Beleidsregel
Op grond van de artikelen 25 AOW, 55a ANW, 24c AKW en 8
MKOB kan de SVB in bepaalde gevallen geheel of gedeeltelijk van verdere terugvordering
afzien door mee te werken aan een schuldregeling, indien de personen als bedoeld in deze
artikelen hiertoe een verzoek doen. De SVB gaat ervan uit dat ook de volgende personen een
verzoek kunnen indienen:
- een gekwalificeerde
schuldhulpbemiddelaar indien er een door de bevoegde persoon ondertekende
schuldhulpovereenkomst is;
- de voormalige gerechtigde.
Als het besluit waarin de SVB afziet van de (gedeeltelijke)
terugvordering wordt ingetrokken, zal de SVB het oorspronkelijk openstaande bedrag van de
terugvordering alsnog in z'n geheel invorderen.
Als een
schuldsaneringsregeling is uitgesproken op grond van de Wet schuldsanering natuurlijke
personen (Faillissementswet, titel III), dan werkt de schuldsaneringsregeling ten aanzien
van vorderingen op de belanghebbende die ten tijde van de uitspraak tot toepassing van de
schuldsaneringsregeling bestaan. De SVB gaat ervan uit dat, gelet op de artikelen 6:203 en
3:309 BW, een vordering uit onverschuldigde betaling van de SVB op de belanghebbende
ontstaat op het moment dat er te veel uitkering is betaald. Vorderingen uit onverschuldigde
betaling die zijn ontstaan vóór de uitspraak tot toepassing van de schuldsaneringsregeling
kan de SVB niet invorderen of niet langer invorderen. Deze vorderingen vallen onder de
schuldsaneringsregeling en worden aangemeld bij de bewindvoerder. Een uitzondering geldt
voor de kinderbijslag, die ingevolge het bepaalde in artikel 23, eerste lid, onder c AKW
niet onder de schuldsanering valt. Als onverschuldigd betaalde kinderbijslag kan worden
verrekend met toekomstige kinderbijslag brengt de SVB zijn vordering daarom niet in bij de
schuldsanering.
Op grond van een arrest van de Hoge Raad kan een
vordering uit onverschuldigd betaald AOW-pensioen of Anw-uitkering, die is ontstaan voordat
de schuldsaneringsregeling is uitgesproken, worden verrekend met nog uit te betalen
AOW-pensioen of Anw-uitkering. De SVB maakt van deze verrekeningsmogelijkheid geen gebruik,
maar zal de vordering aanmelden bij de bewindvoerder.
Als een
schuldsaneringsregeling is uitgesproken op grond van de Wet schuldsanering natuurlijke
personen stelt de rechter-commissaris een bedrag vast dat ter vrije beschikking blijft van
de belanghebbende. In die gevallen stelt de SVB niet zelf de beslagvrije voet vast, maar
hanteert zij het door de rechter-commissaris vastgestelde bedrag als beslagvrije voet.
Grondslag
De tekst van de beleidsregels internationaal is afgesloten naar de stand van de wetgeving en jurisprudentie op 1 mei 2012. De tekst van de overige delen van de beleidsregels (het deel AOW, Anw, AKW, Remigratiewet, MKOB, TOG, TAS en TNS, en de delen Awb en Overige onderwerpen) is niet aangepast.
artikel 25 AOW, 55a ANW, 24c AKW, 8 MKOB en Faillissementswet, titel III
Besluit beleidsregels internationaal SVB 2012