Algemeen
Voor sommige prestaties worden per 1 januari 2026 nieuwe tarieven vastgesteld die lager zijn dan de tot dan geldende oude tarieven. Uit die tariefherijking volgt dat de oude tarieven dus meer dan redelijkerwijs kostendekkend zijn. Toch kan het zijn dat zorgaanbieders hun kostenstructuur nog hebben afgestemd op die hogere tarieven.
Aanpassen bedrijfsvoering zorgaanbieders
Zorgaanbieders hebben na publicatie van de beleidsregelwaarden in juli 2025 hun bedrijfsvoering kunnen aanpassen aan de situatie per januari 2026 (de tarieven worden na juli 2025 in tariefbeschikkingen vastgesteld op basis van de beleidsregelwaarden in de beleidsregels). Soms zijn zij verplichtingen aangegaan die doorlopen na 1 januari 2026 en die niet konden worden beëindigd. Het kan bovendien zo zijn dat tegenover die verplichtingen ook minder inkomsten kunnen worden gegenereerd (bijvoorbeeld door andere zorg te leveren). Er bestaan dan kosten waar geen inkomsten meer tegenover staan.
Het hangt af van de individuele situatie van een zorgaanbieder of en in hoeverre dat het geval is en of er daardoor voor een zorgaanbieder problemen kunnen ontstaan. Daarbij kunnen o.a. de volgende aspecten een rol spelen:
- het aandeel van de prestaties waarvan het tarief daalt in de totale Wlz-omzet (productmix, mate van specialisatie, mate en termijn waarin andere prestaties geleverd kunnen worden, etc.);
- het aandeel van de prestaties waarvan het tarief stijgt in de totale Wlz-omzet;
- eigen vermogen van een zorgaanbieder;
- inkomsten uit andere activiteiten dan Wlz-zorg;
- of compensatie mogelijk is tussen budget van meerdere NZa-nummers/NZa-budgetten binnen één concern.
Contractering zorgaanbieders en zorgkantoren
Zorgaanbieders en zorgkantoren hebben zelf binnen de reguliere tarieven de mogelijkheid om eventuele problemen op te vangen. Dat kan door binnen de tariefruimte van de maximumbeleidsregelwaarden/maximumtarieven in tariefbeschikkingen richting of op het maximum te contracteren. Dat geldt in de eerste plaats voor de dalende prestaties/beleidsregelwaarden. Maar het geldt ook voor de andere prestaties/beleidsregelwaarden. Zo kunnen partijen het budget van een zorgaanbieder op een hoger bedrag bepalen.
Overgangsregeling
Voor zover die contractering onvoldoende oplossing biedt, voorziet deze beleidsregel in een tijdelijke overgangsregeling van één jaar. Voor zover geen ruimte in de beleidsregelwaarden/tarieven resteert en er toch overgangsproblemen zouden ontstaan, kunnen zorgaanbieders en zorgkantoren de overgangsprestatie 2026 met bijbehorend tarief afspreken. Zo kan worden bereikt dat zorglevering aan zorgvragers niet in gevaar komt.
Daarbij hebben zorgaanbieders en zorgkantoren een grote vrijheid. Zij weten namelijk in hoeverre het afspreken van de overgangsprestatie/ tarief nodig is. Zo kunnen zij maatwerk bereiken.
Als partijen inschatten dat zij geen gebruik hoeven maken van de overgangsregeling, hoeft de berekening van artikel 4 niet te worden gemaakt. Zo voorkomen we administratieve lasten; meer ingewikkelde aanvraag- en toetsingsprocedures zijn niet nodig.
Daarom geeft deze beleidsregel bij het bepalen van het tarief het absolute maximum weer. Zorgaanbieders en zorgkantoren kunnen lager afspreken. Zoals gebruikelijk kunnen partijen daarbij rekening houden met alle reguliere belangen die spelen, zoals kwaliteit en doelmatigheid van zorg, zorgplicht van het zorgkantoor, etc.
Artikelsgewijs
Artikel 1
Meer informatie over het kostenonderzoek langdurige zorg (ghz en ggz exclusief behandeling) en het kostenonderzoek ggz Zvw/Fz/Wlz is te vinden in de verantwoordingsdocumenten. Deze verantwoordingsdocumenten zijn gepubliceerd op puc.overheid.nl/nza en zijn op deze site ook als relatie aan deze beleidsregel gekoppeld.
