Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1719/GV, 14 juli 2009, beroep
Uitspraakdatum:14-07-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/1719/GV

betreft: [klager] datum: 14 juli 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 20 mei 2009 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Het verlof is door een fout van de selectiefunctionaris afgewezen. De politie ging er vanuit dat het verlof pas vanaf 25 mei zou ingaan in plaats van 22 mei 2009. De politie heeft het verlofadres
gecontroleerd en goedbevonden.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Ten tijde van de behandeling van de verlofaanvraag was er geen sprake van een goedgekeurd verlofadres. Het gebruik van geestverruimende middelen is eveneens een
contra-indicatie
voor verlofverlening. Klager beschikt thans wel over een goedgekeurd verlofadres. Klager is recentelijk overgeplaatst naar de p.i. Torentijd te Middelburg in verband met bedreiging van een medewerker. Tevens is opnieuw sprake van het gebruik van
geestverruimende middelen.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van p.i. Tilburg heeft negatief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van twee jaar met aftrek, wegens diefstal met geweld. Aansluitend dient hij een gevangenisstraf te ondergaan van 14 dagen. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 11 mei 2010. Aansluitend
dient
hij eventueel een subsidiaire hechtenis van 9 dagen te ondergaan.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.

Uit de stukken komt naar voren dat ten tijde van de bestreden beslissing de politie Almere nog niet gereageerd had op het verzoek van de inrichting advies uit te brengen omtrent het verlofadres. Verder komt naar voren dat klager positief gescoord heeft
omtrent het gebruik van gedragsbeïnvloedende middelen. Gelet hierop en de weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4 onder c en j van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, kan de beslissing van de Staatssecretaris niet als onredelijk of
onbillijk worden aangemerkt. Het beroep is derhalve ongegrond.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 14 juli 2009

secretaris voorzitter

Naar boven