Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/2474/TB, 28 december 2009, beroep
Uitspraakdatum:28-12-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/2474/TB

betreft: [klager] datum: 28 december 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.W. Ebbink, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 28 augustus 2009 van de Staatssecretaris van Justitie, verder te noemen de Staatssecretaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. J.W. Ebbink om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft beslist klager over te plaatsen naar het forensisch psychiatrisch centrum Veldzicht te Balkbrug (hierna: Veldzicht).

2. De feiten
Klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak ter beschikking gesteld (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege.
Klager is bij beslissing van 2 november 1999 geplaatst in de tbs-kliniek De Kijvelanden te Poortugaal (hierna: De Kijvelanden).
De Staatssecretaris heeft op 28 augustus 2009 beslist klager over te plaatsen naar Veldzicht. Klager is terzake op 27 augustus 2009 gehoord. De overplaatsing is op 15 september 2009 gerealiseerd.

3. De standpunten
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Uit het afschrift van het proces-verbaal terechtzitting van 17 juli 2009 van de rechtbank Haarlem blijkt dat klager is voorgedragen voor overplaatsing naar een andere tbs-inrichting om daar te beoordelen of hij in aanmerking komt voor een nieuwe
behandelmethode. De Kijvelanden is van oordeel dat klager dient te worden voorgedragen voor plaatsing in een longstayvoorziening en wenst geen enkele inhoudelijke vorm van behandeling te verstrekken. Beslist is om klager over te plaatsen naar Veldzicht
zonder dat Veldzicht een intakegesprek met klager heeft gevoerd en zonder dat er enig zicht is op een nieuwe behandeling van klager.
Het is van groot belang dat klager een nieuwe kans op behandeling krijgt. Klager is een jonge man die een heel leven voor zich heeft. Het is van groot belang dat hij in een tbs-inrichting wordt geplaatst die soortgelijke patiënten heeft als klager en
deskundig is op het gebied van de bij klager door deskundigen geconstateerde gebreken. Klager weet niet wat de Kijvelanden reeds over hem aan Veldzicht heeft verteld. Klager heeft recht op een nieuwe kans. Verzocht wordt om de bestreden beslissing te
vernietigen.

Namens de Staatssecretaris is inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.
Aan de beslissing ligt het verzoek tot wederzijdse overplaatsing van 22 januari 2009 van De Kijvelanden ten grondslag. Uit dit verzoek blijkt dat aan klager een serieuze resocialisatiepoging is geboden, maar dat hij hiervan niet heeft weten te
profiteren. Klager verbleef lange tijd in resocialisatiecentrum De Blink. Begeleiding door de verslavingsreclassering en de Brijderstichting was in voorbereiding toen bleek dat klager ernstig grensoverschrijdend gedrag had vertoond. Er werden lege
alcoholflessen, porno, elektronische apparatuur, een paspoort en correspondentie met scholieren/studenten/een kind op zijn (werk)kamer aangetroffen. Er bleken hoge schulden open te staan. Klager is naar aanleiding hiervan teruggeplaatst naar De
Kijvelanden, waar zijn behandelmogelijkheden opnieuw zijn onderzocht.
Klager is individuele cognitieve gedragstherapie, hernieuwde deelname aan zorgprogramma verslaving fase 1, delictketentherapie en aanverwante groepstherapieën aangeboden. Hij bleek het belang van de aangeboden therapieën niet in te zien en toonde
onvoldoende probleeminzicht en ontwikkeling van vaardigheden ter hantering van zijn risicofactoren. Alles in overweging nemende achtte De Kijvelanden longstayplaatsing geïndiceerd, maar niet eerder dan nadat hem een tweede behandelpoging in een andere
tbs-inrichting zou zijn geboden. Om die reden heeft De Kijvelanden verzocht om wederzijdse overplaatsing. Veldzicht is net als elke andere tbs-inrichting in staat om klager een gestructureerde en veilige omgeving te bieden waarbinnen een nieuwe
behandelpoging gestalte kan krijgen. Klagers vrees voor vooringenomenheid van Veldzicht is onterecht en niet/onvoldoende onderbouwd. Het gegeven dat De Kijvelanden Veldzicht voorafgaand aan de overplaatsing informeert over klager is inherent aan een
zorgvuldige overdracht en niet bedoeld om klager op enige wijze te benadelen.
Voor wat betreft klagers voorkeur voor plaatsing in de regio van zijn sociale netwerk wordt opgemerkt dat het belang van een snelle overplaatsing en behandeling volgens vaste jurisprudentie van de beroepscommissie voor persoonlijke voorkeuren gaan.
Daarbij komt dat klager volgens informatie uit het verlengingsadvies van mei 2006 op behandelinhoudelijke gronden klager juist verder weg van zijn oorspronkelijke woonomgeving geplaatst diende te worden.

