Nummer 24/39104/GM
Betreft [klager]
Datum 24 juli 2024
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van
[klager] (hierna: klager).
1. De procedure
Klager heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van het Justitieel Complex (JC) Zaanstad (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat hij geen koolhydraatarm brood meer krijgt aangeboden.
De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.
De beroepscommissie heeft klager, […], plaatsvervangend hoofd zorg en de verpleegkundig praktijkondersteuner huisarts (POH) namens de inrichtingsarts gehoord op de digitale zitting van 2 juli 2024.
2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Klager krijgt al vanaf het begin van zijn detentieperiode koolhydraatarm brood aangeboden in verband met zijn diabetes type 1. Klager is al ruim een jaar lang bezig om de beslissing voor het intrekken van het koolhydraatarm brood weer te herstellen. Tijdens de gesprekken met het hoofd zorg heeft klager duidelijk gemaakt dat hij gebaat is bij het eten van koolhydraatarm brood in plaats van regulier volkorenbrood. Per 100 gram heeft het reguliere brood circa 43 gram koolhydraten en koolhydraatarm brood slechts 16 gram koolhydraten. Zijn glucosewaardes fluctueren de hele dag en hij heeft af en toe hypo’s. Dat weet de medische dienst niet, die ziet alleen de gemiddelde waarde. Te hoge en te lage glucosewaardes zorgen ervoor dat hij in sommige gevallen extreem vermoeid raakt en het levert op de lange termijn ernstige schade op zoals hart- en vaatziekten. Klager heeft een insulinepomp en meet zelf de bloedsuikerwaardes. Af en toe spuit hij NovoRapid bij. Dat de diabetisch verpleegkundige zegt dat hij maar wat extra insuline moet spuiten, vindt klager stuitend. Klager vindt de zorg van de medische dienst niet toereikend. Klager eet gezond en sport. Hij eet niet de standaard maaltijden, maar krijgt maaltijdboxen en bereidt zijn eigen eten. Koolhydraatarm brood is daar onderdeel van.
Standpunt van de inrichtingsarts
Op 25 augustus 2023 heeft er een klachtgesprek plaatsgevonden waarin klager aangaf dat hij altijd koolhydraatarm brood kreeg, maar plotseling niet meer. Klager heeft verteld dat het nieuwe brood invloed heeft op zijn bloedsuikers. Dit is het plaatsvervangend hoofd zorg voor klager gaan uitzoeken. Het plaatsvervangend hoofd zorg heeft navraag gedaan bij de POH, bij wie klager onder behandeling is vanwege zijn diabetes. In het verleden heeft klager in het JC Zaanstad koolhydraatarm brood gekregen, aangezien regulier brood toen van mindere kwaliteit was en invloed kon hebben op sommige diabeten. Sinds de komst van een nieuwe leverancier (medio april 2023) is de kwaliteit van het brood dusdanig verbeterd dat dit geen negatieve effecten meer op diabeten heeft. Klager heeft op 13 oktober 2023 nog een klachtgesprek gehad. Tijdens dit gesprek heeft het plaatsvervangend hoofd zorg uitgelegd dat het nieuwe volkorenbrood van goede kwaliteit is.
De POH heeft toegelicht dat klager al geruime tijd stabiele bloedsuikerwaardes heeft. Zij herkent niet dat klager zoals hij zegt hypo’s heeft. Klager leest zijn waardes zelf uit. Zij ziet klager om de drie maanden. Zijn bloedsuikers zijn vanaf 4 juli 2023 verbeterd. Daaruit blijkt dat het nieuwe brood geen negatieve invloed heeft op klagers bloedsuikerwaardes. Er is geen koolhydraatarm dieet voor klager aangevraagd. De nieuwe leverancier heeft geen koolhydraatarm brood in zijn pakket. Dit is voor klager ook niet meer geïndiceerd.
3. De beoordeling
De beroepscommissie is op grond van de stukken, waaronder het medisch dossier, en het besprokene op de zitting van oordeel dat er geen medische noodzaak bestaat om aan klager koolhydraatarm brood te verstrekken. Bij diabetes is gezonde en gevarieerde voeding het advies. Klager is onder behandeling voor zijn diabetes type 1 en wordt elke drie maanden gezien door de POH, die heeft toegelicht dat klagers bloedsuikerwaardes (juist) zijn verbeterd en stabiel zijn. Hoewel klager voor zijn ziekte voldoende begeleiding kan krijgen, maakt hij niet altijd gebruik van de mogelijkheden die hem door de medische dienst worden geboden. Klager meet zelf de waardes en spuit zo nodig bij. Daarnaast stelt hij zelf zijn eten samen en zijn er voldoende alternatieven om in zijn voeding te voorzien. Nu de kwaliteit van het brood is verbeterd, is er geen indicatie meer voor koolhydraatarm brood.
Het handelen van de inrichtingsarts kan niet worden aangemerkt als in strijd met de norm zoals bedoeld in artikel 71f, derde lid, onder a. of b., van de Penitentiaire beginselenwet. De beroepscommissie zal het beroep daarom ongegrond verklaren.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is op 24 juli 2024 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit
mr. N.C. van Lookeren Campagne, voorzitter, drs. M.I. van den Baar-Vroon en drs. B.A. Geurts, leden, bijgestaan door mr. K. Kiela, secretaris.
secretaris voorzitter