Nummer 24/44149/GM
Betreft klager
Datum 3 april 2025
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van
klager (hierna: klager)
1. De procedure
Klagers raadsman, mr. A.S. Sewgobind, heeft namens klager beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van de Penitentiaire Inrichting (PI) Lelystad (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat een afspraak met de specialistisch schoenmaker niet heeft plaatsgevonden.
De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.
De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en het hoofd zorg, namens de inrichtingsarts, gehoord op de digitale zitting van 20 februari 2025.
2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Klager kampt met een ernstige mate van artrose aan zijn voeten. Uit het medisch dossier van de Sint Maartenskliniek blijkt dat de medische situatie van klager is verslechterd. Klager kan nauwelijks meer lopen en is afhankelijk van een rolstoel. De Sint Maartenskliniek heeft geadviseerd om aangepast orthopedisch schoeisel aan te meten. Dit zou bij voorkeur bij een bepaalde schoenmaker moeten gebeuren. Klager is verteld dat de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) met die schoenmaker geen contract heeft, waardoor hij naar een andere schoenmaker, Livit, is verwezen. Livit heeft klager sportschoenen uit het assortiment geadviseerd. Deze schoenen zijn begin augustus 2024 geleverd. Volgens klager was dit een tijdelijke oplossing en beschikte Livit niet over de instructies van de Sint Maartenskliniek. Een afspraak met de specialistisch schoenmaker heeft nooit plaatsgevonden. De schoenen die klager heeft ontvangen zijn normale sportschoenen, geen orthopedische schoenen. Dat is niet wat de Sint Maartenskliniek heeft geadviseerd. De inrichtingsarts heeft nagelaten om tijdig maatregelen te nemen ter voorkoming van ergere klachten. De raadsman heeft de medische dienst meerdere keren aangeschreven maar geen reactie ontvangen. Klager is onlangs in het ziekenhuis in Woerden geweest voor het maken van foto’s. Aan de hand van die foto’s moeten nieuwe schoenen worden aangemeten. Een gevolg van het wachten op aangepast orthopedisch schoeisel is dat klager op een wachtlijst voor werk staat en salaris misloopt.
Standpunt van de inrichtingsarts
De Sint Maartenskliniek had een bepaalde zorgaanbieder aangewezen voor aangepast orthopedisch schoeisel. De DJI heeft een overeenkomst met Livit, waar justitiabelen op verwijzing terecht kunnen voor orthopedische schoenen. Op 2 mei 2024 heeft klager een afspraak bij Livit gehad. Dit was een nazorgafspraak van eerder aangemeten schoenen. Klager heeft een uitvoerig gesprek gehad met een medewerker van Livit. In verband met het niet kunnen dragen van hoge schoenen met een voorziening en ter ontlasting van de enkel, zijn sportschoenen met een breed onderwerk en goede afwikkeling geadviseerd om zo de pijnklachten te beperken. Dit is met klager besproken en hij was het daarmee eens. Het advies was sportschoenen van Asics met een breed onderwerk en stugge afwikkeling. Dit is de reden geweest dat er sportschoenen zijn geleverd. Een bemiddelingsgesprek met het hoofd zorg heeft niet plaatsgevonden omdat er ook geen beklagformulier van klager was. De advocaat van klager heeft rechtstreeks contact opgenomen met de medisch adviseur. Het hoofd zorg had zeker eerder kunnen reageren en heeft hiervoor zijn excuses aangeboden. Vanaf 24 juli 2024 zijn in het medisch dossier geen verzoekbriefjes van klager over klachten aan zijn voeten terug te vinden. Klager is voldoende zorg geboden. Klager is bekend bij de medische dienst en hij heeft geregeld contact met het medisch personeel. Het advies van de medisch adviseur om klager te laten oproepen voor het spreekuur van de inrichtingsarts om de voetklachten te evalueren is opgevolgd. Voor 27 november 2024 is een consult gepland en inmiddels is een actie uitgezet om voor klager nieuwe aangepaste schoenen te laten maken.
3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt op grond van de stukken vast dat klager in februari 2024 is gezien in de Sint Maartenskliniek in verband met zijn enkelklachten. Er is toen aangepast orthopedisch schoeisel geadviseerd. De Sint Maartenskliniek heeft daarbij een bepaalde zorgaanbieder in Woerden voor het vervaardigen van orthopedisch schoeisel aangewezen. In eerste instantie is bij die schoenmaker voor klager voor een datum in maart 2024 een afspraak gemaakt, maar die is geannuleerd omdat de DJI een contract heeft met Livit. Vervolgens is voor klager bij Livit een afspraak gemaakt voor 2 mei 2024. Livit heeft geadviseerd sportschoenen of hardloopschoenen met een breed onderwerk en een goede afwikkeling te dragen, om de enkel te ontlasten en de pijn te verzachten. Op 6 augustus 2024 zijn sportschoenen van Asics aan klager geleverd.
De medische dienst heeft een controle voor na drie weken geadviseerd, maar dat consult heeft niet plaatsgevonden. Pas in november 2024 is er een afspraak voor klager ingepland. In een brief van de Sint Maartenskliniek aan de raadsman van 4 juli 2024 staat vermeld dat het eerder aangemeten orthopedisch schoeisel niet voldoet en dat een nieuwe maatschoen is geïndiceerd. Inmiddels is een jaar na het advies van de Sint Maartenskliniek van februari 2024 nog steeds geen nieuw aangepast orthopedisch schoeisel aan klager geleverd. Volgens het hoofd zorg is intussen wel de daarvoor benodigde actie in gang gezet.
De beroepscommissie is van oordeel dat vanuit de medische dienst niet voldoende proactief is gehandeld en dat het gehele proces om klager van het voor hem geïndiceerde orthopedisch schoeisel te voorzien te lang heeft geduurd. Ook is onduidelijk gebleven waarom Livit, die is gespecialiseerd in orthopedische schoenen, voor klager geen aangepaste schoenen heeft aangemeten en waarom in afwijking van het advies van de Sint Maartenskliniek ervoor is gekozen niet‑aangepaste sportschoenen te verstrekken. Naar aanleiding van het advies van de medisch adviseur heeft de medische dienst pas voor november 2024 een controleafspraak ingepland en nadere actie voor het aanmeten en leveren van orthopedisch schoeisel in gang gezet. De beroepscommissie is van oordeel dat de inrichtingsarts al met al niet voortvarend genoeg heeft gehandeld.
Het handelen van de inrichtingsarts moet daarom worden aangemerkt als in strijd met de norm zoals bedoeld in artikel 71f, derde lid, onder a. of b., van de Penitentiaire beginselenwet. De beroepscommissie zal het beroep gegrond verklaren. De beroepscommissie ziet aanleiding om aan klager een tegemoetkoming toe te kennen. Zij zal deze vaststellen op €125,-.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond. Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van €125,-.
Deze uitspraak is op 3 april 2025 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit
mr. N.C. van Lookeren Campagne, voorzitter, drs. M.I. van den Baar-Vroon en drs. N.C.J.A.M. Kochx, leden, bijgestaan door mr. K. Kiela, secretaris.
secretaris voorzitter