4. De beoordeling
Bij de overplaatsing van tbs-gestelden dient de Staatssecretaris, op grond van artikel 11, tweede lid, van de Bvt in haar overwegingen te betrekken:
a) de eisen die de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de ter beschikking gestelde voor de veiligheid van anderen dan de tbs-gestelde of de algemene veiligheid van personen of goederen stelt, en
b) de eisen die de behandeling van de tbs-gestelde gezien de aard van de bij hem geconstateerde gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens stelt.

Uitgangspunt van het op grond van het IBO II-rapport door de Staatssecretaris geformuleerde beleid is dat alle tbs-inrichtingen geoutilleerd zijn voor iedere tbs-gestelde, met uitzondering van een aantal speciale categorieën, te weten vrouwen,
zwakbegaafden en extreem beheers- en vluchtgevaarlijke tbs-gestelden. Daarnaast wordt onderscheiden naar de primaire psychopathologie: psychotische stoornis of persoonlijkheidsstoornis.

Naar de Staatssecretaris heeft aangegeven is ten aanzien van klager sprake van een ruiling en vindt in dat geval door de Staatssecretaris geen toetsing aan bovengenoemde criteria plaats. De Staatssecretaris beoordeelt of door de inrichtingen, die de
wenselijkheid van een ruiling beoordelen, is voldaan aan de procedurele voorschriften.

De Staatssecretaris heeft de bestreden beslissing genomen onder verwijzing naar het schrijven van het hoofd van de inrichting van De Kijvelanden van 22 januari 2009.
In dit schrijven staat vermeld dat klager lange tijd in het resocialisatiecentrum De Blink heeft verbleven, maar in 2006 na het aantreffen van lege rumflessen, een grote hoeveelheid porno en andere verboden voorwerpen op zijn (werk)kamer is
teruggeplaatst naar de kliniek De Kijvelanden.
Vervolgens zijn aan klager verschillende vormen van therapie aangeboden, waaronder individuele cognitieve gedragstherapie, maar heeft dit in verband met zijn wisselende inzet en afweer niet geleid tot meer verdieping in de problematiek of toename van
zijn vaardigheden om met de risicofactoren om te gaan.
De inrichting concludeert dat overplaatsing naar een longstayvoorziening alleen passend is als een tweede behandelpoging in een andere tbs-inrichting niet tot een beter resultaat leidt. Om die reden heeft de inrichting het verzoek gedaan om klager over
te plaatsen naar een andere behandelinrichting.

Naar het oordeel van de beroepscommissie heeft klager geen zwaarwegende argumenten aangevoerd die zouden kunnen of moeten leiden tot het oordeel dat de Staatssecretaris in redelijkheid niet tot de bestreden overplaatsingsbeslissing heeft mogen komen.
Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent de bezoekmogelijkheden van zijn familie kan niet tot een ander oordeel leiden.
De beroepscommissie stelt vast dat (momenteel) het merendeel van de tbs-inrichtingen in het noorden en oosten van het land zijn gesitueerd terwijl veel tbs-gestelden afkomstig zijn uit het westen en hun vrienden, familie en overig sociaal netwerk
veelal
eveneens woonachtig zijn in het westen van het land. Indien in alle gevallen rekening zou worden gehouden met de regionale voorkeur van tbs-gestelden, zou dit leiden tot vergroting van de wachtlijsten voor plaatsing in een tbs-inrichting en verlenging
van de passantentermijn. Het belang dat tbs-gestelden zo snel mogelijk worden geplaatst opdat hun behandeling zo spoedig mogelijk kan aanvangen weegt daarom in de regel zwaarder dan eventuele regionale voorkeur.

Het hiervoor overwogene in aanmerking genomen kan de beslissing klager een nieuwe behandelkans te bieden door hem over te plaatsen naar Veldzicht, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, mr. S.L. Donker en drs. G.A.M. Mensing, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 28 december 2009

secretaris voorzitter

Naar boven