Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/2132/TA, 8 november 2010, beroep
Uitspraakdatum:08-11-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/2132/TA

betreft: [klager] datum: 8 november 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een uitspraak van 9 juli 2010 van de beklagrechter bij het forensisch psychiatrisch centrum Oldenkotte te Rekken, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Mr. J. Steenbrink heeft schriftelijk meegedeeld dat zij verhinderd is om ter zitting te verschijnen en dat zij, indien haar een toevoeging door de Raad voor de Rechtsbijstand zal worden verleend, zal bezien of zij klaagster bij zal staan. Mr. J.
Steenbrink heeft verzocht om de behandeling van de zaak aan te houden.

Aan de raadsvrouw is door het secretariaat van de Raad telefonisch medegedeeld dat op het verzoek om aanhouding ter zitting zal worden beslist en dat zij zich kan laten vervangen door een kantoorgenoot of schriftelijk het beroep kan toelichten.

Ter zitting van de beroepscommissie van 12 oktober 2010, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, zijn gehoord namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], juridisch medewerker, en [...], hoofd behandeling.

Er is geen vertegenwoordiger van het kantoor van de raadsvrouw ter zitting verschenen, noch is er een schriftelijke toelichting op het beroep ontvangen op het secretariaat van de Raad.

Klaagster heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te verschijnen.

Omdat het lid mr. dr. E.J. Hofstee verhinderd was om ter zitting te verschijnen, zal hij op grond van de stukken de zaak medebeoordelen.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft:
a. de plaatsing van klaagster op de afdeling voor intensieve zorg I-A;
b. de afwijzing van het verzoek tot overplaatsing naar een open GGz of een begeleide woonvorm en
c. de beperking van klaagsters bewegingsvrijheid door intrekking van haar transmuraal verlof.

De beklagrechter heeft het beklag vermeld onder a. ongegrond verklaard en klaagster niet-ontvankelijk verklaard in haar beklag vermeld onder b. en c. op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klaagster en het hoofd van de inrichting
Klaagster heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Zij heeft nog steeds hetzelfde probleem en verblijft in een prikkelarme kamer.
Er is van alles gebeurd en klaagster heeft hulp nodig. Klaagster moet de hele tijd praten. Zij mag niet uit haar kamer en wil graag de beroepscommissie spreken.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De Gelderse Roos heeft gevraagd om een time-out. Na drie weken bleek uit een gesprek met de coördinator logistiek en het hoofd
behandeling dat zij klaagster niet terug geplaatst wilden hebben. De time-out is toen beëindigd en zij is geplaatst op de afdeling II-D. De machtiging transmuraal verlof is niet ingetrokken.
Daarna was klaagster meer verward. Er was sprake van een toenemende psychose en zij vertoonde seksueel ontremd gedrag. In verband met het psychotisch en maniform beeld is verzoekster op 2 maart 2010 op de afdeling voor intensieve zorg I-A geplaatst.
In de loop van haar verblijf op de afdeling I-A is zij rustiger geworden en is zij op 16 maart 2010 teruggeplaatst naar de afdeling II-D.
In Oldenkotte is haar wel begeleid verlof verleend. De machtiging transmuraal verlof loopt op 1 januari 2011 af.
Bij klaagster is sprake van chronische psychotische problematiek. Ze is momenteel een stuk stabieler.

3. De beoordeling
Namens klaagster is verzocht om aanhouding van de behandeling. Klaagster heeft voorts verzocht om het beroep mondeling toe te lichten. De beroepscommissie acht zich voldoende ingelicht om thans op het beroep te kunnen beslissen en wijst op die grond
het
verzoek om aanhouding en het verzoek om klaagster te horen af.

Hetgeen in beroep ten aanzien van a. en b. is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve in zoverre ongegrond worden verklaard.

Ten aanzien van onderdeel c. overweegt de beroepscommissie dat sprake is van een beklagwaardige beslissing als vermeld in artikel 50, derde lid, Bvt juncto artikel 56, tweede lid aanhef en onder b, Bvt. De beroepscommissie zal derhalve de uitspraak van
de beklagrechter vernietigen en klaagster alsnog ontvangen in het beklag.

Uit de inlichtingen van het hoofd van de inrichting volgt dat klaagster onrustig, psychotisch en seksueel ontremd gedrag vertoonde. De beroepscommissie is van oordeel dat, gelet op haar toestandsbeeld, de beslissing om klaagsters transmurale verlof in
te trekken niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Zij zal het beklag derhalve alsnog ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ten aanzien van onderdelen a. en b. ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagrechter. Zij vernietigt de uitspraak ten aanzien van onderdeel c. en ontvangt klaagster alsnog in het beklag, maar
verklaart dit beklag ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.A.M. Schaap-Meulemeester, voorzitter, mr. drs. T.A.M. Louwe en mr. dr. E.J. Hofstee, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 8 november 2010

secretaris voorzitter

Naar boven