Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/2681/GM, 27 februari 2009, beroep
Uitspraakdatum:27-02-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/2681/GM

betreft: [klager] datum: 27 februari 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Rijnmond te Krimpen aan den IJssel,

alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag van 17 oktober 2008 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het Ministerie van Justitie.

Ter zitting van de beroepscommissie van 5 februari 2009, gehouden in de p.i. Amsterdam, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.M. van Dam, [...] en [...] respectievelijk hoofd van de medische dienst en verpleegkundige bij de p.i.
Rijnmond te Krimpen aan den IJssel.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur van 15 september 2008, betreft het niet verstrekken van benzodiazepinen aan klager.

2. De standpunten van klager en de inrichtingsarts
Door en namens klager is het volgende aangevoerd. Gesteld wordt dat er sprake zou zijn van misbruik van benzodiazepinen in het verleden. Klager begrijpt niet waar dat op gebaseerd is. Hij heeft benzodiazepinen altijd legaal via de medische dienst of
via
het CAD verkregen. Voor zijn overplaatsing naar Krimpen aan den IJssel verbleef hij in de p.i. Utrecht. Daar hebben ze de benzodiazepinen ineens stopgezet en niet afgebouwd. Volgens de handreiking benzodiazepinen dient het gebruik gefaseerd te worden
afgebouwd. Hij heeft vijf maanden in de p.i. Utrecht verbleven. Omdat de psychiater van de p.i. Utrecht na een gesprek met klager vond dat hij wel benzodiazepinen nodig had, is hem de medicatie nog een maand verstrekt. In april 2008 zijn hem voor de
laatste keer benzodiazepinen verstrekt. In juni 2008 is hij overgeplaatst naar Krimpen aan den IJssel. Klager gebruikte in de p.i. Utrecht eenmaal daags 5 mg. Hij begrijpt niet waarom hem in de ene inrichting wel benzodiazepinen worden voorgeschreven
en
in de andere inrichting niet.

Namens de inrichtingsarts is het volgende standpunt ingenomen.
Met misbruik wordt bedoeld dat er sprake was van een te langdurig gebruik van benzodiazepinen, waardoor verslaving kan ontstaan. Klagers agressieregulatieproblematiek past bij een langdurig gebruik van benzodiazepinen. Om die reden is hem in plaats van
benzodiazepinen Seroquel voorgeschreven. Het benzodiazepinengebruik was al afgebouwd in de p.i. Utrecht. Er was geen reden om klager opnieuw benzodiazepinen voor te schrijven.

3. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt dat uit de stukken, waaronder het medisch dossier, en de behandeling ter zitting is gebleken dat klagers gebruik van benzodiazepinen in de vorige inrichting al was beëindigd en dat er geen indicatie was om aan klager
opnieuw benzodiazepinen voor te schrijven. Klagers stelling dat het gebruik in de vorige inrichting abrupt zonder afbouw is beëindigd, kan ten eerste niet worden verweten aan de inrichtingsarts van de p.i. Rijnmond en ten tweede gebruikte klager
toentertijd een zodanig lage dosis - te weten 5 mg. - dat de volgens de handreiking benzodiazepinen aanbevolen afbouw van 10 mg. per tien dagen geen zin zou hebben gehad. Voorts wordt klager thans als redelijk alternatief voor de benzodiazepinen
Seroquel geboden.
De beroepscommissie is het voorgaande in samenhang en onderling verband bezien van oordeel dat het handelen van of namens de inrichtingsarts niet kan worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28 Pm neergelegde norm. Het beroep zal derhalve
ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. I.E. de Vries, voorzitter, drs. J.G.J. de Boer en drs. L.E.M. Kleipool, leden, in tegenwoordigheid van
mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 27 februari 2009

secretaris voorzitter

Naar boven