Onderwerp: Bezoek-historie

Termijnen van verrekening en uitstel van betaling (SB1251)
Geldigheid:09-03-2023 t/m Versie:vergelijk Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Artikel 4:87 Awb bepaalt dat een betrokkene een bestuursrechtelijke geldschuld in beginsel terugbetaalt binnen 6 weken. De SVB kan betrokkene op grond van artikel 4:94 Awb uitstel van betaling verlenen.
 

Bij het verlenen van uitstel van betaling of het verrekenen van een geldschuld past de SVB de Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boeten en terugvordering onverschuldigde betalingen (hierna: ‘regeling’) toe. De regeling bevat nadere regels over de termijn of termijnen waarbinnen een op grond van de AOW, Anw of AKW verschuldigde geldsom moet worden terugbetaald. Op grond van artikel 22, tweede lid OBR  is deze regeling van overeenkomstige toepassing op terugvorderingen op grond van de OBR. De regeling geldt niet voor de Participatiewet en de Remigratiewet, maar de SVB past de regeling wel naar analogie toe.
 

De SVB past artikel 4 van de regeling niet toe naar aanleiding van de opdrachtbrief van 6 juli 2021 van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In plaats daarvan past de SVB artikel 3 van de regeling toe totdat de Minister de regeling heeft gewijzigd. Op grond van artikel 3, zevende lid van de regeling kan de SVB een afwijkende betalingsregeling treffen indien toepassing van dit artikel leidt tot een kennelijk onredelijk resultaat. De SVB maakt van deze bevoegdheid gebruik als een invordering van de SVB een bestaande betalingsregeling zou doorkruisen. Dit geldt alleen voor een betalingsachterstand van:  

  • energie- en waterrekeningen;
  • huur of hypotheek;
  • zorgpremie. 

Grondslag

Artikel 4:87 en 4:94 Awb, artikel 3 van de Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boeten en terugvordering  onverschuldigde betalingen

Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB februari 2023

Naar boven