Artikel 4, eerste lid
De beleidsregelwaarde voor tariefvaststelling is bepaald op basis van impactanalyses naar aanleiding van de tariefherijking. Het bedrag is zo bepaald dat het op de door de NZa voorziene situaties past. De overgangsregeling moet namelijk onderhandelingsruimte bieden aan zorgaanbieder en zorgkantoor.
Op basis van de impactanalyse verwachten we dat de overgangsregeling in weinig gevallen gebruikt hoeft te worden. Dat geldt ook voor de werkelijke inzet van dit hoge maximumtarief; als inzet al nodig is, dan is dat voor een veel lager bedrag.
Artikel 4, tweede lid
Het initiatief voor het invullen van het format ligt bij de zorgaanbieder. Die heeft namelijk de gegevens die nodig zijn.
Het maximumbedrag uit het format komt niet als zodanig op de tariefbeschikking (dat is het bedrag uit artikel 4, eerste lid), maar kan wel worden meegenomen in de totale aanvaardbare kosten. Partijen moeten zich echter wel aan het maximum van artikel 4, tweede lid houden.
Artikel 4, tweede lid en artikel 4, vijfde lid
Bij het bepalen van het percentage van 3,75% is de NZa uitgegaan van het gemiddeld personeelsverloop in de zorgsector. Het gemiddeld personeelsverloop is ongeveer zo'n 10% per jaar (zie Uitstroom in de zorg: wie verlaat de zorg?, https://www.azwinfo.nl/longread/uitstroom-in-de-zorg-wie-verlaat-de-sector/.
Wij sluiten aan bij dat personeelsverloop omdat de kosten van een zorgaanbieder voor ongeveer 75% uit personeelskosten bestaan. Dit percentage volgt uit het kostenonderzoek langdurige zorg (ghz en ggz exclusief behandeling). Dat leidt ertoe dat een zorgaanbieder door natuurlijk personeelsverloop in één jaar al 75% * 10% = 7,5% kosten kan verlagen.
De NZa gaat in deze beleidsregel uit van een lager percentage dan 7,5%, namelijk 3,75%. De NZa gaat er van uit dat een zorgaanbieder 3,75% van het oude rekenbudget zelf kan opvangen; een overgangsregeling is daarvoor niet nodig. Daarbij speelt een rol dat zorgaanbieders sinds de bekendmaking van de nieuwe beleidsregelwaarden bijna zes maanden de tijd hebben gehad om daarop te anticiperen en de bedrijfsvoering aan te passen.
Artikel 4, derde lid en artikel 4, vierde lid
Meer informatie over het kostenonderzoek langdurige zorg (ghz en ggz exclusief behandeling) en het kostenonderzoek ggz Zvw/Fz/Wlz is te vinden in de verantwoordingsdocumenten. Deze verantwoordingsdocumenten zijn gepubliceerd op puc.overheid.nl/nza en zijn op deze site ook als relatie aan deze beleidsregel gekoppeld.
In de kostenonderzoeken zijn de personele en materiële componenten van de beleidsregelwaarden onderzocht. De overgangsregeling is bedoeld om eventuele negatieve impact van de herijking naar aanleiding van het kostenonderzoek op te kunnen vangen. Daarom vallen alleen de personele en materiële componenten binnen de berekening. Dit betekent dus dat de normatieve huisvestigingscomponent, de normatieve inventariscomponent en de component kapitaallasten buiten de berekening vallen. Daarnaast betekent het ook dat eventuele negatieve impact naar aanleiding van onder andere (eventuele) tariefkortingen door de minister van VWS, buiten de berekening vallen. Daarom gebruiken we de kostprijzen op prijspeil 2026.
De prestaties COT2 en COT6 zijn niet direct herijkt via een van de twee eerder genoemde kostenonderzoeken. De beleidsregelwaarden voor deze twee prestaties zijn afgeleid van de beleidsregelwaarden die horen bij de prestaties van respectievelijk H153 en H330. Aangezien de beleidsregelwaarden van H153 en H330 wel zijn herijkt, vallen de beleidsregelwaarden van COT02 en COT06 ook binnen de berekening.
De prestatie 'Z475 - ZZP vg7-plus inclusief behandeling en inclusief begeleiding' is nieuw per 2026. Deze prestatie is ontstaan door het toepassen van differentiatie voor de prestatie 'Z473 - ZZP vg7 inclusief behandeling en inclusief begeleiding' en de prestatie 'Z475 - ZZP vg7-plus inclusief behandeling en inclusief begeleiding'. Deze differentiatie kan op invidueel niveau een eventuele negatieve impact veroorzaken. Deze beleidsregel is niet bedoeld om een dergelijke impact op te vangen. Daarom nemen we voor zowel de prestatie Z475 als de prestatie Z743 de beleidsregelwaarde die horen bij de prestatie Z473.
Artikel 4, vierde lid
De beleidsregelwaarden 2025 worden omgerekend naar prijspeil 2026 (geïndexeerd). Dit is om de verschillende jaren goed te kunnen vergelijken. De overgangsregeling heeft namelijk betrekking op verschillen die ontstaan door de herijking van de beleidsregelwaarden op basis van het door NZa uitgevoerde onderzoek. Door de omrekening naar prijspeil 2026 wordt de invloed van andere omstandigheden uitgeschakeld.
Artikel 4, vijfde lid
Zorgaanbieders kunnen met de overgangsregeling worden gecompenseerd voor het negatieve verschil in rekenbudget op basis van de nieuwe en oude maximum beleidsregelwaarden/tarieven (negatieve impact), voor zover deze veroorzaakt worden door een van de eerder genoemde kostenonderzoeken.
Zorgaanbieders zullen het verschil deels zelf kunnen opvangen. Vanwege (natuurlijk) personeelsverloop en de mogelijkheid voor een aanbieder om op de nieuwe tarieven voor te sorteren, is de hoogte van het maximumbedrag van de overgangsregeling niet volledig gelijk aan het verschil in rekenbudget.
Daarom is de hoogte van het maximale bedrag van de overgangsregeling ten hoogste gelijk aan het negatieve verschil in rekenbudget tussen de nieuwe en oude maximum beleidsregelwaarde/tarief verminderd met een percentage van het oude rekenbudget.
Hierna volgen twee rekenvoorbeelden.
Voorbeeld berekening waarbij drempelwaarde 3,75% wordt gehaald
Oud rekenbudget = 100
Nieuw rekenbudget = 95
Drempelwaarde = 3,75% van oud rekenbudget = 3,75
Bovengrens = (100-95) – 3,75 = 1,25
De bovengrens is positief en boven de drempelwaarde.
Voorbeeld berekening waarbij drempelwaarde 3,75% niet wordt gehaald
Oud rekenbudget = 100
Nieuw rekenbudget = 98
Drempelwaarde = 3,75% van oud rekenbudget = 3,75
Bovengrens = (100-98) – 3,75 = -/- 1,25
De bovengrens is negatief en onder de drempelwaarde.
Artikel 5
Ook in het geval waarin partijen een budget van € 1 hebben afgesproken, kan gebruik worden gemaakt van de overgangsprestie en -tarief. Het is aan zorgaanbieder en zorgkantoor om te bepalen of en in welke vorm. Bijvoorbeeld in de budgetronde (zie artikel 6) bovenop de € 1 of pas voor het eerst bij de herschikking.
Artikel 5, tweede lid
Dit artikel regelt onder andere dat prestatie en tarief ook voor het eerst kunnen worden aangevraagd in de herschikkings- of nacalculatieronde. Bij de nacalculatie kan dat binnen de gebruikelijke grens van de eerder gehonoreerde productieafspraak. Een en ander is gelijk aan de reguliere bekostigingssystematiek, maar we benadrukken dat nog eens.
Bijlage 1: Overzicht van prestaties die door de tariefherijking dalen
Prestatiecode
|
Prestatie
|
D430
|
dtv 3 vg excl. bh excl. db
|
D440
|
dtv 4 vg excl. bh excl. db
|
D454
|
dtv 5 vg excl. bh excl. db
|
D624
|
dtv 2 lg excl. db
|
D640
|
dtv 4 lg excl. bh excl. db
|
D670
|
dtv 7 lg excl. bh excl. db
|
D720
|
dtv 2 zg-aud excl. bh excl. db
|
D730
|
dtv 3 zg-aud excl. bh excl. db
|
D740
|
dtv 4 zg-aud excl. bh excl. db
|
D824
|
dtv 2 zg-vis excl. db
|
D830
|
dtv 3 zg-vis excl bh. excl. db
|
D840
|
dtv 4 zg-vis excl bh. excl. db
|
H331
|
behandeling families first lvg
|
H403
|
dtv 3 ggz wonen met intensieve begeleiding en gedragsregulering excl. bh excl. db
|
H871
|
dagbesteding zg visueel licht
|
H872
|
dagbesteding zg visueel midden
|
H874
|
dagbesteding zg kind visueel licht
|
H875
|
dagbesteding zg kind visueel midden
|
H876
|
dagbesteding zg kind visueel zwaar
|
H920
|
dagbesteding zg aud licht (zg aud1 en zg aud4)
|
H921
|
dagbesteding zg aud midden (zg aud2)
|
H922
|
dagbesteding zg aud zwaar (zg aud3)
|
H930
|
dagbesteding zg vis licht (zg vis2 en zg vis3)
|
H931
|
dagbesteding zg vis midden (zg vis1)
|
H934
|
dagbesteding zg vis zwaar (zg vis5)
|
H951
|
toeslag kind dagbesteding lg midden
|
H952
|
toeslag kind dagbesteding lg zwaar
|
H960
|
toeslag kind dagbesteding zg auditief licht
|
H961
|
toeslag kind dagbesteding zg auditief midden
|
H962
|
toeslag kind dagbesteding zg auditief zwaar
|
H970
|
toeslag kind dagbesteding zg visueel licht
|
H971
|
toeslag kind dagbesteding zg visueel midden
|
H972
|
toeslag kind dagbesteding zg visueel zwaar
|
O533
|
overbruggingszorg 3lvg incl.bh incl.db
|
O543
|
overbruggingszorg 4lvg incl.bh incl.db
|
V414
|
vpt 1vg excl.bh excl.db
|
V415
|
vpt 1vg excl.bh incl.db
|
V424
|
vpt 2vg excl.bh excl.db
|
V425
|
vpt 2vg excl.bh incl.db
|
V430
|
vpt 3vg excl.bh excl.db
|
V432
|
vpt 3vg incl.bh excl.db
|
V442
|
vpt 4vg incl.bh excl.db
|
V454
|
vpt 5vg excl.bh excl.db
|
V456
|
vpt 5vg incl.bh excl.db
|
V457
|
vpt 5vg incl.bh incl.db
|
V483
|
vpt 8vg incl.bh incl.db
|
V533
|
vpt 3lvg incl.bh incl.db
|
V543
|
vpt 4lvg incl.bh incl.db
|
V614
|
vpt 1lg excl.bh excl.db
|
V615
|
vpt 1lg excl.bh incl.db
|
V624
|
vpt 2lg excl.bh excl.db
|
V625
|
vpt 2lg excl.bh incl.db
|
V642
|
vpt 4lg incl.bh excl.db
|
V672
|
vpt 7lg incl.bh excl.db
|
V710
|
vpt 1zg-auditief excl.bh excl.db
|
V720
|
vpt 2zg-auditief excl.bh excl.db
|
V721
|
vpt 2zg-auditief excl.bh incl.db
|
V722
|
vpt 2zg-auditief incl.bh excl.db
|
V723
|
vpt 2zg-auditief incl.bh incl.db
|
V730
|
vpt 3zg-auditief excl.bh excl.db
|
V740
|
vpt 4zg-auditief excl.bh excl.db
|
V741
|
vpt 4zg-auditief excl.bh incl.db
|
V742
|
vpt 4zg-auditief incl.bh excl.db
|
V743
|
vpt 4zg-auditief incl.bh incl.db
