Onderwerp: Bezoek-historie

Wonen in Nederland, werken buiten Nederland (SB1035)
Geldigheid:15-06-2008 t/m 11-07-2009Versie:vergelijk Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Artikel 12, eerste lid, KB 746 bepaalt dat personen die langer dan drie maanden buiten Nederland werken voor een in Nederland gevestigde werkgever verzekerd blijven voor de volksverzekeringen. Voorwaarde is dat men in Nederland ingezetene blijft. Wat betreft deze laatste voorwaarde leidt de SVB af uit het arrest Aldewereld van het HvJ EG dat met het wonen in Nederland gelijk moet worden gesteld het wonen in een andere lidstaat van de EU of EER of het wonen in Zwitserland. Daarbij stelt de SVB de eis dat de betrokkene voorafgaand aan het werken buiten Nederland in Nederland verzekerd was.

De situatie doet zich voor dat een persoon beurtelings in en buiten Nederland werkt, en tussenliggende perioden van kort verlof geniet. Bij de beoordeling of er ten aanzien van een dergelijke persoon sprake is van een aaneengesloten periode van arbeid buiten Nederland van ten minste drie maanden hanteert de SVB inzake verlofperiodes de volgende beleidsregel. Uitgangspunt is dat een periode van verlof die wordt genoten in aansluiting op een periode van werken, wordt toegerekend aan de direkt voorafgaande werkperiode. Indien het verlof evenwel wordt genoten in aansluiting op een periode van werken buiten Nederland die korter is dan drie maanden, en de werknemer direkt na de betreffende verlofperiode weer in Nederland gaat werken, wordt het verlof niet toegerekend aan de buitenlandse werkperiode.

Op grond van het arrest van de HR van 17 december 1997 acht de SVB artikel 12 van KB 746 mede van toepassing op zeevarenden die in Nederland wonen en varen in dienst van een buiten Nederland gevestigde werkgever.

Het begrip ‘arbeid’ in de zin van artikel 12 wordt door de SVB op gelijke wijze geïnterpreteerd als het begrip arbeid zoals werd bedoeld in artikel 22 van de (ingetrokken) Wet op de inkomstenbelasting 1964. Hieronder vallen zowel arbeid in dienstbetrekking als buiten een dergelijk verband verrichte werkzaamheden. In de belastingrechtspraak zijn daarbij als voorwaarden gesteld dat de arbeid moet zijn verricht in het economisch verkeer en dat met de arbeid het verkrijgen van enig geldelijk voordeel moet zijn beoogd of volgens de in het maatschappelijk verkeer geldende regelen redelijkerwijs moet kunnen worden verwacht. Deze interpretatie van het begrip ‘arbeid’ wordt eveneens gehanteerd ten aanzien van de overige bepalingen uit KB 746 waarin het begrip wordt genoemd of beleidsmatig toepassing verkrijgt.

Grondslag

De tekst is afgesloten naar de stand van zaken op 7 april 2008, met dien verstande dat het Maatregelenbesluit socialezekerheidswetten dat per 1 mei 2008 in werking is getreden wel is verwerkt.

artikel 12

Besluit beleidsregels SVB 2008

Naar boven