Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/2419/JA, 28 oktober 2009, beroep
Uitspraakdatum:28-10-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/2419/JA

betreft: [klager] datum: 28 oktober 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1989], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 24 augustus 2009 van de alleensprekende beklagrechter bij de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) Juvaid te Veenhuizen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 29 september 2009, gehouden in de j.j.i. De Heuvelrug, locatie Eikenstein te Zeist, zijn gehoord klager en [...], afdelingsmanager bij j.j.i. Juvaid.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het feit dat de inrichting een door haar gedane toezegging betreffende een beloning in verband met het geven van rondleidingen niet is nagekomen.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft op verzoek van een activiteitenbegeleider met een andere jeugdige eind april 2009 twee rondleidingen gegeven aan probleemjongeren. Deze jongeren konden dan zien hoe het leven in een jeugdinrichting was. De activiteitenbegeleider heeft
toegezegd dat klager en de andere jeugdige ieder een slof sigaretten (ter waarde van € 50,=) zouden krijgen. Ongeveer twee weken na het geven van de rondleidingen kregen klager en de andere jeugdige te horen dat ze het niet zouden krijgen. De school,
waarvoor de rondleiding verzorgd werd, heeft wel aan de inrichting € 100,= betaald. Klager is naderhand € 10,= aangeboden. Dit heeft hij niet geaccepteerd. Als hij vooraf had geweten dat hem iets in de trant van belminuten zou worden aangeboden, zou
hij
nooit bereid zijn geweest de rondleiding te geven. Klager heeft niet eerder vernomen wat gebruikelijk is als vergoeding voor het geven van een rondleiding.

De afdelingsmanager heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De activiteitenbegeleider heeft de toezegging gedaan zonder overleg met de gedragswetenschapper, afdelingsmanager en collegae. Hij is niet bevoegd een dergelijke toezegging te doen, te meer daar het niet past binnen de beloningsstructuur volgens het
sociaal competentiemodel. De toegezegde beloning is direct teruggedraaid omdat de beloning buiten proportioneel is. Direct na zijn vakantie is de activiteitenbegeleider hierop aangesproken en heeft hij dit aan de jongeren verteld. Vandaar dat er twee
weken heeft gezeten tussen de rondleiding en de afwijzing. Klager is een vervangende beloning aangeboden die wel past binnen de beloningsstructuur, namelijk 10 extra belminuten en twee extra tv-dagen. Dit heeft hij niet geaccepteerd. Het is
gebruikelijk
dat er extra zakgeld, belminuten of bijvoorbeeld een product als after shave, alles met een waarde van maximaal € 10,= wordt gegeven. Het geld dat betaald is voor de rondleidingen is in de groepspot gestort.

3. De beoordeling
Op basis van de stukken en het verhandelde ter zitting is voldoende duidelijk geworden dat binnen j.j.i. Juvaid gewerkt wordt met het sociaal competentiemodel. Op basis hiervan kan een jeugdige voor extra verrichtingen een bedrag, product of extra
activiteit ontvangen, echter daarbij geldt een grens van € 10,=. Klager, die ten tijde van de rondleiding ongeveer zes maanden in de j.j.i. Juvaid verbleef, had hiervan op de hoogte kunnen en moeten zijn.
Dit laat echter onverlet dat een voor klager ogenschijnlijk namens de directie gedane toezegging van een hoger, doch niet exorbitant hoger, bedrag, niet simpelweg teniet gedaan kan worden met de mededeling dat de activiteitenbegeleider deze toezegging
onbevoegd heeft gedaan. Klager heeft erop mogen vertrouwen dat een gedane toezegging ook zou worden nagekomen. Gelet hierop zal het beroep gegrond verklaard worden.
Nu vaststaat dat de voor de rondleiding betaalde bedragen gestort zijn in de groepspot, waarvan klager ook heeft kunnen profiteren, en hem na intrekking van de toezegging alternatieven zijn geboden, welke hij niet heeft willen accepteren, kent de
beroepscommissie klager een tegemoetkoming van € 20,= toe.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond.

Zij bepaalt dat aan klager ten laste van de directeur een tegemoetkoming toekomt van € 20,=.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. B.J. de Jong, voorzitter, mr. H.M.S. Cremers en drs. B. van Dekken, leden, bijgestaan door
mr. I. Lispet, secretaris, op 28 oktober 2009

secretaris voorzitter

Naar boven