nummer: 09/2675/GA
betreft: [klager] datum: 22 december 2009
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 14 september 2009 van de alleensprekende beklagrechter bij het detentiecentrum Zeist,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
De beroepscommissie heeft de directeur van voormeld detentiecentrum in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten. Klagers raadsman heeft bij brief van 9 december 2009 nog een
nadere
toelichting verstrekt.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het openen van geprivilegieerde post.
De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
Het beklag is ongegrond verklaard, waarbij overwogen wordt dat de poststukken niet herkenbaar waren als zijnde post afkomstig van een geprivilegieerd persoon. De directie heeft in haar brief van 3 augustus 2009 verklaard dat per ongeluk de brief
gericht
aan klager is geopend, omdat het onmogelijk was alleen die aan de directeur te openen, aangezien de aan klager gerichte envelop in eenzelfde A4 formaat envelop zat als de aan de directeur gerichte brief. De directeur stelt verder aan klager te hebben
laten zien dat het nagenoeg onmogelijk is om alleen de brief aan de directeur te openen. Tot slot verklaart hij aan klager een telefoonkaart te hebben aangeboden, zodat deze zijn advocaat kon bellen met het verzoek de brieven voortaan in enveloppen van
verschillende afmetingen te doen. Dit alles is in tegenstelling tot hetgeen de directeur op de zitting heeft verklaard. Daar zei hij namelijk dat de brief niet in een dubbele envelop zat.
Klagers raadsman geeft aan dat post aan gedetineerden altijd wordt verzonden volgens de verzendvoorschriften zoals beschreven in de Regeling geprivilegieerde post gedetineerden, namelijk in een dubbele envelop en met een stempel van kantoor op beide
enveloppen waaruit duidelijk blijkt dat het afkomstig is van een advocatenkantoor. Tevens zijn het enveloppen van verschillende formaten.
De directeur heeft in beroep volhard in het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt. Voorts geeft hij aan dat indien de klacht gegrond wordt verklaard, hij een telefoonkaart van € 5,= als tegemoetkoming op zijn plaats vindt.
3. De beoordeling
Klagers raadsman voert aan dat de betreffende post volgens de regels is verstuurd, meer in het bijzonder dat enveloppen van verschillend formaat zijn gebruikt. Dit is in strijd met de bevindingen van de inrichting, zoals te lezen valt in de
toelichtende
brief van 3 augustus 2009; de brief aan klager zat in eenzelfde A4 formaat envelop als de aan de directeur gerichte brief. Juist daardoor is de brief aan klager abusievelijk (mede) geopend. In zijn klaagschrift spreekt klager ook over twee A4 formaat
enveloppen.
Gelet op het vorenstaande en in aanmerking genomen dat bij de geopende post een excuusbriefje was gevoegd en klager ook nog een telefoonkaart is aangeboden om zijn raadsman uit te leggen hoe deze het wel moet doen, hetgeen door klager niet aanvaard
werd, dient het beklag ongegrond verklaard te worden. Dit leidt tot na te melden uitspraak.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. L. Kersten, secretaris, op 22 december 2009
secretaris voorzitter