Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/3084/GB, 30 december 2008, beroep
Uitspraakdatum:30-12-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/3084/GB

Betreft: [klager] datum: 30 december 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 24 november 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis van de PI Tilburg ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 27 juni 2007 gedetineerd. Hij verblijft in het huis van bewaring (h.v.b.) De Boschpoort te Breda. Vanuit deze inrichting is hij geselecteerd voor plaatsing in de gevangenis van de PI Tilburg, waar een regime van algehele gemeenschap
geldt. Deze plaatsing was ten tijde van het instellen van het beroep nog niet gerealiseerd. Bij uitspraak van 1 december 2008 heeft de voorzitter van de beroepscommissie de tenuitvoerlegging van de beslissing van 14 november 2008, strekkende tot
klagers
plaatsing in de gevangenis van de PI Tilburg, geschorst.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht.
Klager heeft aangevoerd dat de selectiefunctionaris ten onrechte aanvoert dat klager niet wenst mee te werken aan de totstandkoming van het selectieadvies. Er is met hem nooit een selectiegesprek gevoerd. Op 13 november 2008 kreeg klager van een
medewerker van het bureau selectie- en detentiebegeleiding (b.s.d.) te horen dat er een selectieadvies was opgemaakt dat met klager besproken zou zijn. Dat laatste wordt betwist. Toen klager navroeg tegenover wie hij zou hebben geweigerd mee te werken
aan dat gesprek, werd de naam van een medewerker van het b.s.d. genoemd die niet bij dat selectieadvies betrokken is geweest. Overigens zijn er meer fouten gemaakt bij het totstandkomen van het selectieadvies. De datum van binnenkomst in de inrichting
als ook de datum van het veroordelend vonnis zijn onjuist vermeld, klager is niet veroordeeld voor artikel 249 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) maar daarvan vrijgesproken. Er is sprake van tegenstrijdigheid met betrekking tot klagers meewerken aan
activiteiten. Klager kan geen werk hebben geweigerd omdat er in het h.v.b. geen arbeidsplicht bestaat. Klager heeft nooit kunnen aangeven niet naar Vught te willen, hij heeft immers niet gesproken met een medewerker van het b.s.d. Overigens is klager
nooit bedreigd in Vught. Een en ander moet leiden tot de conclusie dat de beslissing van de selectiefunctionaris is genomen op onjuiste gronden. Klager is van mening dat er een nieuw selectieadvies dient te worden opgesteld. Daarbij zou dan tevens
rekening moeten worden gehouden met de omstandigheid dat klager met ingang van 2 januari 2009 in aanmerking komt voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.).

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Uit de inlichtingen van de selectiefunctionaris komt naar voren dat er inderdaad in het selectieadvies enkele (schrijf)fouten staan. Zo is verzoeker niet op 4 september 2009 in eerste aanleg veroordeeld maar op 4 september 2008. Op de registratiekaart
staat als grondslag voor de vervolging overtreding van artikel 249 Sr vermeld. Op die titel is de insluiting aangevangen. Daarvan is hij uiteindelijk vrijgesproken. Verzoeker is in eerste aanleg wel veroordeeld ter zake van overtreding van de artt. 247
en 245 Sr. Door die veroordeling in eerste aanleg is verzoekers (fictieve) v.i.-datum thans 25 juni 2010. Gelet daarop komt verzoeker pas in februari 2009 voor detentiefasering in aanmerking. De selectiefunctionaris baseert zich op het selectieadvies
zoals dit door de directeur van de betreffende inrichting wordt aangeleverd. Voor zover verzoeker zich niet kan vereniging met de inhoud daarvan, dient hij zich te richten tegen de directeur van het h.v.b. de Boschpoort. De selectiefunctionaris ziet
daarom geen aanleiding thans over te gaan tot een schorsing van de tenuitvoerlegging van zijn beslissing.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de PI Tilburg is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Klager heeft in zijn bezwaarschrift gewezen op gebreken in het selectieadvies dat aan de thans ter beoordeling voorliggende selectiebeslissing ten grondslag ligt. De selectiefunctionaris heeft in zijn beslissing op het bezwaar aangegeven dat
klager zijn bezwaren tegen het selectieadvies niet in het kader van deze procedure kan voorleggen doch daarover bij de directeur van de inrichting waar het advies is opgesteld, moet klagen. Die opvatting is onjuist. Derhalve dient de bestreden
beslissing te worden vernietigd.
De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 30 december 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven