Onderwerp: Bezoek-historie

Plausibiliteitsoordeel ex ante vergoeding indirecte meerkosten GGZ 2021 (aanbieders met een Zvw-omzet tussen €1-10 mln.)

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

1 Inleiding

Zorgverzekeraars Nederland (hierna: ZN) heeft een landelijke compensatieregeling opgesteld voor GGZ-aanbieders met verblijf én/of een omzet tussen €1-10 mln. om de door de betreffende zorgaanbieders gemaakte indirecte meerkosten van COVID, te vergoeden voor het jaar 2021.

Doel van het plausibiliteitsoordeel

De NZa heeft in de Beleidsregel continuïteitsbijdrage en meerkosten in verband met de uitbraak van het SARS-CoV-2 virus (BR/REG-20157) de prestatie 'meerkosten' vastgesteld naar aanleiding van de uitbraak van COVID. Met deze prestatie kunnen extra kosten in rekening worden gebracht die een zorgaanbieder maakt voor de levering van zorg.

De uitvoering van de ministeriële regeling is door Zorginstituut Nederland (hierna ZINL) uitgewerkt in de Beleidsregels catastroferegeling 2020 en 2021 COVID-19 van 17 december 2020 (kenmerk 2020046606). In deze beleidsregels, die de extra bijdrage voor zorgverzekeraars in verband met de COVID-pandemie nader regelt, is in artikel 2 lid 1 sub c als voorwaarde voor inbreng in de catastroferegeling opgenomen, dat de hoogte van de indirecte meerkosten plausibel moet zijn. Zorgverzekeraars kunnen een afspraak maken over de vergoeding van indirecte meerkosten. Aan de plausibiliteitstoets is op grond van artikel 2 lid 2 sub a voldaan indien de NZa de afspraken plausibel heeft gevonden. De NZa kan bij haar oordeel over de plausibiliteit van de afspraken rekening houden met alle bijzondere omstandigheden als gevolg van de COVID-pandemie.

2 Uitkomsten onderzoek

Ons onderzoek heeft zich gericht op onze taak of de door ZN vastgestelde regeling ter compensatie van de gemaakte indirecte meerkosten COVID plausibel is. Hiermee bedoelen we dat voldoende aannemelijk moet zijn gemaakt dat de in de regelingen opgenomen vergoedingsafspraken de werkelijke kosten redelijkerwijs benaderen. Hierbij hebben wij rekening gehouden met alle bijzondere omstandigheden als gevolg van de COVID-pandemie.

Voorgelegde regeling

Zorgverzekeraars hebben voor het jaar 2021 op 05 mei 2022 een verzoek voorgelegd voor een plausibiliteitsoordeel op een ex ante meerkostenregeling voor GGZ-aanbieders met verblijf én/of een omzet tussen € 1-10 mln. Op 4 oktober 2022 zijn de resultaten aangeleverd van een onderzoek naar de gemaakte indirecte meerkosten van de betreffende GGZ-aanbieders in 2021. De uitgangspunten voor dit onderzoek zijn tot stand gekomen in overleg met de NZa. De NZa heeft de opzet en uitvoering van het onderzoek naar de gemaakte indirecte meerkosten beoordeeld en is van mening dat hierop kan worden gesteund.

Uit dit onderzoek is naar voren gekomen dat 21 GGZ-aanbieders behoefte hebben aan een vergoeding voor indirecte meerkosten. Voor 13 van deze zorgaanbieders geeft het onderzoek aanleiding voor een ex ante vergoeding van 0,2% van de gerealiseerde, goedgekeurde Zvw-omzet uit het zorgsegment GGZ in 2021. De overige 8 zorgaanbieders komen in aanmerking voor vergoeding op basis van de ex post meerkostenregeling GGZ 2021. De NZa heeft eerder geoordeeld dat de opzet van het proces voor deze ex post regeling om de indirecte meerkosten GGZ te beoordelen, adequaat is.

Oordeel plausibiliteit

De NZa is van oordeel dat voldoende aannemelijk is gemaakt dat de vergoeding van 0,2% van de gerealiseerde, goedgekeurde Zvw-omzet uit het zorgsegment GGZ in 2021, plausibel is, waarbij rekening is gehouden met alle bijzondere omstandigheden als gevolg van de coronapandemie.

Naar boven