|
V824
|
vpt 2zg-visueel excl.bh excl.db
|
V825
|
vpt 2zg-visueel excl.bh incl.db
|
V830
|
vpt 3zg-visueel excl.bh excl.db
|
V831
|
vpt 3zg-visueel excl.bh incl.db
|
V832
|
vpt 3zg-visueel incl.bh excl.db
|
V833
|
vpt 3zg-visueel incl.bh incl.db
|
V840
|
vpt 4zg-visueel excl.bh excl.db
|
V841
|
vpt 4zg-visueel excl.bh incl.db
|
V842
|
vpt 4zg-visueel incl.bh excl.db
|
V843
|
vpt 4zg-visueel incl.bh incl.db
|
V919
|
toeslag dagbesteding ghz kind – vg5/vg8 midden emg
|
Z1006
|
logeren ghz-zevmb
|
Z1007
|
beveiligde zorg lz niveau 2
|
Z1008
|
beveiligde zorg lz niveau 3
|
Z221G
|
zzp 2 ggz wonen met intensieve begeleiding en verzorging excl. bh incl. db - modulair bekostigingsmodel
|
Z230G
|
zzp 3 ggz wonen met intensieve begeleiding en gedragsregulering excl. bh excl. db - modulair bekostigingsmodel
|
Z231G
|
zzp 3 ggz wonen met intensieve begeleiding en gedragsregulering excl. bh incl. db - modulair bekostigingsmodel
|
Z280
|
klinisch intensieve behandeling
|
Z414
|
zzp 1vg excl.db
|
Z415
|
zzp 1vg incl.db
|
Z424
|
zzp 2vg excl.db
|
Z425
|
zzp 2vg incl.db
|
Z430
|
zzp 3vg excl.bh excl.db
|
Z432
|
zzp 3vg incl.bh excl.db
|
Z440
|
zzp 4vg excl.bh excl.db
|
Z442
|
zzp 4vg incl.bh excl.db
|
Z454
|
zzp 5vg excl.bh excl.db
|
Z456
|
zzp 5vg incl.bh excl.db
|
Z457
|
zzp 5vg incl.bh incl.db
|
Z461
|
zzp 6vg excl.bh incl.db
|
Z463
|
zzp 6vg incl.bh incl.db
|
Z483
|
zzp 8vg incl.bh incl.db
|
Z533
|
zzp 3lvg incl.bh incl.db
|
Z543
|
zzp 4lvg incl.bh incl.db
|
Z614
|
zzp 1lg excl.db
|
Z615
|
zzp 1lg incl.db
|
Z624
|
zzp 2lg excl.db
|
Z625
|
zzp 2lg incl.db
|
Z640
|
zzp 4lg excl.bh excl.db
|
Z641
|
zzp 4lg excl.bh incl.db
|
Z642
|
zzp 4lg incl.bh excl.db
|
Z643
|
zzp 4lg incl.bh incl.db
|
Z670
|
zzp 7lg excl.bh excl.db
|
Z672
|
zzp 7lg incl.bh excl.db
|
Z710
|
zzp 1zg-auditief excl.bh excl.db
|
Z711
|
zzp 1zg-auditief excl.bh incl.db
|
Z720
|
zzp 2zg-auditief excl.bh excl.db
|
Z721
|
zzp 2zg-auditief excl.bh incl.db
|
Z722
|
zzp 2zg-auditief incl.bh excl.db
|
Z723
|
zzp 2zg-auditief incl.bh incl.db
|
Z730
|
zzp 3zg-auditief excl.bh excl.db
|
Z740
|
zzp 4zg-auditief excl.bh excl.db
|
Z741
|
zzp 4zg-auditief excl.bh incl.db
|
Z742
|
zzp 4zg-auditief incl.bh excl.db
|
Z743
|
zzp 4zg-auditief incl.bh incl.db
|
Z814
|
zzp 1zg-visueel excl.db
|
Z815
|
zzp 1zg-visueel incl.db
|
Z824
|
zzp 2zg-visueel excl.db
|
Z825
|
zzp 2zg-visueel incl.db
|
Z830
|
zzp 3zg-visueel excl.bh excl.db
|
Z831
|
zzp 3zg-visueel excl.bh incl.db
|
Z832
|
zzp 3zg-visueel incl.bh excl.db
|
Z833
|
zzp 3zg-visueel incl.bh incl.db
|
Z840
|
zzp 4zg-visueel excl.bh excl.db
|
Z841
|
zzp 4zg-visueel excl.bh incl.db
|
Z842
|
zzp 4zg-visueel incl.bh excl.db
|
Z843
|
zzp 4zg-visueel incl.bh incl.db
|