Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/3278/GB, 16 februari 2009, beroep
Uitspraakdatum:16-02-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/3278/GB

Betreft: [klager] datum: 16 februari 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.P.A. van Schaik, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 december 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis van de PI Tilburg ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 12 februari 2008 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring Arnhem. Op 7 november 2008 is hij geplaatst in de gevangenis van de PI Tilburg, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
De oorspronkelijke selectiebeslissing is gebaseerd op een brief van de wijkagent in [...] en op het advies van de Advocaat-Generaal (A-G) bij het ressortsparket Arnhem. Die beide adviezen kunnen volgens klager de bestreden beslissing niet dragen.
Klager
zou volgens het advies van de A-G immers in aanmerking komen voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) zonder regimair verlof. Volgens de A-G is er bezwaar tegen het verlenen van regimair verlof omdat klagers familie in twee kampen
uiteen zou zijn gevallen en een onverhoedse confrontatie tussen de beide kampen moet worden voorkomen. Onduidelijk is het verband met eventueel verlof van klager. De rechtstreekse familie van klager woont in [...]. Er hebben zich tot nog toe geen
concrete problemen voorgedaan tussen beide kampen en er is geen aanleiding te veronderstellen dat dit wel het geval zou zijn indien klager zou verblijven op het verlofadres bij zijn zus in [...]. Overigens zou, in geval van regimair verlof, altijd de
lokale politie ingelicht kunnen worden. De wijkagent heeft aangegeven de strafzaak van klager niet te kennen en daarom niet positief te kunnen adviseren. Hij adviseert negatief omdat [...] een relatief klein dorp is en het verlofadres in een
kinderrijke
buurt ligt. Klager wordt verdacht van zedengerelateerde gedragingen ten opzichte van familieleden en een meisje dat bij hem op het (woonwagen)kamp woonde. Klager wordt niet verdacht van dergelijke gedragingen met onbekenden. Er is daarom geen indicatie
dat hij kinderen in de buurt zal benaderen. Bovendien geldt nog dat vrijwel geen enkele wijk in Nederland kinderloos is, zodat deze omstandigheid zijn verlof altijd zal kunnen frustreren. Ook geldt nog dat in de kleine gemeenschap van [...] eenvoudig
een goede controle van klager mogelijk is door de wijkagent.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is geselecteerd voor de gevangenis van de PI Tilburg, een gevangenis zonder regimaire verlofmogelijkheden als bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting. Klager is in die inrichting geplaatst naar
aanleiding van de onderliggende adviezen van het openbaar ministerie en de politie. Deze adviezen zijn negatief ten aanzien van regimaire verlofmogelijkheden. Klager heeft ingestemd mee te zullen werken aan het TR-programma, welk programma in de PI
Tilburg een vervolg zal krijgen. Bij een met goed gevolg doorlopen van dat programma, is het voorstelbaar dat klager in een inrichting met regimair verlof zal worden geplaatst.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de PI Tilburg is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau, zonder regimair verlof, als bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Regeling tijdelijk verlaten van de
inrichting.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. De beslissing op het bezwaar houdt in dat klager “op dit moment (..) gelet de aard van het delict” niet geschikt wordt geacht voor een inrichting met regimaire vrijheden. Kennelijk heeft de selectiefunctionaris daarmee, mede gelet op de in
beroep gegeven toelichting, willen aansluiten bij het ten behoeve van deze selectie opgestelde selectieadvies.
Het beroep is ingesteld omdat klager geplaatst wenst te worden in een b.b.i. met regimaire verlofmogelijkheden.
Blijkens het bij het selectieadvies gevoegde advies van de A-G bij het ressortsparket te Arnhem, heeft de A-G bezwaar tegen plaatsing in een inrichting met regimair verlof omdat klager wordt verdacht van zedendelicten in de familiesfeer en onverhoedse
confrontatie tussen rivaliserende familieleden moet worden voorkomen. Blijkens het advies van de Regiopolitie Noord- en Oost Gelderland, district Achterhoek, team Doetinchem, wordt, gelet op de omstandigheden dat het een relatief klein dorp betreft en
het verlofadres in een kinderrijke buurt is gelegen, negatief geadviseerd ten aanzien van klagers verlofadres. De selectiefunctionaris kon in dit geval de adviezen van de
A-G en de politie, alsmede ook het daarbij aansluitende advies van de directeur van het h.v.b. Arnhem, zwaarder laten wegen dan klagers belang bij regimair verlof. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris
kan
daarom, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

De beroepscommissie wijst er daarbij op dat de selectiefunctionaris, indien klager het TR-programma met goed gevolg doorloopt en ook overigens voldoet aan de eisen voor een plaatsing in een reguliere b.b.i., andermaal zal beoordelen of klager in
aanmerking komt voor een dergelijke overplaatsing.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 16 februari 2009.

secretaris voorzitter

Naar boven