Regeling zakgeld jeugdigen
De Minister van Justitie,
Artikel
2
Aan jeugdigen die in een inrichting verblijven wordt zakgeld verstrekt, met inachtneming van het navolgende.
relaties0relaties0
Artikel
3
1. Het zakgeld bedraagt 1,26 euro per dag.
relaties0 2. Het zakgeld wordt jaarlijks per 1 januari aangepast aan het bedrag aan zakgeld dat is opgenomen in de normprijzen, die de Dienst Justitiële Inrichtingen jaarlijks vaststelt voor de justitiële jeugdinrichtingen.
relaties0 3. Onverminderd het bepaalde in
artikel 4, wordt het zakgeld door de directeur tenminste eenmaal per maand aan de jeugdige verstrekt door overmaking op zijn rekening-courant bij de inrichting.
relaties0
relaties0
Artikel
4
1. De directeur kan bepalen dat een deel van het aan de jeugdige toegekende zakgeld onder zijn bewaring blijft ter aanwending van de jeugdige tijdens zijn verblijf in de inrichting, of ter uitkering bij het einde van het verblijf van de jeugdige in de inrichting. De uitkering bij het einde van het verblijf geschiedt aan de jeugdige of diens wettelijke vertegenwoordiger.
relaties0 2. Indien de jeugdige naar een andere inrichting wordt overgeplaatst, worden de in het eerste lid bedoelde gelden overgemaakt aan die inrichting.
relaties0
relaties0
Artikel
5
1. Het zakgeld kan - tot ten hoogste het zakgeld van zeven dagen - worden aangewend tot vergoeding van schade die het gevolg is van een onrechtmatige daad van de jeugdige.
relaties0
relaties0
Artikel
6
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling zakgeld jeugdigen.
relaties0relaties0
De
Minister
van
Justitie,
Versie informatie document
Publicatie op Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming:
Huidige versie: 20020101
Datum beschikbaarheid huidige versie: 01-01-2002 (vanaf dit moment beschikbaar op Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming)
Datum document:
Publicatiedatum: 01-01-2002