Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1312/GA, 16 juli 2009, beroep
Uitspraakdatum:16-07-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/1312/GA

betreft: [klager] datum: 16 juli 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de Gevangenis/ISD Wolvenplein gemeente Utrecht,

gericht tegen een uitspraak van 29 april 2009 van de alleensprekende beklagrechter bij de Gevangenis/ISD Wolvenplein, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 juni 2009, gehouden in de locatie Ooyerhoek te Zutphen, is gehoord [...], unit-directeur van de Gevangenis/ISD Wolvenplein.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorggedragen, heeft hij daarvan geen gebruik gemaakt.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat een disciplinaire straf van vijf dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel zonder televisie te laat ten uitvoer is gelegd.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep haar tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Op de locatie Wolvenplein wordt door de gedetineerden veel belang gehecht aan de 24 uur bedenktijd voor een herhalingsonderzoek na een positieve urinecontrole. Bij de aanzegging van het verslag wordt de gedetineerde gevraagd of het verslag meteen kan
worden afgehandeld of dat hij 24 uur bedenktijd wil. Klager wilde die bedenktijd en de termijn liep op 12 februari 2009 om 15.00 uur af. Het aanzeggen van het verslag gebeurt door het afdelingspersoneel. De directeur krijgt per mail of telefoon door of
iemand bedenktijd wil of niet. De uitslagen van de urinecontroles komen binnen bij de bevolkingsadministratie. De rapporteur van het verslag is een medewerker van de bevolkingsadministratie. Daarom staat er ook op het verslag dat dit niet is aangezegd,
want dat doet die medewerker niet.
Na 15.00 uur had de directeur nog maar twee uur om het verslag af te handelen en dat is niet gelukt vanwege een werkbezoek dat de burgemeester die dag in de inrichting bracht. Klager deed gewoon mee aan het dagprogramma en zat niet in afzondering. De
volgende ochtend om 09.00 uur is het verslag afgehandeld.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
In artikel 50, eerste lid, van de Pbw is het volgende bepaald: Indien een ambtenaar of medewerker constateert dat een gedetineerde betrokken is bij feiten die onverenigbaar zijn met de orde of de veiligheid in de inrichting dan wel met de ongestoorde
tenuitvoerlegging van de vrijheidsbeneming en hij voornemens is daarover aan de directeur schriftelijk verslag te doen, deelt hij dit de gedetineerde mede.
Op grond van het tweede lid van dit artikel beslist de directeur over het opleggen van een disciplinaire straf zo spoedig mogelijk nadat hem dit verslag is gedaan.

Gelet op de stukken en hetgeen ter zitting naar voren is gekomen stelt de beroepscommissie het volgende vast. Op 9 februari 2009 is een urinecontrole gehouden. Op 11 februari 2009 is om 13.37 uur een schriftelijk verslag opgemaakt in verband met een
positieve score op THC. Dit verslag is klager om 15.00 uur aangezegd en daarbij is klager gevraagd of hij 24 uur bedenktijd wilde voor een herhalingsonderzoek. Niet weersproken is dat klager met die bedenktijd heeft ingestemd. De termijn voor het doen
van een herhalingsonderzoek liep af op 12 februari 2009 om 15.00 uur en toen was de strafoplegging aan de orde. De directeur heeft aangegeven waarom het verslag niet direct die middag kon worden afgehandeld.
Nu dit direct de volgende ochtend, 13 februari 2009 om 09.00 uur kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet gezegd worden dat niet zo spoedig mogelijk nadat de directeur verslag is gedaan is beslist door de directeur. Hierbij is van belang dat
klager voorafgaande aan de strafoplegging niet in afzondering verbleef. Het beroep van de directeur is dan ook gegrond, de uitspraak van de beklagcommissie zal worden vernietigd en het beklag zal alsnog ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J. Lamens en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S. Jousma, secretaris, op 16 juli 2009

secretaris voorzitter

Naar boven