Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/0247/GV, 9 maart 2009, beroep
Uitspraakdatum:09-03-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/247/GV

betreft: [klager] datum: 9 maart 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 28 januari 2009 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager kan zich niet vinden in de redenen die worden genoemd om zijn verzoek af te wijzen. Klager had, toen hij op de gevangenisafdeling van de locatie Ooyerhoek binnenkwam inderdaad een verhoogde
THC-waarde. Hij is hiervoor echter niet gestraft maar heeft toen enkel een waarschuwing ontvangen. Klager heeft daarnaast een ernstig meningsverschil gehad met een medegedetineerde. Daarbij zou een kopstoot zijn gegeven. Beiden zijn daarvoor met drie
dagen opsluiting bestraft omdat de directeur niet zeker wist wat de precieze toedracht is geweest. Klager heeft een getuige die kan beamen dat klager géén kopstoot heeft uitgedeeld.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Het verzoek om algemeen verlof is afgewezen naar aanleiding van de informatie van de directeur van de gevangenis Zutphen. Er is bij klager sprake van negatief gedrag, te weten drugsgebruik, agressief gedrag en het doen van racistische uitlatingen. Het
Openbaar Ministerie (OM) adviseert negatief en ook de coördinator TR adviseert negatief. Daarbij is aangegeven dat klager hoog scoort in het Risc-onderzoek en dat aangewezen lijkt dat klager eerst deelneemt aan de geïndiceerde TR-trainingen teneinde
zijn delictgevaarlijkheid af te laten nemen.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de gevangenis Zutphen heeft negatief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag en daarbij verwezen naar de negatieve adviezen van het OM en de coördinator TR.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Zutphen heeft aangegeven negatief te adviseren ten aanzien van het verzoek om algemeen verlof, gelet op de duur van de in eerste aanleg opgelegde gevangenisstraf en de omstandigheid dat geen
nadere onderbouwing van het verzoek is overgelegd.
De coördinator TR heeft negatief geadviseerd en aangegeven dat het recidiverisico thans nog hoog is en dat het wenselijk is dat klager eerst een begin maakt met de TR-trainingen, teneinde dat risico te verminderen.

3. De beoordeling
Klager is in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar met aftrek, wegens - kortweg - diefstal met geweld. De fictieve v.i.-datum valt op of omstreeks 25 november 2009. Aansluitend dient hij eventueel een subsidiaire hechtenis van
één dag te ondergaan.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag.

De bestreden beslissing van de selectiefunctionaris wordt met name gedragen door het negatieve advies van de coördinator TR. Dat advies, waarvan enkel de conclusie is vermeld in het advies van de directeur van de gevangenis Zutphen, bevindt zich –
ondanks navraag door de beroepscommissie – niet bij de stukken. In het advies van de directeur wordt verder de hoge score van recidiverisico, zonder nadere uitleg over dit getal en informatie over de context hiervan, vermeld. Dit biedt onvoldoende
houvast om recidive als grond voor weigering van verlof op te baseren. Overigens is ook niet bekend of klager inmiddels een aanvang heeft gemaakt met de TR trainingen. Het vorenstaande in onderling verband en samenhang bezien, maakt dat de beslissing
van de Staatssecretaris onredelijk en onbillijk moet worden geacht. Het beroep zal daarom gegrond worden verklaard, met vernietiging van de bestreden beslissing. Aan de Staatssecretaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen binnen twee
weken na ontvangst van deze uitspraak.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee na ontvangst van deze uitspraak. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 9 maart 2009.

secretaris voorzitter

Naar boven