Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/1332/GB, 11 juli 2017, beroep
Uitspraakdatum:11-07-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:            17/1332/GB

 

Betreft:               [klager]                datum: 11 juli 2017

 

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 april 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

 

1.            De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (p.i.) van de penitentiaire inrichting (p.i.) Dordrecht toegewezen.

 

2.            De feiten

Klager is sedert 30 mei 2013 gedetineerd.  Hij verblijft in het h.v.b. van de p.i. Dordrecht.

 

3.            De ontvankelijkheid

3.1.        Uit artikel 18, tweede lid, van de Pbw volgt dat met een verzoekschrift gelijk wordt gesteld een akkoordverklaring van de gedetineerde met het selectieadvies van de directeur van de inrichting. Voorts heeft klager op grond van artikel 72, eerste lid, van de Pbw het recht tegen de beslissing van de selectiefunctionaris op het bezwaar- of verzoekschrift, voorzover dit betreft een gehele of gedeeltelijke ongegrondverklaring, onderscheidenlijk afwijzing als bedoeld in de artikelen 17 en 18 van de Pbw, een met redenen omkleed beroepschrift in te dienen bij de beroepscommissie.

3.2.        De beroepscommissie stelt vast dat klager het selectieadvies van de directeur van de p.i. Arnhem van 28 maart 2017 om hem te plaatsen in of de locatie Hoogvliet, of de p.i. Groot Alphen of de p.i. Dordrecht is voorgelegd en hij blijkens voornoemd selectieadvies daarmee akkoord is gegaan. Het beroepschrift is gelet op het voorgaande ingesteld tegen een toewijzing van het verzoek van klager. Klager is derhalve niet-ontvankelijk in zijn beroep.

 

4.            De uitspraak

De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. A. van Holten, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. Vis-van Alff, secretaris, op 11 juli 2017

                                                        

             secretaris                                                                       voorzitter
 

Naar boven