Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/1833/GB, 23 augustus 2010, beroep
Uitspraakdatum:23-08-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 10/1833/GB

Betreft: [klager] datum: 23 augustus 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.D. Kloosterman, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 24 juni 2010 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de locatie De Kruisberg te Doetinchem onder de voorwaarde dat klager zich tijdens zijn regimair verlof niet in Lelystad mag begeven, ongegrond
verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 17 november 2009 gedetineerd. Hij verbleef in de penitentiaire
inrichting Almere. Op 19 mei 2010 is hij geselecteerd voor de locatie Kruisberg, waar een regime van algehele gemeenschap geldt en een beperkt beveiligingsniveau.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De bestreden beslissing is genomen in strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Het is onredelijk dat klager tijdens zijn verloven niet in Lelystad mag komen en derhalve niet in
zijn woning noch bij zijn familie, die in Lelystad woonachtig is. Klager kan de verloven op deze manier niet gebruiken voor een weerzien met zijn vrouw en kinderen. De voorwaarde is bovendien disproportioneel omdat klager op zijn verlofadres niet
wederom zal terugvallen in het gebruiken en verkopen van harddrugs. De selectiefunctionaris baseert zich op oude gegevens. Op generlei wijze is inzichtelijk gemaakt dat op het betreffende adres nog steeds drugs worden verkocht. Uit het strafdossier
valt niet op te maken dat er sprake is van agressie en klager dreigend gedrag heeft laten zien tegen afnemers/gebruikers. Het daarop gebaseerde standpunt berust dan ook niet op de waarheid. De voorwaarde is in de huidige vorm onredelijk bezwarend. Op
grond van de aangevoerde gronden is een huisverbod, een straat- of buurtverbod afdoende.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. De politie heeft aangegeven het adres in Lelystad niet gewenst te vinden voor verlof, omdat klager dit adres heeft gebruikt als verkooppunt voor drugs. Veel gebruikers
wonen in de omgeving van de woning en het zal dan ook snel bekend worden dat klager zijn weekendverloven op dit adres doorbrengt. Uit onderzoek is gebleken dat de afnemers bang zijn voor klager, omdat hij agressief kan zijn en bedreigingen heeft geuit
naar hen toe. Klager kan tijdens zijn verloven in Almere altijd bezoek ontvangen van zijn vrouw en kinderen, omdat de reistijd tussen Lelystad en Almere niet bijzonder lang is.

4. De beoordeling
4.1. De locatie De Kruisberg is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een beperkt beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Gelet op artikel 19, eerste lid, jo. artikel 5, tweede lid, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting berust de bevoegdheid tot het stellen van voorwaarden aan het regimair verlof bij de directeur van de inrichting. De keuze van de
wetgever deze bevoegdheid expliciet bij de directeur van de inrichting neer te leggen, impliceert dat de selectiefunctionaris een dergelijke bevoegdheid niet bezit. Het beroep is derhalve gegrond en de beslissing van de selectiefunctionaris dient voor
wat betreft de gestelde voorwaarde te worden vernietigd.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de beslissing van de selectiefunctionaris voor wat betreft de voorwaarde dat klager tijdens zijn verlof niet in Lelystad mag verblijven.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.A.G. Rutten, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 23 augustus 2010

secretaris voorzitter

Naar boven