Nummer: 09/891/GB
Betreft: [klager] datum: 17 juni 2009
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 25 maart 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het Detentiecentrum Alphen aan den Rijn een inrichting met een regime van algehele gemeenschap, ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 17 september 2008 gedetineerd. Aan klager is een gevangenisstraf opgelegd van 22 weken met aftrek en deze straf is op 20 maart 2009 geëindigd. Klager verbleef in het huis van bewaring Alphen aan den Rijn.
3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager is ongewenst verklaard. Normaal komt men na het einde van een gevangenisstraf vrij, maar klager is na ommekomst van zijn gevangenisstraf in vreemdelingenbewaring gesteld. In een democratisch land worden dit soort beslissingen genomen. Dit tast
het imago van een democratie aan.
Klager heeft gesproken met iemand van de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) en hem verteld dat hij na het einde van zijn gevangenisstraf vrijwillig het land zal verlaten. Klager verblijft al tien jaar in Nederland en hij wil graag de kans krijgen
rechtmatig in Nederland blijven.
Klager heeft eerder in het detentiecentrum gezeten en de situatie aldaar is onmenselijk slecht. Gedetineerden verblijven met twee personen op cel en er is geen privacy. Ook is er minder vrijheid en zijn er minder activiteiten. Er is geen goede
bibliotheek en de inrichtingswinkel heeft te weinig producten.
De beslissing van de selectiefunctionaris is onmenselijk en niet met redenen omkleed.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Op 22 december 2008 werd klager geselecteerd voor het Detentiecentrum te Alphen aan den Rijn in een regime van algehele gemeenschap. De keuze voor deze inrichting was gebaseerd op het feit dat klager illegaal in Nederland verblijft en een stafrestant
had van minder dan vier maanden. Binnen het detentiecentrum is expertise beschikbaar ten behoeve van het voorbereiden van klagers terugkeer naar het land van herkomst.
Klager heeft bezwaar aangetekend tegen dit besluit. Hij heeft aangegeven dat de situatie in het Detentiecentrum Alphen aan den Rijn slecht en onmenselijk is zonder vrijheid en activiteiten. In de bestemmingsbeschikking van 4 oktober 2007 is het
Detentiecentrum Alphen aan den Rijn aangewezen als een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap met een normaal beveiligingsniveau. Er is geen reden om aan te nemen dat gedetineerden die in dit Detentiecentrum worden ondergebracht te maken
krijgen met dusdanige beperkingen op het gebied van vrijheid, activiteiten en dagbesteding, dat er sprake zou zijn van een substantieel verschil ten opzichte van andere inrichtingen waar een regime van algehele gemeenschap wordt gehanteerd. Klagers
bezwaar is op 13 januari 2009 ongegrond verklaard en klager heeft hiertegen geen beroep ingesteld.
Klager is op 24 december 2008 in genoemd detentiecentrum geplaatst. Op 14 januari 2009 is klager teruggeplaatst naar het huis van bewaring te Alphen aan den Rijn in verband met een nieuwe zaak waarvoor hij preventief werd ingesloten. Op 20 januari 2009
is zijn preventieve hechtenis opgeheven en is hij aangeboden voor terugplaatsing naar genoemd detentiecentrum.
Uit klagers registratiekaart blijkt dat zijn gevangenisstraf op 20 maart 2009 is geëindigd en dat hij vervolgens als passant vreemdeling ter fine van uitzetting is ondergebracht in het Detentiecentrum Alphen aan den Rijn.
4. De beoordeling
4.1. Het Detentiecentrum Alphen aan den Rijn beschikt over een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.
4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.
4.3. Ingevolge artikel 20b, eerste lid, van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing gedetineerden worden in de inrichtingen of afdelingen voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen, vreemdelingen geplaatst die na de tenuitvoerlegging
van de vrijheidstraf geen rechtmatig verblijf hebben in Nederland in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000.
Klager heeft een verblijfstatus van illegale vreemdeling. In het selectieadvies van 19 december 2008 is aangegeven dat volgens informatie van de vreemdelingendienst Haaglanden klager na zijn detentie aan de DT&V van de vreemdelingenpolitie zal worden
overgedragen.
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan derhalve, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 17 juni 2009.
secretaris voorzitter