Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/0140/GV, 2 maart 2010, beroep
Uitspraakdatum:02-03-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/140/GV

betreft: [klager] datum: 2 maart 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. J.P.C. ten Wolde, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 12 januari 2010 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. J.P.C. ten Wolde om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager heeft het verzoek om verlof voor bezoek aan mevrouw D. gedaan, omdat zij in verband met haar werk niet in staat is, met uitzondering van de vakanties, om klager in de inrichting te bezoeken.
Klager heeft de afgelopen twaalf maanden driemaal bezoek in de inrichting gehad. Het eerstvolgend bezoek is te verwachten in juli 2010. Klager onderhoudt reeds twaalf tot dertien jaar een vriendschappelijke relatie met mevrouw D. die voor zover klager
bekend is van onbesproken gedrag is en Jehova’s getuige. Klager ervaart haar als rustpunt en wandelt graag met haar hond. Het is niet uitgesloten dat hij bij haar een kamer zal kunnen huren na zijn vrijlating.
Klager zal per 16 juli 2010 in vrijheid worden gesteld, zodat er naar zijn mening voor het gevraagde bezoekverlof gelegenheid zou moeten worden geboden.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager verblijft in de locatie Alphen aan den Rijn. Het betreft de eerste van mogelijk zes verlofaanvragen. Uit het uittreksel justitieel documentatieregister blijkt dat klager al vanaf 1975 met politie en justitie in aanraking komt. Hij is regelmatig
veroordeeld voor gewelds- en zedendelicten. Tijdens zijn detenties is hij een aantal malen niet teruggekeerd van verlof. Het Openbaar Ministerie heeft negatief geadviseerd terzake van verlofverlening gelet op klagers recidive voor ernstige
geweldsdelicten en zedendelicten en het ontstaan van maatschappelijke onrust. Gelet op het feit dat klager een roerig detentieverleden heeft met een aantal onttrekkingen en het feit dat klager opnieuw is veroordeeld voor een zedenzaak met geweld,
waardoor de rechtsorde ernstig is geschokt is klager geen verlof verleend in dit stadium van zijn detentie.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de locatie Alphen aan den Rijn heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag in verband met klagers correcte gedrag in de inrichting.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Amsterdam heeft aangegeven bezwaar te hebben tegen verlofverlening, omdat klager zich schuldig heeft gemaakt aan een zedendelict met geweld (verkrachting), recidive heeft voor wat betreft
ernstige geweldsdelicten, er een reëel recidivegevaar is en een gevaar voor maatschappelijke onrust bij verlofverlening.
De politie heeft geen bezwaar tegen verlofverlening op het door klager opgegeven adres.

3. De beoordeling
Klager ondergaat thans een gevangenisstraf van 39 maanden met aftrek, wegens verkrachting. Aansluitend dient hij diverse vrijheidsstraffen te ondergaan. De datum van in vrijheidstelling is thans bepaald op 13 december 2010.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.

Klagers detentieverleden, de regelmatige veroordeling voor gewelds- en zedendelicten en de onttrekkingen aan detentie zijn door de selectiefunctionaris als redenen opgegeven voor de afwijzing van klagers verlofaanvraag.

Uit het bij de stukken gevoegde uittreksel uit het justitieel documentatieregister blijkt dat klager op 21 oktober 2009 vanwege een verkrachting is veroordeeld en daarvoor thans bovenvermelde gevangenisstraf uitzit. In de afgelopen vijf jaar is klager
voorts schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel wegens medeplegen van verduistering en zijn hem gevangenisstraffen van enkele weken opgelegd in verband met diefstal door middel van braak en winkeldiefstallen. Voorts is hij tot een
geldboete van € 240,= veroordeeld in verband met bedreiging.
De beroepscommissie is van oordeel dat bovenvermelde recidive op zich geen weigeringsgrond vormt om aan klager verlof te verlenen.
Dat klager tijdens detenties een aantal malen niet is teruggekeerd van verlof blijkt niet uit de stukken. Uit klagers registratiekaart kan ook niet worden opgemaakt dat klager zich de afgelopen jaren heeft onttrokken aan detentie.

De beroepscommissie is van oordeel dat, gelet op het bovenstaande, de beslissing van de Staatssecretaris om klagers verlofaanvraag af te wijzen niet op goede gronden rust.
Zij zal het beroep gegrond verklaren en de Staatssecretaris opdragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak. De beroepscommissie acht
geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 2 maart 2010.

secretaris voorzitter

Naar boven