Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/2252/GV, 30 augustus 2010, beroep
Uitspraakdatum:30-08-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/2252/GV

betreft: [klager] datum: 30 augustus 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 20 juli 2010 genomen beslissing van de Minister van Justitie (de Minister),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Minister in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Ten onrechte wordt aangevoerd dat klager bij een te verlenen verlof zijn vriendin zou gaan stalken. Hij heeft al viereneenhalf jaar een relatie met haar en zij komt wekelijks bij klager op bezoek. Bij de
rechtbank heeft zijn vriendin ook al aangegeven dat er van deze aantijging niets klopt.
Verder wordt klager aangemerkt als een veelpleger, hetgeen eveneens op onjuiste gegevens is gebaseerd. Hierdoor is klager zijn mogelijkheid tot detentiefasering alsmede tot algemeen verlof misgelopen.

Namens de Minister is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Vanuit de inrichting waar klager verblijft is aangegeven dat elke vorm van fasering is afgewezen op basis van zijn gedrag. De enige fasering die nog resteerde (een BPP de laatste acht weken) is vanwege zijn gedrag ook niet doorgegaan. Tevens is een
negatief advies gegeven met betrekking tot zijn v.i.-datum, waardoor het mogelijk is dat deze datum later komt te vallen.
Ten aanzien van klagers vriendin wordt opgemerkt dat klager haar tijdens een van de bezoeken geslagen heeft en het vermoeden bestaat dat klager haar, als hij eenmaal buiten is, niet met rust zal laten. Uit de afdelingsrapportage blijkt dat de vriendin
bang is dat klager haar tijdens het verlof komt opzoeken.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een eerdere opgelegde jeugddetentie van 44 dagen ter zake van vermogensdelicten. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 8 september 2010. Aansluitend dient hij eventueel een subsidiaire hechtenis van 4 dagen en
14 dagen gijzeling op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften te ondergaan.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers vierde verlofaanvraag.

De beroepscommissie stelt vast dat klager wordt aangemerkt als veelpleger. Mede gelet op de naderende v.i.-datum vormt dit op zichzelf onvoldoende grond de aanvraag voor algemeen verlof af te wijzen. Tevens is echter gebleken dat klager zich gedurende
een eerder verleend verlof niet aan de opgelegde voorwaarde zich niet op te houden in de gemeente Maarssen heeft gehouden. Voorts heeft hij zich op 3 december 2009, toen hij in het kader van de TR geplaatst werd in Groot Batelaar, op de dag van
plaatsing onttrokken aan het toezicht van de inrichting en is pas op 26 december 2009 opnieuw aangehouden. Ten slotte is het onzeker of klager zijn vriendin tijdens een verlof met rust zal laten.
De beroepscommissie is van oordeel dat voornoemde omstandigheden een contra-indicatie vormen voor verlofverlening en dat deze een afwijzing van klagers verlofaanvraag rechtvaardigen. Derhalve kan de beslissing van de Minister, bij afweging van alle in
aanmerking komende belangen en gelet op de weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4 onder a, b, d en f van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 30 augustus 2010

secretaris voorzitter

Naar boven