Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/3028/GA, 27 juli 2009, beroep
Uitspraakdatum:27-07-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/3028/GA

betreft: [klager] datum: 27 juli 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 29 september 2008 van de beklagcommissie bij Unit 3 gevangenis BIBA te Den Haag,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 mei 2009, gehouden in de locatie Zoetermeer, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. P.H.W. Spoelstra, en [...], unit-directeur bij de locatie Zuid.

Bij tussenuitspraak van de beroepscommissie van 7 mei 2009, welke aan deze uitspraak is gehecht en waarvan de inhoud als hier ingelast wordt beschouwd, is de behandeling van de zaak aangehouden met het oog op een poging tot bemiddeling als in die
beschikking omschreven.
In een bijeenkomst op 12 mei 2009 van de beklagcommissie bij eerdergenoemde inrichting met klager, een lid van de Gedeco en de beheerder van de inrichtingswinkel is afgesproken de prijzen van 72 producten die op de lijst 2009 van de inrichtingswinkel
staan vermeld te onderzoeken. Het verslag van deze bijeenkomst is aan deze uitspraak gehecht.
Op 14 mei 2009 heeft de beroepscommissie de digitale uitdraai ontvangen van de geselecteerde producten, waarop de inkoopprijs, de verkoopprijs, het geldende belastingtarief en de winstmarge staan vermeld. Deze digitale uitdraai is aan klager en zijn
raadsman toegezonden.
Klagers raadsman heeft bij brief van 2 juni 2009 een nadere reactie gezonden.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
In de gehouden steekproef zijn de prijzen van 72 producten die op de lijst 2009 van de leverancier [A] staan vermeld onderzocht in het kader van de brief van 3 juli 2008 van de directeur van genoemde locatie op gehanteerde winstmarges ten opzichte van
de inkoopprijzen. Gebleken is dat ten aanzien van een aantal producten een hogere winstmarge geldt dan eerder aangegeven. In verband daarmee verzoekt klager om alle door [A] aangeboden producten op deze manier onder de loep te nemen.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De inrichtingswinkel wordt gerund door de inrichting. De producten worden ingekocht bij een externe winkelier, de Sligro.

2. De beoordeling
De beroepscommissie stelt voorop dat in de onderhavige penitentiairrechtelijke rechtsgang in dit geval geen plaats is voor een klacht van een gedetineerde over de weigering van de directeur opgave te doen van de inkoopprijzen van de producten uit de
winkel. De beklagcommissie heeft klager derhalve met juistheid niet-ontvankelijk in zijn beklag verklaard.

Ten overvloede overweegt de beroepscommissie dat de voorzitter van de beklagcommissie door tussenkomst van de beroepscommissie bemiddeld heeft en klager met medewerking van de directeur in de gelegenheid heeft gesteld steekproefsgewijs van de
inkoopprijs van de producten uit de winkel kennis te nemen. De beroepscommissie in van oordeel dat de directeur aldus op een redelijke wijze - onverplicht – inzicht heeft verschaft in de door hem gehanteerde marges tussen in- en verkoopprijzen.

3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.H. de Wild, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. C.J.G. Bleichrodt, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H.de Bruin, secretaris, op 27 juli 2009

secretaris voorzitter

Naar boven