Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/3047/GB, 4 februari 2009, beroep
Uitspraakdatum:04-02-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/3047/GB

Betreft: [klager] datum: 4 februari 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 18 november 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis/ISD Utrecht te Nieuwegein afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 11 februari 2005 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis Lelystad. Op 5 december 2008 is hij overgeplaatst naar de gevangenis locatie Arnhem-Zuid en sedert 22 januari 2009 verblijft hij weer in de gevangenis Lelystad.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klagers ouders zijn vanwege gezondheidsklachten niet in staat om klager regelmatig te bezoeken. Klager is bereid lang op de wachtlijst te staan zodat hij in Nieuwegein geplaatst kan worden. Klager kan geen medische stukken overleggen. Hij stelt eens in
de drie maanden bezoek van zijn ouders te ontvangen en verzoekt dat dit nagegaan wordt. Het argument van de selectiefunctionaris waarin hij stelt dat klager zich positiever dient te gedragen snijdt geen hout volgens klager, nu er sprake is van een
horizontale overplaatsing. Klagers gedrag zou hier dan ook van ondergeschikt belang moeten zijn. De afdeling waar klager verblijft in de gevangenis Lelystad dient voor 5 januari 2009 ontruimd te worden. Hiervoor is een formulier uitgereikt waarop
klager
mocht aangeven naar welke gevangenis zijn voorkeur uit gaat om overgeplaatst te worden. Op dit formulier heeft hij aangegeven naar Nieuwegein te willen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
In de afwijzing op het verzoek tot overplaatsing is helder weergegeven waarom een overplaatsing naar Nieuwegein niet is gehonoreerd en waaraan klager moet voldoen wil er sprake kunnen zijn van een overplaatsing. Ook is in deze beslissing duidelijk
aangegeven dat er bereidheid bestaat om mee te werken aan de overplaatsing als er meer capaciteit komt in Nieuwegein. Zoals het er nu voorstaat zal dat wellicht rond maart 2009 gerealiseerd worden. Er komt dan waarschijnlijk een uitbreiding van de
gevangeniscapaciteit van 60 cellen. Klager kan dan opnieuw een verzoek tot overplaatsing indienen. Klager dient dan wel te voldoen aan het gestelde in de afwijzing op het verzoek tot overplaatsing van 18 november 2008. Hierin heeft de
selectiefunctionaris gesteld dat wanneer klager medische stukken met betrekking tot de gezondheid van zijn ouders overlegt en hij zich positiever gedraagt in de gevangenis Lelystad, hij opnieuw naar klagers verzoek tot overplaatsing wil kijken.

4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
De selectiefunctionaris heeft aangevoerd dat er geen plaatsingsmogelijkheden zijn in Nieuwegein. De lange wachtlijst laat dit niet toe. Een van de uitgangspunten bij plaatsing van gedetineerden is voor de selectiefunctionaris een goede benutting van de
beschikbare celcapaciteit in inrichtingen. Naar het oordeel van de beroepscommissie heeft de selectiefunctionaris in dit geval dat hiervoor genoemde uitgangspunt zwaarder mogen laten wegen dan de door klager aangevoerde belangen. Daarbij heeft de
selectiefunctionaris overigens aangegeven een hernieuwd verzoek van klager, na de uitbreiding van de capaciteit van Nieuwegein, in behandeling te willen nemen. Klager heeft het onvoldoende aannemelijk gemaakt dat het onmogelijk is voor zijn ouders om
hem te bezoeken.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. van Alff, secretaris, op 4 februari 2009

secretaris voorzitter

Naar boven