Onderwerp: Bezoek-historie

Export van uitkeringen (SB1406)
Geldigheid:02-05-2024 t/m Versie:vergelijk
Vergelijk versie 2 met:
Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Inleiding

De AOW, de Anw, de AKW en de Tijdelijke regeling overbruggingsuitkering AOW (OBR) beperken het recht op uitkering voor personen die in het buitenland wonen. We noemen dit exportbeperkingen. Deze beleidsregel gaat over de manier waarop de SVB de exportbeperkingen en uitzonderingen daarop toepast.

Het bepalen van de woonplaats

De exportbeperkingen in de AOW, de Anw, de AKW en de OBR gelden als de uitkeringsgerechtigde of het kind buiten Nederland woont.

Beleid

De SVB past SB1022 toe om te beoordelen waar een uitkeringsgerechtigde of kind woont.

Export van uitkeringen op grond van de AOW, Anw en OBR

De hoofdregel voor de export van een ouderdomspensioen, nabestaandenuitkering, wezenuitkering en overbruggingsuitkering, is dat een beperkt of geen recht op uitkering bestaat als de gerechtigde buiten de EU, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk of Zwitserland woont. Hierop zijn uitzonderingen. Een van de uitzonderingen geldt voor gerechtigden die wonen in een land waarmee Nederland een verdrag heeft gesloten dat export mogelijk maakt.

 

Beleid

De SVB past een verdragsbepaling die recht geeft op export van een ouderdomspensioen, nabestaandenuitkering, wezenuitkering of overbruggingsuitkering toe op alle uitkeringsgerechtigden die wonen in het land waarvoor het verdrag geldt. Het is voor de export van deze uitkeringen daarom niet nodig dat zij onder de personele werkingssfeer van het verdrag vallen.

Het woonlandbeginsel Anw

Het woonlandbeginsel houdt in dat de SVB de hoogte van de uitkering aanpast aan het kostenniveau van het land waar de nabestaande of wees woont. Dit beginsel is van toepassing als de nabestaande of wees buiten de EU, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk of Zwitserland woont.

 

Beleid

De SVB past het woonlandbeginsel niet toe als de nabestaande of wees woont in de verdragslanden Argentinië, Australië, Belize, Bosnië en Herzegovina, Canada, Chili, Ecuador, Egypte, Filipijnen, Hong Kong, Indonesië, Japan, Jordanië, Monaco, Montenegro, Nieuw-Zeeland, Noord-Macedonië, Panama, Paraguay, Quebec, Servië, Suriname, Thailand, Tunesië, Turkije, Verenigd Koninkrijk (alleen van toepassing op Jersey, Guernsey en Isle of Man), Verenigde Staten, Zuid-Afrika of Zuid-Korea. De SVB baseert dit mede op rechtspraak ( ECLI:NL:CRVB:2014:845 , ECLI:NL:CRVB:2014:1466 , ECLI:NL:CRVB:2017:304 en ECLI:NL:CRVB:2018:1020 ).

Export van kinderbijslag en het woonlandbeginsel AKW

De hoofdregel is dat een verzekerde geen recht op kinderbijslag heeft voor een kind dat buiten de EU, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen of Zwitserland woont. Als hierop een uitzondering geldt, is het woonlandbeginsel van toepassing. Het woonlandbeginsel houdt in dat de SVB de hoogte van de kinderbijslag aanpast aan het kostenniveau van het land waar het kind woont.

Beleid

De SVB exporteert de kinderbijslag als het kind in bepaalde verdragslanden woont en de verzekerde onder de personele werkingssfeer van dat verdrag valt. Het gaat om Australië, Bosnië en Herzegovina, Canada, Indonesië, Montenegro, Nieuw-Zeeland, Quebec, Servië, Suriname, Tunesië, Verenigd Koninkrijk (alleen van toepassing op Jersey, Guernsey en Isle of Man), Verenigde Staten, Zuid-Afrika en Zuid-Korea.

Als een kind in Turkije woont, dan exporteert de SVB de kinderbijslag als aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • de verzekerde heeft alleen de Turkse nationaliteit; en
  • de verzekerde werkt in loondienst in Nederland, of ontvangt een uitkering op grond van de Werkloosheidswet of Ziektewet.


Als de SVB op grond van deze verdragen kinderbijslag exporteert, past zij het woonlandbeginsel niet toe ( ECLI:NL:CRVB:2014:4181 , ECLI:NL:CRVB:2017:304 , ECLI:NL:CRVB:2018:1020 en ECLI:NL:CRVB:2019:510 ).

Het overgangsrecht in de AOW, Anw en AKW

In de AOW, Anw en AKW staat overgangsrecht over de export van uitkeringen. Een van de vereisten voor toepassing daarvan is dat de uitkeringsgerechtigde blijft voldoen aan de voorwaarden voor het recht op uitkering.

Beleid

Er wordt ook voldaan aan de voorwaarden voor het recht op uitkering, als iemand nog geen aanvraag heeft ingediend maar de SVB de uitkering zou hebben toegekend als hij dat wel had gedaan. Dit vloeit voort uit een arrest van de Hoge Raad ( ECLI:NL:HR:2011:BP4794 ).

Het overgangsrecht in de artikelen 62a AOW, 68a Anw en 41b AKW is niet van toepassing bij wijziging of opzegging van een verdrag dat zelf overgangsrecht over de export van uitkeringen bevat.

Beleid

Sommige verdragen bevatten een overgangsbepaling waarin staat dat een recht op uitkering dat is verkregen op grond van het verdrag niet mag worden beëindigd bij opzegging van het verdrag. Een dergelijke bepaling geldt niet alleen bij opzegging maar ook bij wijziging van het verdrag ( ECLI:NL:CRVB:2011:BR3965 ).

Grondslag

Naar boven