Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/532/GB, 25 maart 2011, beroep
Uitspraakdatum:25-03-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/532/GB

Betreft: [klager] datum: 25 maart 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 7 februari 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis van de locatie Ooyerhoek Zutphen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 8 juli 2010 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Ooyerhoek Zutphen. Op 9 maart 2011 is hij overgeplaatst naar de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) van de locatie Westlinge te Heerhugowaard, een inrichting met
een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau als bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager stelt dat het bureau selectie- en detentiebegeleiding (b.s.d.) van de gevangenis van de locatie Ooyerhoek Zutphen hem heeft toegezegd dat hij zal worden overgeplaatst naar een b.b.i. Het b.s.d. wist dat er een plaats vrij was.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager wilde niet meewerken aan het programma Terugdringen Recidive (TR) maar wilde wel in een b.b.i. geplaatst worden. Inmiddels is klager met het b.s.d. van de gevangenis van de locatie Ooyerhoek Zutphen in gesprek gegaan en is klager geselecteerd en
overgeplaatst naar een b.b.i. zonder regimair verlof.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis Ooyerhoek is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Nu klager aan TR weigert deel te nemen, is plaatsing in een b.b.i. met regimair verlof gelet op artikel 3, vierde lid, van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden niet mogelijk. Gelet op het vorenstaande is de
beroepscommissie van oordeel dat de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. van Alff, secretaris, op 25 maart 2011

secretaris voorzitter

Naar boven