Onderwerp: Bezoek-historie

Incidentele stijging van het inkomen (SB1297)
Geldigheid:09-03-2023 t/m Versie:vergelijk Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Artikel 8, tweede lid, onder a, en derde lid AOW bepalen dat vanaf 1 januari 2015 geen recht op toeslag kan ontstaan als gevolg van een wijziging van het inkomen van de partner van de AOW-gerechtigde, tenzij het recht op toeslag is geëindigd als gevolg van een incidentele stijging van het inkomen. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat met een incidentele stijging van het inkomen wordt gedoeld op een stijging van het inkomen die niet permanent is, zoals bij de afkoop van pensioen, het incidenteel meer werken, de ontvangst van een overwerkvergoeding, de ontvangst van een eindejaarsuitkering, de ontvangst van een dertiende of veertiende maand, de ontvangst van een gratificatie in de vorm van een geldbedrag, de ontvangst van een nabetaling en de afname van een fiscale oudedagsreserve.
 

Op basis van deze wetsgeschiedenis hanteert de SVB het volgende beleid. Er is in ieder geval sprake van een incidentele stijging van het inkomen indien als gevolg van een wijziging van het inkomen gedurende maximaal drie maanden achtereen geen recht op toeslag bestaat. Naar aanleiding van een verzoek van de AOW-gerechtigde of een ander signaal neemt de SVB tevens aan dat sprake is van een incidentele stijging van het inkomen in geval van:

  • meerdere incidentele stijgingen achter elkaar, zoals de combinatie van drie maanden overwerk met de afkoop van een pensioen. Er is dan sprake van een incidentele stijging van het inkomen gedurende de periode waarin meerdere incidentele inkomsten worden ontvangen.
  • wisselende inkomsten als gevolg van een arbeidscontract met flexibele uren of een variabele vergoeding. In dat geval neemt de SVB aan dat sprake is van een incidentele stijging van het inkomen indien gedurende maximaal twaalf maanden geen recht op toeslag bestaat als gevolg van de wisselende inkomsten.
  • inkomsten in buitenlandse valuta. De SVB rekent de buitenlandse valuta minimaal een keer per jaar om naar euro's. Indien na deze omrekening het inkomen in euro's is gestegen en het recht op toeslag eindigt, is sprake van een incidentele stijging van het inkomen indien de wisselkoers weer daalt binnen twaalf maanden na de beëindiging van het recht op toeslag.

 

In geval van winst uit onderneming of resultaat uit overige werkzaamheden is in beginsel geen sprake van een incidentele stijging van het inkomen (CRvB 6 december 2019). In de volgende situaties neemt de SVB toch aan dat sprake is van een incidentele stijging van het inkomen:

  • een afname van de fiscale oudedagsreserve;
  • het verrichten van activiteiten die niet behoren tot de gebruikelijke bedrijfsactiviteiten zoals de verkoop van een bedrijfsmiddel of bedrijfspand (Rechtbank Gelderland 18 februari 2022);
  • een door de Belastingdienst gehonoreerd verzoek om middeling van het inkomen uit werk en woning op grond van artikel 3.154 Wet inkomstenbelasting 2001 (zoals dit artikel luidde tot 1 januari 2023). Deze middeling is alleen van belang voor het herleven van het recht op toeslag. Het belastbaar inkomen en de hoogte van de toeslag wijzigen niet.

Grondslag

artikel 8, tweede en derde lid AOW

Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB februari 2023

Naar boven