Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/3645/GV, 5 februari 2010, beroep
Uitspraakdatum:05-02-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/3645/GV

betreft: [klager] datum: 5 februari 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.P.C.M. van Es, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 24 december 2009 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om het beroep schriftelijk toe te lichten. Namens klager heeft de raadsman het beroep bij schrijven van 19
januari 2010 schriftelijk nader toegelicht.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De bestreden beslissing is gegrond op de inlichtingen van het Openbaar Ministerie (OM). Van de andere (positieve) adviezen wordt door de Staatssecretaris geen melding gemaakt. Klager is van
mening dat de bestreden beslissing onvoldoende zorgvuldig is genomen. Ten aanzien van het negatieve advies van het OM geldt dat dit voornamelijk omstandigheden in het verleden van klager betreft terwijl voor de beoordeling van de verlofaanvraag de
persoon van klager in de toekomst van belang is. Daarnaast is klager in de huidige strafzaken niet onherroepelijk veroordeeld terwijl bij die zaken niet om acht feiten gaat maar om zes feiten, van een waarvan klager in eerste aanleg is vrijgesproken.
Klager is daarom van mening dat de bestreden beslissing ook onvoldoende is gemotiveerd. Klager heeft een belang om zich goed te kunnen voorbereiden op zijn aanstaande terugkeer in de samenleving. Indien de gevolgen van de bestreden beslissing niet meer
ongedaan gemaakt kunnen worden, verzoekt klager de beroepscommissie hem een passende tegemoetkoming toe te kennen.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Het verzoek om algemeen verlof is afgewezen omdat klager al sinds 1986 bijna jaarlijks een aantal keren is veroordeeld dan wel vervolgd is voor het plegen van strafbare feiten. Door het OM is aangegeven dat het in zijn optiek niet zozeer de vraag is of
klager nieuwe strafbare feiten gaat plegen maar wanneer hij dat zal doen. Mogelijk kan klager zich tijdens zijn detentie goed aanpassen en weet hij zich te tonen als een modelgedetineerde. Dat geeft evenwel geen garantie voor het moment dat hij buiten
de inrichting komt. Klager is veelpleger in de ruimste zin van het woord. De onderhavige afwijzing betekent niet dat klager in het geheel niet in aanmerking zal komen voor algemeen verlof ter voorbereiding van zijn terugkeer in de maatschappij. Naar
het
oordeel van de Staatssecretaris is het daarvoor, gelet op het negatieve advies van het OM, nog te vroeg.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van het huis van bewaring Alphen aan den Rijn heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag, waarbij hij heeft aangegeven dat klagers positieve gedrag in de inrichting alsmede klagers einddatum van detentie een
doorslaggevende rol heeft gespeeld.
De advocaat-generaal bij het ressortparket te Den Haag heeft aangegeven negatief te adviseren. Daarbij is het volgende vermeld:
De advocaat-generaal beschikt nog niet over het strafdossier. Gezien echter de justitiële documentatie (31 pagina’s !!) in zijn algemeenheid en de onderhavige veroordeling voor maar liefst acht feiten, verzet hij zich tegen detentiefasering. Klager is
een veelpleger en het is niet de vraag of, maar enkel de vraag wanneer hij nieuwe strafbare feiten zal plegen indien hem al dan niet regimaire vrijheiden worden toegekend.
De politie Haaglanden heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen klagers verblijf op het door hem opgegeven verlofadres.

3. De beoordeling
Klager verblijft thans in preventieve hechtenis in verband met een veroordeling in eerste aanleg tot een gevangenisstraf van vijftien maanden met aftrek, wegens gekwalificeerde diefstallen. Klager heeft hoger beroep ingesteld. Aansluitend dient hij
eventueel een subsidiaire hechtenis van twee dagen te ondergaan. Klagers einddatum van detentie is (vooralsnog) vastgesteld op 4 juni 2010.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal drie verlofaanvragen indienen.

De bestreden afwijzing is gegrond op – kortweg – de vrees voor recidive. Vastgesteld kan worden dat klager in het verleden veelvuldig in aanraking is geweest met politie en justitie terzake van het plegen van (met name) vermogensdelicten. Zo is klager
in de periode van 2000 tot en met 2009 terzake van het plegen van onder andere vermogens- en Opiumwetdelicten (onder meer) acht keer tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld. Thans bevindt hij zich in voorlopige hechtenis na veroordeling
in
eerste instantie tot vijftien maanden gevangenisstraf. De beroepscommissie is van oordeel dat voornoemde omstandigheid een forse contra-indicatie vormt voor verlofverlening en dat deze een afwijzing van klagers verlofaanvraag rechtvaardigt. Derhalve
kan
de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen en gelet op de weigeringsgrond zoals bedoeld in artikel 4 onder b van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of onbillijk worden
aangemerkt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 5 februari 2010.

secretaris voorzitter

Naar boven