Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/0130/TA, 12 april 2010, beroep
Uitspraakdatum:12-04-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/130/TA

betreft: [klager] datum: 12 april 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. D.W.H.M. Wolters, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 12 januari 2010 van de alleensprekende beklagrechter bij FPK Oldenkotte te Rekken, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft het hoofd van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. D.W.H.M. Wolters om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het niet vergoeden van de inrichting van extra werkzaamheden.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager heeft gedurende acht maanden buiten het programma om een aantal uren per dag extra werkzaamheden verricht, waarvoor hij niet is uitbetaald.
Klager
stelt nog een bedrag van € 1600,= tegoed te hebben. Klager heeft de werkzaamheden op verzoek van de inrichting verricht. Klager betwist uitdrukkelijk dat sociotherapie hem meerdere malen heeft getracht de extra werkzaamheden af te remmen. Klager heeft
inderdaad ook veel extra schoonmaakwerkzaamheden verricht omdat de afdeling niet schoon was. Hiervoor heeft hij echter geen vergoeding gevraagd.
Op verzoek van de inrichting heeft klager de zitbanken en de picknicktafel op de patio geschuurd en in de lak gezet. Tevens heeft hij op verzoek de patio onkruidvrij gemaakt. Op verzoek van de inrichting heeft klager de hobbyruimte opgeknapt en
opgeruimd door te schuren en te schilderen. Verder heeft klager op verzoek de vloeren van de separeerafdeling schoongemaakt. Voor deze opknapbeurten had de inrichting € 3000,= gereserveerd. Dit geld heeft de inrichting nu uitgespaard. Klager is niet
afgeremd, maar kreeg zelfs alle materialen aangereikt, zoals verf en een schuurmachine.

Het hoofd van de inrichting verwijst naar de voor de beklagrechter ingenomen standpunt. Klager heeft op eigen initiatief en met grote ijver buiten zijn eigen werkzaamheden om schoonmaakwerkzaamheden op de afdeling verricht. Ondanks meerdere pogingen
van
sociotherapie om klager hierin af te remmen is klager gefixeerd op het bovenmatig schoonmaken en houden van de afdeling.

3. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan - voor zover dat is komen vast te staan - naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Hierbij is in aanmerking genomen dat niet is gebleken dat de door
klager verrichte werkzaamheden vallen onder de werkzaamheden die door de Dienst Dagbesteding worden aangeboden en waarvoor, gelet op artikel 46, tweede lid, van de Bvt en onderdeel 8.10 van de huisregels, een vergoeding tegenover staat. Het beroep zal
derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, mr. S.L. Donker en drs. G.A.M. Mensing, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 12 april 2010

secretaris voorzitter

Naar boven