aan 2 personen tegelijk1 – [1] – [1] – [1] – [1]
II.1.03 Afzuigeenheid mechanisch om de luchtwegen vrij te maken, bij voorkeur als onderdeel van II.1.02.a 1 1 1 1 1
II.1.04 Brook Airway of Lifeway of equivalent 1 [2] 1 [2] 1 2 2 4 1
II.1.05.a Guedel (Mayo-tube) no 2 – [2] – [2] – [2] – [4]
II.1.05.b Guedel (Mayo-tube) no 3 – [2] – [2] – [2] – [4]
II.1.05.c Guedel (Mayo-tube) no 4 – [2] – [2] – [2] – [4]
II.1.06 Zuurstofmaskers disposable (tot 60% zuurstof) met bijbehorende flexibele aansluitslangen, bij voorkeur als onderdeel van II.1.02.a 2 [10] 2 [10] 2 2 [10] 6 [20]
Verbandmiddelen en hechtingsmateriaal
II.2.01 Hechtingsset met naalden: zie II.2.13 en II.3.01 t/m II.3.06.              
II.2.02 Zelfklevend elastisch verband 4 m/6 cm 1 1 1 2 1 2 1
II.2.03.c Hydrolast windsel 4 m/6 cm 30 15 8 60 60 120
II.2.04 Tunnelverband voor vingers m applicator, rol 5 m 4 1 1 4 4 12
II.2.05.a Hydrofiel gaas 5×5 cm steriel, verpakking van 16 st 10 5 1 20 20 40
II.2.05.b Hydrofiel gaas 10×10 cm steriel, verpakking van 25 st 3 2 1 3 3 10 1
II.2.05.c Vaseline gaas steriel 10×10 cm 20 10 10 20 20 40 10
II.2.06 Hydrofiel watten, 100 g 4 2 1 4 4 10
II.2.07.a Metalline laken steriel 73×250 cm 1 1 2 2 2
II.2.08 Driekante doeken (katoen) 4 4 4 4 4 4 4
II.2.09.a Handschoenen niet steriel, per paar 12 6 3 12 12 24 3
II.2.09.b Handschoenen steriel M, per paar 3 2 6 12 12
II.2.09.c Handschoenen steriel L, per paar 3 2 6 12 12
II.2.10.b Pleisterverband waterbest 1 m/6 cm 3 2 1 3 2 6 1
II.2.11.a Snelverband steriel nr 1 klein 4 4 1 10 10 20 2
II.2.11.b Snelverband steriel nr 2 middel 10 4 2 20 20 40 4
II.2.11.c Snelverband steriel nr 3 groot 4 4 1 10 10 10 1
II.2.12.a Hechtpleister waterbest 5 m/1¼ cm 2 1 1 2 2 5 1
II.2.12.c Zwaluwstaart pleisters steriel 20 10 5 20 20 40 5
II.2.13.c Hechtingen atraumatisch vicryl 4-0 10 5 10 10 20
II.2.13.d Hechtingen atraumatisch ethilon 3-0 10 5 10 10 20
II.2.13.e Hechtingen atraumatisch ethilon 5-0 10 5 10 10 20
II.2.14 Synthetische watten 3 m/10 cm 2 1 2 2 4
II.2.15.a Oogklepje 2 1 3 3 3
II.2.15.b Oogcompressen, 5 stuks 2 1 3 3 3
II.2.16 Veilgheidsspelden (RVS), 12 st 2 1 1 3 3 3 1
Instrumenten
II.3.01 Scalpel steriel disposable 3 3 3 3 6
II.3.02 Instrumentendoos (RVS) voor chirurgische instrumenten 1 1 1 1 2
II.3.03.a Schaar chirurgisch (RVS) 1 1 1 1 2
II.3.03.b Verbandschaar Lister 18 cm (RVS), niet op te bergen in II.3.02 1 1 1 1 1 3 1
II.3.04.a Pincet anatomisch (RVS) 1 1 1 1 2
II.3.04.b Pincet chirurgisch (RVS) 1 1 1 1 2
II.3.05 Arterieklem vlgs Kocher (RVS) 1 1 1 1 2
II.3.06 Naaldvoerder Mathieu 17 cm (RVS) 1 1 1 1 2
II.3.07 Scheerapparaat disposable 5 2 5 5 10
II.3.08 Splinterpincet (RVS) 1 1 1 1 2
II.3.09 Ringzaagtang (RVS) 1 1 1 1 1
II.3.10 Nylon lisje oogheelkundig 1 1 1 1 2
Materiaal voor onderzoek en medische controle
II.4.01 Tongspatels disposable 50 10 50 50 100
II.4.02 Teststrips voor urineanalyse: bloed/glucose/eiwit/nitriet/leucocyten, 50 strips 1 1 1 1 2
II.4.03 Bladen voor registratie lichaamstemp en pols 20 5 20 20 40
II.4.04 Medische kaart voor informatie bij evacuatie 4 2 4 4 10
II.4.05 Stethoscoop 1 1 1 1 1
II.4.06 Anaeroïde bloeddrukmeter, bij voorkeur automatisch 1 1 1 1 1
II.4.07 Thermometer voor koorts 3 2 3 3 6
II.4.08 Thermometer voor hypothermie 1 1 1 1 1
II.4.09 Penlight ooglampje + blauw kapje 2 1 2 2 2
Materiaal voor injecties, perfusie, puncties en catherisatie
II.5.01 Set v draineren vd blaas: zie II.5.04/.06/.07              
II.5.02.a Druppelclysma rectaal met druppelteller, inclusief 1 catheter 1 1 1 2
