Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1311/GA, 30 juli 2009, beroep
Uitspraakdatum:30-07-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/1311/GA

betreft: [klager] datum: 30 juli 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van het HvB De Schie te Rotterdam,

gericht tegen een uitspraak van 4 mei 2009 van de beklagcommissie bij voormeld h.v.b., gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 19 juni 2009, gehouden in de locatie Alphen aan den Rijn, zijn gehoord klager en [...], unit-directeur van het HvB (h.v.b.) De Schie.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een verlenging van een ordemaatregel van plaatsing in afzondering in een afzonderingscel, welke ordemaatregel ten uitvoer werd gelegd op de Landelijke afzonderingsafdeling (l.a.a.) De Schie te Rotterdam.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Ook de beklagcommissie is van mening dat er grond was voor de verlenging van de afzonderingsmaatregel. Het was onduidelijk wie verantwoordelijk is voor de verlengingen van de afzonderingsmaatregel. In de Pbw staat dat de directeur dat in overleg met de
selectiefunctionaris bepaalt. Dat de beklagprocedure zo lang heeft geduurd, kan niet aan de directeur worden tegengeworpen. De beklagcommissie heeft fouten gemaakt.
De reden dat een afzonderingsmaatregel is opgelegd en verlengd is als volgt. Klager is regulier in het h.v.b. geplaatst. Dit terwijl de directeur niet op de hoogte was gesteld van een incident, dat had plaatsgevonden in de stichting TBS-kliniek De
Kijvelanden te Portugaal. Daar had klager een medewerkster gegijzeld. Toen de gijzeling werd beëindigd, werd klager door een arrestatieteam naar het politiebureau gebracht op 7 december 2008. Vanuit het politiebureau is klager in het h.v.b. geplaatst,
zonder enige melding van de gijzeling. Nadat de directeur van de gijzeling had vernomen, heeft hij klager direct op de l.a.a. geplaatst. Hiertoe was hij genoodzaakt voor de veiligheid van zijn personeel. Klager hoort op een beveiligd individuele
begeleidingsafdeling (BIBA). De BIBA heeft een wachtlijst van vijf weken. Daarom is de afzonderingsmaatregel telkens verlengd geweest. Aan klager is uitgelegd waarom hij niet op de reguliere afdeling kon verblijven.

Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager kwam regulier binnen in het HvB De Schie. De afdeling was gezellig. Het is heel bot dat je na de lunch zomaar wordt weggeplaatst. Klager verblijft nu twee jaar op de BIBA. Hij wilde ook naar de BIBA. Er zijn altijd twee à drie cellen leeg. De
plaatsing op de l.a.a. was onnodig lang. Klager heeft de directeur maar één keer gezien. Bovendien verblijven op de reguliere afdelingen in De Schie genoeg moordenaars.

3. De beoordeling
De beroepscommissie gaat ervan uit dat bij iedere plaatsing van een gedetineerde in een inrichting, de directeur van die inrichting wordt geïnformeerd over de geschiedenis van de geplaatste gedetineerde. Dat is hier kennelijk niet het geval geweest.
Buiten de schuld van klager en de directeur om, is klager middels een reguliere plaatsing in het HvB De Schie geplaatst. Uit het verhandelde ter zitting volgt dat de directeur was overvallen door de informatie over de gijzeling die had plaatsgevonden
in
het TBS-kliniek. Daarop heeft hij vanwege veiligheidsoverwegingen besloten om klager een afzonderingsmaatregel op te leggen. Op zijn beurt werd klager overvallen door de oplegging van een afzonderingsmaatregel. Hij kwam regulier binnen in het h.v.b. en
– zonder directe aanleiding – werd hij geplaatst op de l.a.a. De beroepscommissie stelt vast dat sprake is van een uiterst vervelende situatie, voor zowel klager als de directeur. Echter, gegeven de omstandigheden in deze zaak en met name klagers
voorgeschiedenis voor de plaatsing in het h.v.b., oordeelt de beroepscommissie dat de directeur gerechtigd was om klager te plaatsen op de l.a.a. en dat hij die afzonderingsmaatregel heeft kunnen verlengen in afwachting van klagers plaatsing op de
BIBA.
Zij zal het beroep derhalve gegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit dr. U. van de Pol, voorzitter, dr. G.J. Fleers en mr. Th.E.M. Wijte, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 30 juli 2009.

secretaris voorzitter

Naar boven