Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/2763/GV, 18 november 2008, beroep
Uitspraakdatum:18-11-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/2763/GV

betreft: [klager] datum: 18 november 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 23 oktober 2008 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager heeft geen reactie ontvangen van de selectiefunctionaris, TR-medewerker of reclassering over zijn behandeling bij de Tender. Hierdoor bestaat de kans dat klager zonder enige behandeling over acht
maanden in vrijheid wordt gesteld. Klagers eerdere verlofaanvraag is afgewezen vanwege het gekozen verlofadres. Het adres dat klager thans heeft gekozen bevindt zich op geruime afstand van het adres van het slachtoffer. Slachtofferconfrontatie is
uitgesloten. Klager heeft tweemaal incidenteel verlof genoten. Dit verlof is goed verlopen. De inrichting heeft wat betreft de onderhavige verlofaanvraag bezwaren, terwijl klagers gedrag in de inrichting hetzelfde is gebleven. De rapportages zijn zeer
positief. Het OM maakt bezwaar omdat men van mening is dat klager eerst therapie moet volgen. Klager mag echter niet vervroegd deelnemen aan een penitentiair programma en elektronisch toezicht (PP/ET). De politie maakt bezwaar tegen het nieuwe
verlofadres wegens de antecedenten van de bewoner.
Op 29 oktober 2008 heeft de selectiefunctionaris besloten klager in aanmerking te laten komen voor PP/ET. Aangezien daadwerkelijke plaatsing enige weken kan duren, verzoekt klager toch om een inhoudelijke behandeling van zijn beroep, teneinde hem in
staat te stellen zich op zijn plaatsing en toekomst te kunnen voorbereiden.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Aan klager is de verlening van algemeen verlof geweigerd op grond van de negatieve adviezen van de inrichting, de politie, het OM en het CBTR.
Inmiddels is de situatie veranderd. Klager heeft een nieuw goedgekeurd verlofadres en zal op heel korte termijn starten met een PP/ET traject (dagbehandelingsprogramma bij ‘de Tender’). Tijdens een PP/ET traject is er geen sprake van het verlenen van
algemeen verlof.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van vijf jaar met aftrek, wegens een zedendelict. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 10 juli 2009.

Uit het verweerschrift van 12 november 2008 van de Staatssecretaris komt naar voren dat de situatie is veranderd. Klager beschikt over een nieuw goedgekeurd verlofadres en zal op korte termijn starten met een PP/ET traject via een
dagbehandelingsprogramma bij ‘De Tender’. Op 29 oktober 2008 heeft de selectiefunctionaris besloten tot plaatsing van klager in vorenbedoeld PP/ET-traject. Gelet hierop is de beroepscommissie van oordeel dat de kennelijke bezwaren tegen het verlenen
van
algemeen verlof thans niet meer opgaan. Derhalve is, naar de huidige stand van zaken, de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, onredelijk of onbillijk. De beroepscommissie zal het beroep gegrond
verklaren.
De Staatssecretaris zal worden opgedragen met inachtneming van deze uitspraak, terstond een nieuwe beslissing te nemen. Voor zover klager inmiddels is geplaatst in het PP/ET-traject en algemeen verlof derhalve niet meer aan de orde kan zijn, acht de
beroepscommissie een tegemoetkoming aangewezen vanwege een gemist verlofmoment. De beroepscommissie stelt deze vast op € 50,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op terstond een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie.
Voor zover klager inmiddels is geplaatst in het PP/ET-traject en verlening van algemeen verlof niet meer aan de orde is, bepaalt zij de aan klager toekomende tegemoetkoming op € 50,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris,
op 18 november 2008

secretaris voorzitter

Naar boven