

*) Noten:
c. Het beproeven van de stuurleidingen, servo-cilinders en pneumatisch bediende afsluiter op goede werking, zonodig met gebruikmaking van een hulpbron.
d. Het beproeven van de hoofdpoederleidingen en de tot de installatie behorende slangen met droge perslucht of droge stikstof met een druk, ten minste gelijk aan de werkdruk, in combinatie met het doorblazen van de hoofdpoederleidingen en van de tot de installatie behorende slangen met lucht met een druk van ten minste 6 bar, een en ander met inachtname van eventueel aanwezige breekplaten in de hoofdpoederleidingen naar de poederwerpers.
e. en f. Aanwijzingen voor het inwendig inspecteren van de poedervoorraadtanks en het controleren van het daarin aanwezige bluspoeder op goede vloeibaarheid.
Na enige tijd zal het bluspoeder zijn ingeklonken tot een volume van 40% tot 50% van het volume bij het vullen.
Om een representatief groot deel van de inwendige tankwand te kunnen inspecteren en om de goede vloeibaarheid van het poeder te kunnen controleren zonder het poeder uit de tank te verwijderen dient men de volgende werkwijze toe te passen:
het vat met het nog ingeklonken poeder op drukloos zijn controleren en daarna het inspectie/vuldeksel openen.
De tankwand, voorzover zichtbaar, visueel inspecteren:
1. Indien intering wordt geconstateerd, het poeder verwijderen en het vat onderwerpen aan een beproeving onder druk met vloeistof met de op het vat aangegeven proefdruk. Na beproeving en goedkeuring het vat drogen en met bluspoeder vullen volgens de voorschriften van de fabrikant.
2. Indien geen intering wordt geconstateerd het vat weer sluiten.
Droge stikstof in het vat blazen. Hiervoor kan stikstof uit de drukhouder voor
het uitdrijfgas worden gebruikt indien deze geperst en inwendig onderzocht
moet worden.
Wanneer persen en inwendig onderzoek van deze drukhouder niet noodzakelijk is, kan droge stikstofuit een niet tot de installatie behorende drukhouder worden gebruikt. Als richtlijn kan hiervoor worden gerekend met 20 L stikstof met een druk van 150 bar voor een vat met 250 kg poeder.
Het ingeklonken poeder wordt zo los geblazen.
N.B. Alvorens stikstof in te blazen controleren dat de hoofdpoederafsluiter gesloten is.
Het poeder gedurende ten minste 20 minuten laten bezinken.
De ingeblazen stikstof over de by-pass afvoeren via de hoofdpoederleidingen en de tot de installatie behorende slangen en pistolen. Dit kan gecombineerd worden met het voorgeschrevene onder 3.1.2 en 2.1.4 van deze Bekendmaking. Bovenstaande met inachtname van eventueel aanwezige breekplaten in de hoofdpoederleidingen naar de poederwerpers.
Het vat op drukloos zijn controleren, het inspectie/vuldeksel openen en controleren of het poeder niet geklonterd en goed vloeibaar is. Indien het poeder in goede staat is het inspectie/vuldeksel weer sluiten.