Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1903/GA, 7 december 2009, beroep
Uitspraakdatum:07-12-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/1903/GA

betreft: [klager] datum: 7 december 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 3 juli 2009 van de beklagcommissie bij de gevangenis voor mannen Zwolle,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 12 november 2009, gehouden in de locatie De Marwei te Leeuwarden is [...] – plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de gevangenis voor mannen Zwolle – gehoord.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorggedragen, heeft hij daarvan geen gebruik gemaakt.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft
a. de overplaatsing van een meerpersoonscel naar een eenpersoonscel (2009 1760),
b. de vermissing van goederen (2009 1761) en
c. het niet hebben ontvangen van de beschikkingen van de (over)plaatsingen (2009 1763).

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt schriftelijk als volgt toegelicht.
Klager had het inmiddels naar zijn zin op de meerpersoonscel. Zonder dat zich problemen hadden voorgedaan, werd hij naar een eenpersoonscel overgeplaatst. Klager moest per direct zijn cel verlaten. Een piw-er heeft zijn spullen ingepakt en na anderhalf
uur bij klager in de eenpersoonscel gebracht. Bij directe inspectie bleken er spullen te missen, maar klager kon dit pas de volgende middag aankaarten bij de desbetreffende piw-er. Weer een dag later kreeg hij te horen dat de spullen niet meer in de
bewuste meerpersoonscel aanwezig waren. Nu klager niet zelf zijn spullen heeft mogen pakken, is de directeur van de inrichting verantwoordelijk.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
In het kader van de doorstroom van gedetineerden is het gebruikelijk dat men na een bepaalde periode wordt overgeplaatst naar een eenpersoonscel. Er was in dit geval onvoldoende aanleiding om hiervan af te wijken. Bij een overplaatsing is het
gebruikelijk dat gedetineerden zelf hun spullen inpakken. Bij de beklagcommissie heeft klager overigens verklaard dat hij zelf zijn spullen heeft ingepakt, maar dat hij het een en ander was vergeten. Er was geen noodzaak om klagers spullen door een
piw-er te laten inpakken en er is geen ontruimingsverslag opgemaakt. De directeur gaat er dan ook vanuit dat klager zelf zijn spullen heeft ingepakt en de verantwoording ligt dan bij hem. Door het tijdsverloop is dat echter niet meer te controleren.

3. De beoordeling
Met betrekking tot beklagonderdeel a. overweegt de beroepscommissie dat de directeur tot de overplaatsingsbeslissing naar een eenpersoonscel had kunnen komen gezien het gangbare rouleersysteem dat geldt voor iedere gedetineerde. Terzake van
beklagonderdeel b. oordeelt de beroepscommissie dat niet voldoende aannemelijk is geworden dat klager niet zijn eigen spullen heeft ingepakt. Zo heeft hij in zijn klaagschrift van 2 april 2009 vermeld dat hij een t-shirt, trainingspak en belkaarten is
vergeten in te pakken omdat hij haastig moest vertrekken. Het is tevens staande praktijk dat een gedetineerde bij een reguliere overplaatsing zelf zijn spullen inpakt. Wat er ook zij van een eventuele vermissing van goederen, de verantwoordelijkheid
daarvan ligt in dit geval bij klager. Met betrekking tot beklagonderdeel c. komt de beroepscommissie tot het oordeel dat voor interne overplaatsingen geen verplichting bestaat tot het afgeven van beschikkingen. Het beroep zal derhalve ongegrond worden
verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. A.G. Coumans en L. Diepenhorst MPA, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 7 december 2009.

secretaris voorzitter

Naar boven