Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/1916/TA en 17/1932/TA, 20 juli 2017, beroep
Uitspraakdatum:20-07-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:            17/1916/TA en 17/1932TA

 

betreft:               [klager]                datum: 20 juli 2017

 

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van twee bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschriften van

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 7 juni 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC De Kijvelanden te Poortugaal (K-2017-163, 17/1916/TA), en een niet nader opgevraagde uitspraak van de beklagrechter ((K-2017-187, 17/1932/TA), betreffende  wederom bij de beklagcommissie van de inrichting ingediende klachten terwijl klager al sinds 19 april 2005 niet meer in de inrichting verblijft,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bovengenoemde uitspraak van 7 juni 2017, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

 

De beklagrechter heeft klager bij uitspraak van 7 juni 2017 niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de grond dat klager sinds 19 april 2005 niet meer in de FPC de Kijvelanden verblijft en zijn beklag dus niet tijdig is ingesteld.

Op grond van de stukken en haar onderzoek heeft de beroepscommissie besloten partijen niet meer in de gelegenheid te stellen schriftelijk te reageren op het beroep c.q. het beroep schriftelijk toe te lichten, en overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

 

1.            De beoordeling

De beroepscommissie heeft bij uitspraak RSJ 22 juni 2017, 17/975/TA met betrekking tot een eerder ingediend beroep van klager tegen de niet-ontvankelijkverklaring van een bij deze beklagcommissie ingediende klacht vastgesteld dat het volkomen zinloos is om klacht- en beroepsprocedures in te dienen betreffende de inrichting waarin klager sinds 19 mei 2005 niet meer verblijft.

Nu beide beroepen wederom betrekking hebben op deze inrichting zal klager niet-ontvankelijk worden verklaard in deze beroepen.

De beroepscommissie merkt op dat zij, zo lang klager niet in FPC De Kijvelanden verblijft, na ontvangst van eventuele volgende brieven van klager met betrekking tot uitspraken van de beklagrechter van FPC De Kijvelanden zal beslissen deze brieven niet langer als een beroepschrift in behandeling te nemen. Klager krijgt van deze beslissing telkens schriftelijk bericht.

 

2.            De uitspraak

De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroepen.

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. A. van Holten en mr. drs. L.C. Mulder, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 20 juli 2017.

 

                 

                secretaris            voorzitter
 

Naar boven