Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1386/GB, 3 augustus 2009, beroep
Uitspraakdatum:03-08-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 09/1386/GB

Betreft: [klager] datum: 3 augustus 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. H.C. Post, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen de fictieve weigering van de Staatssecretaris van Justitie (hierna: de Staatssecretaris) een beslissing te nemen op een op 5 december 2008 ingediend bezwaarschrift tegen de mededeling van de Staatssecretaris van 16 oktober 2008,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. Ontvankelijkheid
Ingevolge artikel 72 van de Pbw heeft de betrokkene (gedetineerde) het recht tegen de beslissing van de selectiefunctionaris op het bezwaar- of verzoekschrift voor zover dit betreft een gehele of gedeeltelijke ongegrondverklaring, onderscheidenlijk
afwijzing zoals bedoeld in artikel 17 en 18 van de Pbw, een beroepschrift in te dienen.

De bezwaren van klager zijn gericht tegen de mededeling van de Staatssecretaris dat klager niet in aanmerking komt voor vervroegde invrijheidstelling en zijn door de strafrechter opgelegde vrijheidsstraf van 365 dagen volledig dient te ondergaan. Deze
mededeling houdt verband met de inwerkingtreding van de wet van 6 december 2007 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de vervroegde invrijheidstelling in een voorwaardelijke
invrijheidstelling (Stb 2008, 194) per 1 juli 2008.
De beroepscommissie is niet bevoegd een oordeel te geven over de duur van de vrijheidsstraf die klager in een penitentiaire inrichting dient te ondergaan, ook niet in relatie tot de beslissing van 16 oktober 2008, waarbij klager is medegedeeld dat deze
zal worden tenuitvoergelegd in de locatie Bankenbosch te Veenhuizen. Klager kan derhalve niet in zijn beroep worden ontvangen.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 3 augustus 2009

secretaris voorzitter

Naar boven