Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/1427/GA, 14 oktober 2010, beroep
Uitspraakdatum:14-10-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/1427/GA

betreft: [klager] datum: 14 oktober 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. J.A.W. Knoester, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 21 april 2010 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Zuyder Bos, inhoudende een ordemaatregel van plaatsing in afzondering in een andere verblijfsruimte dan een afzonderingscel voor maximaal zeven dagen in
verband met de verdenking van een poging tot ontvluchting ingaande op 7 maart 2010 en geëindigd op 11 maart 2010,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 17 september 2010, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam Over-Amstel, zijn gehoord klagers raadsvrouw mr. S. Marjanovic en [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur bij de locatie Zuyder Bos.

Klager heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
In verband met een anonieme melding dat klager en een medegedetineerde zouden pogen te ontvluchten, is klager een ordemaatregel van maximaal zeven dagen afzondering in een andere verblijfsruimte dan een afzonderingscel opgelegd.
Uit de stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat de directeur actief onderzoek heeft ingesteld. Hij heeft vrijwel dagelijks telefonisch contact gehad met het GRIP, heeft een risicoanalyse laten maken, kennisgenomen van omtrent klager
uitgebrachte gedragsrapportages en onderzoek gedaan naar de medegedetineerde. Zodra duidelijk was dat de orde en de veiligheid in de inrichting voor wat betreft klager niet in gevaar waren, is de ordemaatregel vroegtijdig beëindigd.
Derhalve kan hetgeen in beroep is aangevoerd naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard met wijziging van de gronden.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.H. de Wild, voorzitter, mr. dr. H.K. Fernandes Mendes en dr. M. Kooyman, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 14 oktober 2010

secretaris voorzitter

Naar boven