Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 24/44438/GV, 27 december 2024, beroep
Uitspraakdatum:27-12-2024

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          24/44438/GV

Betreft [klager]

Datum 27 december 2024

 

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

[klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

De – zo begrijpt de beroepscommissie – Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (hierna: verweerder) heeft op 24 oktober 2024 klagers verzoek om incidenteel verlof afgewezen.

Klagers raadsman, mr. M.M.J.P. Penners, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en verweerder in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie van verweerder en de overige stukken.

 

2. De beoordeling

Klager is sinds 8 juni 2022 gedetineerd. Hij onderging eerst een gevangenisstraf van dertig maanden met aftrek, wegens – kort gezegd – diefstal, mishandeling en handelen in strijd met de Wet wapens en munitie. Op dit moment ondergaat hij een andere gevangenisstraf van negen maanden met aftrek. Blijkens zijn registratiekaart dient klager daarna nog twee straffen te ondergaan. De datum waarop klager (voorwaardelijk) in vrijheid wordt gesteld, is momenteel bepaald op 14 april 2025.

 

De regelgeving

In artikel 21 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (hierna: de Regeling) staat dat incidenteel verlof kan worden verleend voor het bijwonen van gebeurtenissen in de persoonlijke sfeer van de gedetineerde, waarbij zijn aanwezigheid noodzakelijk is.

In artikel 21, derde lid, van de Regeling staat dat incidenteel verlof niet wordt verleend wanneer de gedetineerde binnen een maand na de beoogde verlofdatum in aanmerking komt voor invrijheidstelling of re-integratieverlof en het beoogde bezoek in dat kader kan worden afgelegd.

 

Klagers verzoek

Klager heeft verzocht om incidenteel verlof, omdat hij zijn moeder wenst te bezoeken. Zijn moeder kan hem vanwege medische problematiek niet in de inrichting bezoeken.

 

De inhoudelijke beoordeling

De beroepscommissie begrijpt klagers wens om op bezoek te gaan bij zijn moeder. Hoewel speciaal voor deze gevallen incidenteel verlof is aangewezen (op grond van artikel 25 van de Regeling), is het in dit geval ook denkbaar dat voor dit doel re-integratieverlof wordt verleend, omdat een dergelijk bezoek ook van belang kan zijn voor de re-integratie van een gedetineerde.

Uit de stukken volgt dat klager vanaf 22 oktober 2023 in aanmerking komt voor kortdurend re-integratieverlof en vanaf 19 april 2024 in aanmerking komt voor langdurend re‑integratieverlof. Verweerder geeft in beroep ook aan dat uit klagers detentie- & re‑integratieplan volgt dat hij het behouden van contact met zijn moeder als re-integratiedoel heeft opgenomen, zodat klagers beoogde bezoek in het kader van het re-integratieverlof zou kunnen worden afgelegd.

De beroepscommissie is, gelet op het voorgaande, van oordeel dat klager zijn moeder zou kunnen bezoeken in het kader van re-integratieverlof, zodat het verlenen van incidenteel verlof in dit geval niet aan de orde kan zijn. Dat klager zijn re-integratieverlof in zou willen zetten voor andere re-integratiedoelen, vindt de beroepscommissie onvoldoende zwaarwegend. Daarbij staat het klager vrij om te verzoeken om meerdere kortdurende (en langdurende) re‑integratieverloven.

De beroepscommissie wenst nog op te merken dat zij ervan uitgaat dat verweerder met enige voortvarendheid zal beslissen op klagers verzoek om kortdurend re-integratieverlof, gelet op de aard van het verzoek.

 

Conclusie

Gelet op het voorgaande en bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, kan de bestreden beslissing niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie zal het beroep dan ook ongegrond verklaren.

 

3. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is op 27 december 2024 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit

mr. J.R.K.A.M. Waasdorp, voorzitter, mr. L.C.P. Goossens en mr. dr. A. Pahladsingh, leden, bijgestaan door mr. A. Back, secretaris.

 

 

 

secretaris        voorzitter

Naar boven