II.5.02.b Catheter 26 Fr voor druppelclysma rectaal [6] [12]
II.5.04 Urinezak met aansluiting op condoom 2 2 1 2
II.5.05.a Injectiespuiten steriel 2 ml disposable 50 [100] 25 [50] 5 50 40 [50] 100 [200] 5
II.5.05.b Injectiespuiten steriel 5 ml disposable 10 5 [10] 10 10 20 [20]
II.5.05.c Injectienaalden steriel sc 16×½ mm, passend op II.5.05.a/.b 25 10 25 10 50
II.5.05.d Injectienaalden steriel im 40×0,8 mm, passend op II.5.05.a/.b 50 [100] 25 [50] 5 50 25 [50] 100 [200] 5
II.5.05.e Vleugelnaalden steriel 1,2 te gebruiken bij inbrengen infuus 4 [10] 2 [10] 8 4 [10] 8 [20]
II.5.05.f Infuus systeem steriel voor 8.1.02 en 8.3.01 4 [10] 2 [10] 8 4 [10] 8 [20]
II.5.05.g Stuwband te gebruiken bij inbrengen infuus 1 [2] 1 [2] 2 1 [2] 4 [4]
II.5.06 Urinecatheter steriel Thieman zonder ballon nr 16 en 12, van ieder 1 1 1 2
II.5.07 Catheterglijmiddel lidocaïne 2%/chloorhexidine 0,05%, spuit 2 2 2 4
II.5.08 Nierbekken (RVS) 2 1 1 1 4
Verplegingsartikelen
II.6.01 Ondersteek (RVS) 1 2 2 3
II.6.02 Warmwaterzak 1 1 2 1 3
II.6.03 Urinaal (glas) 1 2 2 3
II.6.04 ColdHotpack Maxi 20×30 cm (IN VRIEZER BEWAREN) 1 1 1 1 1 2
II.6.06 Reddingdeken aluminiumfolie 1 1 1 2 2 4 1
Immobilisatiemateriaal
II.7.01 Vervormbare spalk voor vingers/tenen 30 cm (aluminium) 2 1 2 2 4
II.7.02 Vervormbare draadspalk voor o-arm/hand/o-been 70 cm, set van 6 stuks 1 1 1 1 2
II.7.03 Vacuum spalken (halve/hele arm, half/heel been) met handpomp 1 1 1 2 2 3
II.7.04 Dijbeenspalk Thomas 1 1 1 1 2
II.7.05 Nekkraag Stifneck Select of equivalent: instelbaar 2 2 2 2 4
II.7.06 Vacuumschelpmatras met voetpomp 1 1 1 1
II.07.07 Waar de voorgeschreven bemanning uit meer dan 3 personen bestaat: brancard2 1 1 1 2 2 2
Desinfectie, insectenverdeliging, bescherming
II.8.01 Drinkwater desinfectiemiddel, geschikt voor menselijke consumptie, hoeveelheid voor 1 keer de totale drinkwatervoorraad aan boord 2 1 2 2 5
II.8.04 Diëthyltoluamide (DEET) 50% insect repellent, flac 30 ml 30 15 30 30 60
II.8.05 Spuitbaar bestrijdingsmiddel tegen vliegend en kruipend ongedierte naar keuze, spuitflacon 2 1 2 1 10
Diverse benodigdheden
II.9.01.b Bodybag 1 [2] 2 1 [2]
II.9.03 Condooms 50 20 50 50 100
II.9.04 Pedaalemmer (RVS) met binnenemmer 1 1 1 1
  Plastic binnenzakken voor pedaalemmer, 20 st 2 2 2 4
II.9.05 Voorwerpglaasjes, 12 st 1 1 1 1
II.9.06 Wattendragers (hout) 50 20 50 50 100
II.9.07 Buigrietjes 20 10 20 20 40
II.9.10 Maritiem geneeskundig handboek, laatste editie 1 1 1 1 1
II.9.11 MFAG, laatste editie incl. aanvullingen als bedoeld in artikel 4, tweede lid van de regeling [1] [1] [1] [1]
II.9.12 EHBO-boekje Oranje Kruis, laatste editie 1 1
II.9.13 Hersluitbare waterdichte medicijnkist, bestemd voor alle artikelen uit kolom R met inhoudsopgave en behandelingsvoorschrift gedrukt op waterbestendig materiaal. 1

1 In verband met het explosiegevaar dat zuurstof onder druk kan opleveren, geschiedt de berging van de zuurstoffles(sen) op een wijze die passend is, bij voorkeur in de buitenlucht of in een geventileerde ruimte.

2 De brancard heeft een raamwerk met onbuigzame ondersteunende bodem en is zodanig geconstrueerd, dat het gehele lichaam van de patiënt bescherming wordt geboden en kan worden gefixeerd, waarbij rekening is gehouden met de uiteenlopende omstandigheden waaronder de brancard moet kunnen worden gebruikt. De brancard is vervaardigd van brandvertragend materiaal en voorzien van hijsogen en banden ten behoeve van horizontaal en verticaal transport, onder andere door mangaten en vluchtluiken.

Naar boven